27 863
Betalingsverkeer

nr. 8
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 september 2002

Bij brief van 24 april 2002 (Kamerstukken 2001 – 2002, 27 863, no. 6) heb ik u bericht over het rapport van de Werkgroep Tariefstructuren en Infrastructuur in het betalingsverkeer (WTI) en de aanbevelingen bij dit rapport van de Nederlandsche Bank (DNB). In vervolg hierop worden deze aanbevelingen thans nader uitgewerkt en geïmplementeerd.

Een van de conclusies van DNB is dat de werking van de betaalmarkt, als een belangrijke voorwaarde voor het goed functioneren van de economie, kan worden verbeterd door periodiek overleg tussen vragers en aanbieders van betaaldiensten over de maatschappelijke gevolgen van ontwikkelingen in het betalingsverkeer.

Tegen deze achtergrond heb ik de Nederlandsche Bank verzocht om het voorzitterschap van een Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB) op zich te nemen en dit overleg conform bijgaande taakopdracht (zie bijlage) vorm te geven. Beoogde leden van het overleg zijn de bestuurders van betrokken maatschappelijke groeperingen zoals de koepelorganisaties van vragers en aanbieders van betaaldiensten, en de Ministeries van Financiën en van Economische Zaken als waarnemer. Het overleg kan uiteenlopende onderwerpen adresseren waaronder de toegankelijkheid en bereikbaarheid van betaaldiensten en het bevorderen van de efficiëntie en veiligheid van het betalingsverkeer.

Graag zal ik de Tweede Kamer informeren over de bevindingen en jaarlijkse rapportages van het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer.

De Minister van Financiën,

J. F. Hoogervorst

BIJLAGE

Onderwerp: taakopdracht Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB)

Doelstelling en mandaat

Het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB) is op verzoek van de Minister van Financiën ingesteld om bij te dragen aan een maatschappelijk efficiënte inrichting van het Nederlands retailbetalingsverkeer door:

• periodiek overleg over knelpunten en maatschappelijke gevolgen van ontwikkelingen in het betalingsverkeer (zoals toegankelijkheid, bereikbaarheid);

• het samenwerken bij het verzamelen, analyseren en mogelijk publiceren van cijfermatige niet-concurrentiegevoelige gegevens (bijvoorbeeld het gezamenlijk onderzoeken van de kosten van het toonbankbetalingsverkeer, het uitwisselen van statistische informatie);

• het maken van principe-afspraken en het eventueel vastleggen daarvan in convenanten over efficiencymaatregelen, maatregelen op het terrein van de veiligheid en toegankelijkheid/bereikbaarheid van het betalingsverkeer en standaardisatie (bijvoorbeeld gezamenlijke campagnes om het gebruik van de efficiënte betaalproducten te stimuleren);

• tijd te reserveren voor een open en vrije gedachtewisseling met betrekking tot beleidsvraagstukken in het betalingsverkeer.

Eenmaal per jaar brengt het maatschappelijk overleg een rapport uit aan de Minister, die dit doorzendt naar de Tweede Kamer. Verder kan het maatschappelijk overleg gevraagd en ongevraagd tussentijds de minister informeren over relevante onderwerpen. Begin 2004 volgt een evaluatie van het MOB, uit te voeren onder regie van het ministerie van Financiën.

Deelnemers

Voor dit maatschappelijk overleg worden vertegenwoordigers op bestuursniveau uitgenodigd van representatieve organisaties van vragers en aanbieders van betaaldiensten, alsmede vertegenwoordigers van bestuurs- of overheidsorganen welke een taakopdracht op dit gebied hebben. Het directielid van de Nederlandsche Bank verantwoordelijk voor het betalingsverkeer fungeert als voorzitter van het maatschappelijk overleg. De Nederlandsche Bank verzorgt ook het secretariaat.

Voorts zijn de volgende organisaties vertegenwoordigd:

– Consumentenbond

– Gebruikersplatform Betalingsverkeer

– Horeca Nederland

– Interpay Nederland (waarnemer)

– Ministerie van Economische Zaken (waarnemer)

– Ministerie van Financiën (waarnemer)

– MKB Nederland

– Nederlandse Vereniging van Banken (NVB)

– ANBO, de bond voor vijftig-plussers

– Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland (CG-Raad)

– Federatie Slechtzienden- en Blindenbelang (FSB)

– Raad Nederlandse Detailhandel

– Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie

– Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)

– Thuiswinkel.org

Desgewenst kunnen in deze lijst van deelnemers aanpassingen worden gemaakt, indien deze aanpassingen leiden tot een betere maatschappelijke afspiegeling in het MOB. Over verzoeken terzake wordt door de voorzitter van het maatschappelijk overleg beslist.

Organisatie

Het maatschappelijk overleg vergadert tweemaal per jaar (najaar en voorjaar). Zonodig worden speciale onderwerpen in werkgroepen nader besproken en/of uitgewerkt. Afhankelijk van de taakstelling van de betreffende werkgroepen kunnen hierin ook andere dan de in het MOB vertegenwoordigde organisaties participeren.

De vertegenwoordigende organisaties dragen de eigen kosten verbonden aan afvaardiging van vertegenwoordigers. De kosten van secretariële en materiële ondersteuning worden gedragen door de Nederlandsche Bank.

Naar boven