Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 februari 2015
De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft mij op 3 februari 2015 om een
reactie gevraagd over de berichtgeving van EditieNL dat het gemakkelijk is aan een
kalasjnikov te komen en dat de politie blijkens een reactie van de Amsterdamse korpschef
te weinig prioriteit geeft aan wapenhandel (Handelingen II 2014/15, nr. 49, Regeling
van Werkzaamheden). U heeft mij gevraagd deze reactie uiterlijk 11 februari 2015 toe
te zenden, zodat deze kan worden betrokken bij het algemeen overleg over georganiseerde
criminaliteit op 12 februari 2015. Met deze brief voldoe ik aan uw verzoek.
De berichtgeving van EditieNL op 3 februari j.l. heeft ook mij verontrust. In eerste
instantie omdat, zoals mij uit de publicatie is gebleken, de journalisten binnen twee
weken een kalasjnikov in Nederland illegaal konden aanschaffen. In tweede instantie
verontrust het mij dat de betrokken journalisten een dergelijk risico hebben genomen
om een illegaal wapen aan te schaffen bij criminelen die in wapens handelen.
Dat ik de problematiek van illegale wapenhandel erken heb ik toegelicht in mijn brief
van 27 januari 2015 met als onderwerp VKC verzoek lid Bontes over uitlatingen burgemeester
Van der Laan over wapens en open grenzen (Kamerstuk 28 684, nr. 431). Ook heb ik u in die brief inzicht gegeven in de inspanningen die momenteel mede
naar aanleiding van de terroristische aanslagen in Frankrijk en de gebeurtenissen
in ons buurland België hebben plaatsgevonden. Zoals u uit het verslag over de uitkomsten
van de informele JBZ-raad van 29–30 januari jl.1, kunt opmaken, is de intensivering van de EU-aanpak van illegale vuurwapens uitgebreid
aan de orde gekomen en zal tot verdere gezamenlijke acties leiden.
In mijn brief van 6 februari over Verzoek reactie op liquidaties Amsterdam en berichten
over onvoldoende recherchecapaciteit2 heb ik in de passage over illegale wapen geschetst hoe momenteel de aanpak is van
illegale wapens. Ik verwijs u hiernaar.
Zoals u vrijdag 6 februari uit de pers heeft kunnen vernemen gaat het Openbaar Ministerie
de journalisten van het RTL-programma Editie NL niet vervolgen voor de aankoop van
een kalasjnikov, omdat de journalisten geen oogmerk hadden om met het wapen criminele
feiten te plegen, maar dat er sprake was van onderzoeksjournalistiek. Het Openbaar
Ministerie heeft Editie NL uitgenodigd voor een gesprek om te horen hoe de journalisten
te werk zijn gegaan. De journalisten zijn tevens gevraagd aan te tonen dat het betreffende
wapen inderdaad onbruikbaar is gemaakt.
Voor mijn reactie op de uitspraken van de Hoofdcommissaris van politie van de politieregio
Amsterdam verwijs ik u naar het gestelde in de beantwoording van de beide eerdere
VKC verzoeken, waarnaar ik in deze brief verwijs.
De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten