Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | 28676 nr. 266 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | 28676 nr. 266 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 maart 2017
Hierbij treft u de geannoteerde agenda aan voor de bijeenkomst van de NAVO-ministers van Buitenlandse Zaken op 31 maart a.s. in Brussel. Op verzoek van de Amerikaanse regering is de bijeenkomst, die oorspronkelijk op 5 en 6 april a.s. zou plaatsvinden, vervroegd. Het zal de eerste bijeenkomst van de NAVO op ministerieel niveau zijn, waaraan de nieuwe Secretary of State Rex Tillerson zal deelnemen. De ministeriële bijeenkomst begint met een werksessie waarin de Trans-Atlantische betrekkingen, defensie-uitgaven, terrorismebestrijding en de Westelijke Balkan aan de orde komen. Aansluitend volgt een werklunch over de relatie van de NAVO met Rusland. De ministeriële bijeenkomst wordt afgesloten met een bijeenkomst van de NAVO Oekraïne Commissie (NUC).
Trans-Atlantische betrekkingen
Tijdens de campagne voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen nam president Trump geen eenduidig standpunt in over de NAVO, maar inmiddels heeft hij meerdere malen aangegeven het belang van het Bondgenootschap te onderschrijven. Ook vicepresident Pence en Secretary of Defence Mattis hebben ondermeer tijdens de Münchener Sicherheitskonferenz onderstreept veel waarde aan de Trans-Atlantische band te hechten.
Tegelijkertijd is het evident dat de Amerikaanse regering een grotere verantwoordelijkheid van de Europese NAVO-bondgenoten verwacht, met name als het gaat om een eerlijkere lastenverdeling en om een grotere rol van de NAVO op het gebied van terrorismebestrijding.
Nederland heeft begrip voor het feit dat de Verenigde Staten vragen om een evenwichtigere lastenverdeling en steunt de Defence Investment Pledge (DIP) die tijdens de NAVO Top in Wales in 2014 (Kamerstuk 28 676, nr. 210) werd aangenomen. Nederland heeft mede daarom de trend van dalende defensie-uitgaven gekeerd en de afgelopen jaren stappen voorwaarts gezet. Nederland ziet dit tevens in het perspectief van de veiligheidsbenadering zoals die tot uitdrukking komt in de zogenaamde Internationale Veiligheidsstrategie (IVS).
Rol van de NAVO op het gebied van terrorismebestrijding
De Amerikaanse regering heeft meerdere keren naar voren gebracht te willen kijken naar de mogelijkheden voor een grotere rol van de NAVO op het gebied van terrorismebestrijding. Nederland onderschrijft dit belang. De NAVO levert reeds inspanningen die bijdragen aan het bestrijden van terrorisme, zoals de ondersteuning van de anti-ISIS-coalitie, zonder daar zelf deel van uit te maken. Voorbeelden zijn de inzet van AWACS-radarvliegtuigen boven Turkije en een aantal van de activiteiten van de NAVO in Irak en Jordanië, in het kader van het Defence Capacity Building (DCB) initiatief. DCB is gericht op advies en training op kleine schaal voor de veiligheidssector in deze partnerlanden. Daarnaast dragen de activiteiten van de NAVO in het kader van de Resolute Support Missie (RSM) in Afghanistan bij aan terrorismebestrijding door het terugdringen van de dreiging die uitgaat van Al Qaida en de Taliban.
Voor Nederland staat voorop dat aanvullende inspanningen van de NAVO bij terrorismebestrijding nauw moeten aansluiten bij hetgeen andere internationale organisaties, zoals de EU, VN en het Global Counterterrorism Forum (GCTF), reeds doen. De NAVO kan in dit verband specifieke expertise aanbieden. Hierbij kan, wat Nederland betreft, bijvoorbeeld worden gedacht aan aanvullende trainingen voor de strijdkrachten van NAVO-partnerlanden die worden geconfronteerd met een grote terrorismedreiging. Andere mogelijkheden zijn advisering op het terrein van Defence Institution Building, het ondersteunen van landen bij het versterken van informatiedeling voor situational awareness, het opruimen van mijnen en andere explosieven, en grensbewaking. Het streven is kort voor de «Meeting for Heads of State and Government» (25 mei 2017) een lijst met concrete voorstellen gereed te hebben.
Westelijke Balkan
De situatie op de Westelijke Balkan blijft op bepaalde gebieden zorgelijk. Voorbeelden zijn stagnerende maatschappelijke hervormingsprocessen en politieke onrust in landen die nog geen lid zijn van de NAVO (zoals Bosnië-Herzegovina, Kosovo en Macedonië), grensoverschrijdende criminaliteit, terrorisme, de migratieproblematiek en de toenemende destabiliserende invloed van Rusland in de regio. In de recente debatten met uw Kamer en met de Eerste Kamer over de toetreding van Montenegro tot de NAVO is door het kabinet naar voren gebracht dat het «open deur» beleid van de NAVO een belangrijke bijdrage levert aan de bevordering van de stabiliteit op de Westelijke Balkan. Tegelijkertijd is er geen reden om thans aan andere landen op de Westelijke Balkan nieuwe stappen binnen het toetredingstraject richting het NAVO-lidmaatschap aan te bieden, aangezien zij op tal van terreinen niet voldoen aan de strenge eisen die door de NAVO aan een lidmaatschap worden gesteld.
De NAVO Ministers zullen een discussie voeren over de vraag hoe de NAVO zich zichtbaar kan blijven inspannen ten behoeve van de landen in de regio. Nederland zal daarbij naar voren brengen dat vooral intensievere EU-NAVO-samenwerking op de Westelijke Balkan van groot belang is. Ook kan een onderwerp als strategische communicatie van de EU en NAVO op de Westelijke Balkan meer aandacht krijgen.
Rusland
De NAVO-ministers zullen tijdens de werklunch spreken over de relatie van de NAVO met Rusland. Behalve de situatie in Oekraïne, geldt dat het Russische optreden in de afgelopen maanden vrijwel niet heeft bijgedragen aan de verbetering van de veiligheidssituatie in Europa. Daarbij moet met name worden gedacht aan de verdere militaire opbouw in het noordwesten van Rusland, de Kaliningrad exclave, op de illegaal geannexeerde Krim en in het Zwarte Zeegebied. Bovendien gaat Rusland onverminderd door met grootschalige militaire oefeningen die veelal niet vooraf worden aangekondigd en zodoende op gespannen voet staan met internationale afspraken, zoals het Weens Document.
Daarnaast staan de zogenaamde hybride dreigingen die van Rusland uitgaan nadrukkelijk in de belangstelling. Het gaat dan bijvoorbeeld om de beïnvloeding van politieke besluitvormingsprocessen, economische drukmiddelen, cyberactiviteiten, propaganda en desinformatie.
In het licht van de Russische opstelling is tijdens de NAVO-top in Warschau (Kamerstuk 28 676, nr. 252) besloten tot een vooruitgeschoven aanwezigheid, enhanced Forward Presence (eFP), in de Baltische staten en Polen. Deze aanwezigheid brengt de bondgenootschappelijke solidariteit tot uitdrukking en draagt bij aan een geloofwaardige afschrikking. Nederland levert in 2017 ongeveer 270 militairen aan de multinationale battlegroup in Litouwen. Deze militairen zijn inmiddels in Litouwen gearriveerd. Uw Kamer is hierover per separate brief op 24 maart jl. reeds geïnformeerd.
Nederland hecht echter ook nadrukkelijk aan het gaande houden van de dialoog met Rusland. Het is positief dat op 30 maart a.s. een nieuwe bijeenkomst van de NAVO Rusland Raad (NRR) op ambassadeursniveau zal plaatsvinden. In deze NRR zal wederom worden gesproken over het belang van het vermijden van ongevallen en misverstanden in het militaire domein, alsmede het verbeteren van wederzijdse transparantie over militaire activiteiten, bijvoorbeeld met betrekking tot grootschalige oefeningen. Ook kan de NAVO een toelichting geven over de defensieve beweegredenen voor eFP. Van Rusland wordt onder meer verwacht dat het de militaire activiteiten in de regio’s grenzend aan het Oostzee-gebied (Westelijke Militaire District) zal toelichten.
Op het gebied van vertrouwenwekkende maatregelen zijn recentelijk enkele bescheiden, maar positieve, stappen gezet. Zo hebben zowel de NAVO als Rusland onlangs deelgenomen aan een bijeenkomst in Helsinki in het kader van het Baltic Sea Project Team (BSPT), waarbij is gesproken over de verbetering van de veiligheid in het luchtruim in het Balticum. Nederland zal zich er binnen de NAVO voor blijven inspannen om deze dialoog gaande te houden zodat deze kan leiden tot nadere afspraken met Rusland.
Oekraïne
Tijdens de bijeenkomst van de NAVO Oekraïne Commissie (NUC) zal met de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken in de eerste plaats worden gesproken over de veiligheids- en humanitaire situatie in het oosten van het land. In de afgelopen maanden is de situatie verslechterd. Er is sprake van grootschalige escalatie van het geweld langs de bestandslijn, hetgeen vrijwel volledig is terug te voeren op het optreden van de door Rusland gesteunde separatistische groeperingen. Daarnaast heeft Rusland zich te weinig ingespannen om te komen tot een politieke oplossing van het conflict, op basis van de in februari 2015 in Minsk gesloten akkoorden. Rusland heeft aangegeven de «paspoorten» die zijn uitgegeven door de separatistische groeperingen als geldig reisdocument te erkennen. Bovendien heeft Rusland geen betekenisvolle stappen gezet als het gaat om de terugtrekking van zware wapens langs de bestandslijn en het verlenen van volledige toegang voor de OVSE waarnemingsmissie, zoals in de Minsk-akkoorden overeen was gekomen. Ook Oekraïne dient uitvoering te geven aan de afspraken die in Minsk zijn gemaakt. Het gaat dan om het aannemen van wetgeving over de status van de regio’s die onder controle staan van de separatistische groeperingen, alsmede het houden van lokale verkiezingen in deze gebieden.
Nederland zal in de NUC dan ook opnieuw politieke steun voor de Oekraïense regering uitspreken en de voortdurende illegale annexatie van de Krim en de Russische militaire inmenging in het oosten van het land veroordelen. Bovendien zullen bondgenoten aangeven dat versterking van de veiligheidssamenwerking tussen de NAVO en Oekraïne een belangrijk aandachtspunt blijft. Deze samenwerking draagt bij aan de verdere hervorming en modernisering van de Oekraïense veiligheidssector, maar zal ook positieve effecten hebben voor het proces van maatschappelijke transitie in bredere zin. Kernpunten daarbij zijn transparantie, corruptiebestrijding en de verbetering van het democratisch toezicht op de veiligheidssector.
De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-28676-266.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.