27 923 Werken in het onderwijs

Nr. 319 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 september 2018

Naar aanleiding van het verzoek van uw Kamer om te rapporteren over de voortgang van de cao-afspraken informeer ik u over de verhoging van de beloning¹ van leraren in het primair onderwijs. Voor het po is een cao afgesloten met een looptijd van één jaar. De gevolgen van de nieuwe cao po 2018 voor leraren in het primair onderwijs zijn als volgt:

• vanaf 1 september 2018 ontvangt een leraar gemiddeld 8,5 procent² meer salaris.

• vanaf 1 januari 2019 worden de functiemixmiddelen in twee stappen in de salarissen verwerkt waardoor er voor leraren nog eens gemiddeld 1,0 procent salarisverhoging bijkomt tot totaal 9,5 procent.

• in geld is dat een structurele verhoging van de jaarbeloning van gemiddeld € 3.450 bruto.

• in oktober 2018 krijgt elke leraar in het primair onderwijs naar rato eenmalig 42 procent van het nieuwe maandsalaris en € 750,–.

• in geld is dat een eenmalig brutobedrag van ca. € 1.750 tot € 2.750.³

De cao po 2018/2019 loopt tot 1 maart 2019. In 2019 zullen door sociale partners dus opnieuw loonafspraken gemaakt worden, die bovenop genoemde afspraken komen.

Het is goed dat alle leraren in het PO – een krap jaar na het afsluiten van het regeerakkoord – nu op hun loonstrookjes daadwerkelijk iets merken van hun positieverbetering. Het kabinet investeert hiermee, naast de reguliere loonruimte voor de sector po van € 234 miljoen, € 270 miljoen in betere salarissen voor leraren in het primair onderwijs. Vanaf mijn aantreden als Minister heb ik aangegeven dat dit een grote investering is. Dat budget wordt aangevuld met € 70 miljoen die eerder was gegeven om leraren naar hogere schalen te bevorderen (versterking van de functiemix).

Onderstaande rekenvoorbeelden laten zien wat de eerder beschreven gemiddelde verhoging voor de beloning van individuele leraren betekent. Alle bedragen zijn bruto en op voltijdsbasis: gemiddelde maandsalarissen plus vakantiegeld, de eindejaarsuitkering en andere toelagen.

Rekenvoorbeeld beloning 1. Startende leraren

PO	LA (oud)	L10 (nieuw)	verhoging	verhoging in %	eenmalig okt 2018
L10–01	€ 2.895	€ 3.030	€ 135	5%	€ 1.826

Een leraar die voorheen begon in schaal LA kreeg € 2.895 per maand. Vanaf 1 september 2018 is dit bedrag verhoogd tot € 3.030. In oktober 2018 krijgt de leraar eenmalig € 1.826.

Rekenvoorbeeld beloning 2. Leraren met 10 jaar werkervaring

PO	LA (oud)	L10 (nieuw)	verhoging	verhoging in %	eenmalig okt 2018
L10–10	€ 3.555	€ 3.905	€ 350	10%	€ 2.147

Een leraar met ongeveer 10 jaar werkervaring verdiende € 3.555 per maand. Vanaf 1 september 2018 is dit bedrag verhoogd tot € 3.905. Dat is een verhoging met bijna 10%. In oktober 2018 krijgt de leraar eenmalig € 2.147. Vanaf 2019 stijgt de beloning van de leraar nog met 1 procent, naar € 3.960 in 2020.

Rekenvoorbeeld beloning 3. Leraren aan het maximum van schaal LA

PO	LA (oud)	L10 (nieuw)	verhoging	verhoging in %	eenmalig okt 2018
L10–15	€ 4.240	€ 4.540	€ 300	7%	€ 2.378

Een leraar in het maximum van de oude schaal LA verdiende € 4.240 per maand. Vanaf 1 september 2018 is dit bedrag verhoogd tot € 4.540. In oktober 2018 krijgt de leraar eenmalig € 2.378. Vanaf 2019 stijgt de beloning nog met 1 procent verder, naar € 4.610 in 2020.

Rekenvoorbeeld beloning 4. Leraren in schaal L11

Ook leraren die in de salarisschaal LB zaten, en nu in schaal L11, gaan beter verdienen.

PO	LB (oud)	L11 (nieuw)	verhoging	verhoging in %	eenmalig okt 2018
L11–01	€ 3.000	€ 3.115	€ 115	4%	€ 1.858
L11–10	€ 3.830	€ 4.175	€ 345	9%	€ 2.245
L11–15	€ 4.560	€ 4.945	€ 385	8%	€ 2.526

De nieuwe beloningsbedragen voor leraren in de nieuwe schaal L11 variëren van € 3.115 tot € 4.945 per maand; 35% van de leraren zit nu in deze schaal. In oktober 2018 krijgen de leraren eenmalig – afhankelijk van de inschaling – tussen de € 1.858 en € 2.526.

In onderstaande tabel is het verschil in beloning in de schalen L10, L11 en L12 opgenomen tussen de nieuwe en de oude cao-bedragen.

Tabel 1. beloning van leraren in het primair onderwijs, in de oude en de nieuwe cao. De nieuwe beloning wordt afgezet tegen een modaal salaris.

Er bestaan beloningsverschillen tussen leraren in het po en leraren in het vo. Dat wordt onder meer veroorzaakt doordat beide sectoren een eigen cao hebben met ieder een eigen functiegebouw en loongebouw. Sociale partners maken daarover afspraken en hebben ook in het verleden verschillende keuzes gemaakt over arbeidsvoorwaarden. Ook in de toekomst zullen verschillen in de beloning kleiner of groter worden, omdat er sprake is van verschillende cao’s. Sociale partners starten binnenkort de onderhandelingen over de nieuwe cao po in 2019. De loonruimte 2019 biedt opnieuw een mogelijkheid om de salarissen in het primair onderwijs te verbeteren. Los van cao-afspraken is het – zeker gezien de nieuwe functieprofielen voor leraren – mogelijk om individuele leraren op grond van hun functioneren te bevorderen naar hogere functies/salarisschalen.

Met de investering die dit kabinet heeft gedaan zijn de beloningsverschillen met het vo aanzienlijk kleiner geworden. Het salaris van leraren in het primair onderwijs gaat er fors op vooruit. Beginnende leraren hebben hiermee een prima startpositie op de arbeidsmarkt. Maar ook leraren die al verder zijn in hun carrière gaan beter verdienen.

Wij vinden deze investering nodig, omdat goede arbeidsvoorwaarden horen bij een uitdagend vak en een fijn werkklimaat. Naast deze factoren, waarvan bekend is dat leraren ze belangrijk vinden, is beloning een belangrijke factor voor een aantrekkelijk beroep.

Wij nemen meer maatregelen voor het aantrekken en behouden van leraren en het bestrijden van het lerarentekort. Het lerarentekort is immers urgent; dat vraagt om bundeling van krachten en de bereidheid van partijen om over tegenstellingen heen te stappen. Vanzelfsprekend gaan we daarmee door, wat ons betreft samen met zoveel mogelijk andere partijen.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

---

1 Beloning bestaat uit meer dan salaris. In het po is de beloning gemiddeld circa 20% hoger dan het «kale» salaris, vanwege vakantiegeld, eindejaarsuitkering, toelagen etc.

2 De 8,5% bestaat uit de 2,5% generieke salarisverhoging en de gemiddeld 6% verhoging i.v.m. het nieuwe loongebouw voor leraren.

3 Daarnaast ontvangt de leraar zoals ieder jaar € 200,– op de Dag van de Leraar.