Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 november 2019
Op 25 september 2019 heb ik uw Kamer geïnformeerd over het rapport van de Inspectie
Leefomgeving en Transport (ILT) over de afvalstromen van Chemours1. Hierin heb ik u geïnformeerd over de stand van zaken met betrekking tot het afval
wat Chemours moest terug halen uit Italië, nadat de verwerker daar failliet was gegaan.
Dit betrof GenX-houdende afval. Dit afval was met een tijdelijke vergunning opgeslagen
bij Chemours in Dordrecht waarbij Chemours op zoek zou gaan naar een alternatieve
verwerking. Eind september bleek dat de partij voor verbranding is afgevoerd naar
Indaver in België. Aangezien dit grensoverschrijdend afval betreft had hiervoor een
EVOA vergunning aangevraagd moeten worden. Inmiddels is gebleken dat Chemours hiervoor
niet de juiste EVOA vergunning heeft aangevraagd.
De vergunning waarop Chemours het afval uit Italië heeft afgevoerd betrof een reeds
bestaande vergunning waar afvalstoffen van andere samenstelling en herkomst op werden
afgevoerd. Het afval uit Italië verschilde van samenstelling, bevatte een zeer hoge
concentratie GenX en had daarom een aparte kennisgeving moeten hebben.
Door deze handeling van Chemours is de Vlaamse Autoriteit onjuist geïnformeerd waardoor
zij niet in staat is geweest in het kader van EVOA een verantwoord besluit te nemen.
De ILT heeft de Vlaamse autoriteit van deze illegale overbrenging in kennis gesteld.
Op dit ogenblik is het nog onduidelijk welke vervolgstappen de Vlaamse autoriteit
gaat nemen.
Ook het transportbedrijf dat het afval naar België heeft vervoerd, is onjuist geïnformeerd.
Hierdoor is een latere lading dat door het transportbedrijf is vervoerd ook besmet
geraakt met GenX en heeft er kruisbesmetting plaatsgevonden bij Indaver Hoek. Dit
wordt verder opgepakt door de Regionale Uitvoeringsdienst Zeeland (RUD) en de DCMR
Milieudienst Rijnmond (DCMR).
De ILT heeft Chemours hierover benaderd en heeft naar aanleiding van deze overtreding
besloten een Proces Verbaal (PV) op te maken en een bestuurlijk traject op te starten.
De Minister voor Milieu en Wonen, S. van Veldhoven – Van der Meer