Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 november 2021
Hierbij informeer ik uw Kamer over de laatste stand van zaken omtrent de uitstoot
van polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) en benzeen bij asfaltcentrales.
Ik hecht eraan dat asfaltcentrales voldoen aan de geldende milieunormen en dat het
bevoegd gezag hierop toeziet. Ik vind dat de uitstoot van schadelijke stoffen zo veel
mogelijk moet worden voorkomen om onze gezondheid en het milieu te beschermen.
Benzeen onderzoek
Tijdens het Algemeen Overleg Leefomgeving van 11 februari jl. (Kamerstuk 25 834, nr. 178) is toegezegd uw Kamer te informeren over de vervolgstappen in de aanpak van de uitstoot
van benzeen bij asfaltcentrales. Naar aanleiding van de overschrijdingen van de emissiegrenswaarde
voor benzeen is er door asfaltproducenten, verenigd in de Vakgroep Bitumineuze Werken (VBW) van Koninklijke Bouwend Nederland, onderzoek gedaan
naar de uitstoot van benzeen door asfaltcentrales en de reductiemogelijkheden ervan.
Het eindrapport «VBW Onderzoeksprogramma reductie benzeenemissie bij asfaltproductie»
biedt mogelijke oplossingen om de uitstoot te verminderen. Het rapport is eind juni
2021 gepubliceerd en is te raadplegen op de website van Bouwend Nederland1.
Iedere centrale is uniek, wat betreft technische omstandigheden en wat betreft leefomgeving.
Per centrale dienen dan ook technische oplossingen op maat te worden gevonden. De
bedrijven en het bevoegd gezag zijn daarvoor aan zet.
PAK’s
Bij de asfaltcentrale in Nijmegen is een verhoogde emissie van PAK’s naar de lucht
gemeten. Eind augustus heeft mijn ministerie een brief ontvangen van Kiwa, dat de
certificering van asfaltcentrales uitvoert (zie bijlage)2. Kiwa geeft aan dat er sterke twijfels zijn over de zogenaamde «erkende maatregel»
die in de Activiteitenregeling milieubeheer is opgenomen. Deze erkende maatregel stelt
kwaliteitseisen aan asfalt en asfaltgranulaat dat wordt gebruikt voor de productie
van nieuw asfalt. Als het asfalt en asfaltgranulaat aan de kwaliteitseisen volgens
de Beoordelingsrichtlijn (BRL) 9320 voldoet, dan zouden de emissies die vrijkomen
bij het productieproces ook moeten voldoen aan de emissiegrenswaarde voor PAK’s, Het
Kiwa heeft sterke twijfels of de erkende maatregel wel het juiste instrument is om
ervoor te zorgen dat voldaan wordt aan de emissiegrenswaarden voor PAK’s. De twijfels
van het Kiwa zijn tweeledig. Ten eerste merkt het Kiwa op dat het BRL 9320 toeziet
op het voldoen van asfalt aan het Besluit Bodemkwaliteit bij productie in een asfaltcentrale,
in de praktijk gaat het daarbij om het voorkomen van ongewenste uitloging vanuit asfalt
naar de bodem. Het beoordelen van zaken die te maken hebben met het voorkomen van
luchtverontreiniging zijn niet opgenomen in BRL 9320. Ten tweede vragen zij zich af
of de nauwkeurigheid/frequentie van de ingangscontrole geschikt is om de aanwezigheid
van PAK’s in asfaltgranulaat volledig uit te sluiten. Ook in de berichtgeving over
de asfaltcentrale in Nijmegen kwamen twijfels naar voren over de effectiviteit van
de erkende maatregel.
Het signaal vanuit Kiwa en de situatie in Nijmegen neem ik zeer serieus. Ik ben hierover
met deze partijen en Omgevingsdienst NL in overleg. Deze erkende maatregel is, op
basis van luchtmetingen en na overleg met onder meer omgevingsdiensten, in 2006 opgenomen
in de Nederlandse emissierichtlijn lucht en vanaf 2016 in het Activiteitenbesluit
milieubeheer. Ik onderzoek momenteel in hoeverre de erkende maatregel, die kwaliteitseisen
stelt aan asfalt en asfaltgranulaat en ervoor zou moeten zorgen dat wordt voldaan
aan de emissiegrenswaarde voor PAK’s, werkt en of het adequaat is deze erkende maatregel
(in de huidige vorm) in stand te houden. Als daaruit volgt dat de maatregel niet voldoet,
pas ik de regelgeving aan. Ik betrek daarbij ook de uitkomst van de metingen bij de
asfaltcentrale in Nijmegen om te bezien of de uitstoot in de praktijk afwijkt. Ik
verwacht eind van het jaar een besluit te kunnen nemen.
Toezegging kamer
Zoals toegezegd tijdens het Commissiedebat Leefomgeving op 9 september jl. (Kamerstuk
32 861, nr. 69), zal ik uw Kamer eind 2021 een overzicht sturen met daarin de stand van zaken van
de acties die de betreffende bevoegde gezagen hebben genomen naar aanleiding van de
uitstoot bij de asfaltcentrales. Met deze brief zal ik uw Kamer ook informeren over
de voortgang omtrent de erkende maatregel voor PAK’s bij asfaltcentrales.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S.P.R.A. van Weyenberg