Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 mei 2018
Met deze brief wil ik u informeren over de verwachte Europese besluitvorming over
de verlenging van de goedkeuring van de werkzame stoffen thiram en diquat. Voor deze
stoffen agendeert de Europese Commissie (EC) op 24 mei a.s. voorstellen ter stemming
in het Standing Committee on Plants, Animals, Food and Feed (SCoPAFF). Hieronder ga
ik in op de Nederlandse positie.
Het gaat hier om een periodieke herbeoordeling, waarin op basis van de laatste stand
van de wetenschap en techniek wordt bekeken of de werkzame stof nog steeds voldoet
aan de criteria voor goedkeuring.
Thiram
De EC heeft een voorstel uitgebracht voor niet-hernieuwing van de werkzame stof thiram.
Dit betreft een fungicide met een systemische werking dat momenteel breed wordt toegepast
in de Europese Unie (EU), onder meer in gewasbeschermingsmiddelen voor zaadbehandeling.
Het voorstel is gebaseerd op de wetenschappelijke herbeoordelingen door de European
Food Safety Authority (EFSA), de rapporterende lidstaat Frankrijk en co-rapporteur
België. Die bevestigen dat zaadtoepassing van thiram onacceptabele risico’s oplevert
voor vogels en zoogdieren. Overigens betreft dit de enige overgebleven toepassing
die de industrie nu wil herregistreren. Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen
en biociden (Ctgb) steunt het Commissievoorstel op wetenschappelijke gronden. Het
Ctgb bevestigt dat zaadtoepassing van thiram lange termijn onacceptabele risico's
oplevert voor vogels en zoogdieren, al bij geringe blootstelling aan thiram. Deze
risico's kunnen moeilijk worden weggenomen met realistische mitigerende maatregelen.
Daarom adviseert het Ctgb met om met het Commissievoorstel in te stemmen.
Diquat
Ook voor de werkzame stof diquat heeft de EC een voorstel uitgebracht voor niet-hernieuwing,
gebaseerd op de wetenschappelijke herbeoordeling ervan door de EFSA, de rapporterende
lidstaat Verenigd Koninkrijk en co-rapporteur Zweden.
Dit herbicide werd eerder vanwege een ongunstig milieuprofiel op EU-niveau geclassificeerd
als stof die in aanmerking komt om te worden vervangen («candidate for substitution»).
Diquat wordt momenteel in Nederland toegepast in gewasbeschermingsmiddelen, onder
meer in de teelt van aardappel, bloembollen en aardbeien. De EFSA rapporteert in haar
beoordeling onder meer onacceptabele risico’s voor omstanders en omwonenden én onacceptabele
risico’s voor vogels. Op basis hiervan concludeert de EC dat niet aan de goedkeuringscriteria
in de EU voor werkzame stoffen wordt voldaan, zodat de EC voorstelt de goedkeuring
van diquat niet te hernieuwen. Het Ctgb onderschrijft de door EFSA gerapporteerde
risico’s en ziet geen mogelijkheden voor het nemen van realistische risicomitigerende
maatregelen. Daarom adviseert het Ctgb om met het Commissievoorstel in te stemmen.
Nederlandse positie
Daar waar de wetenschappelijke beoordeling van werkzame stoffen onacceptabele risico’s
aangeeft voor mens, dier of milieu kan de stof niet opnieuw worden goedgekeurd. In
lijn met het Ctgb-advies zal Nederland instemmen met de Commissievoorstellen voor
niet-hernieuwing van thiram respectievelijk diquat.
Vanzelfsprekend heeft het wegvallen van stoffen als thiram en diquat een impact voor
de teelt van Nederlandse gewassen. Om de afhankelijkheid van deze en andere stoffen
te verminderen, werk ik daarom aan een uitbreiding van het middelen- en maatregelenpakket
met niet-chemische maatregelen, basisstoffen en laag-risicomiddelen (Kamerstuk 27 858, nr. 417). Hier zet ik mij in Europa en in Nederland voor in samen met de betrokken partijen.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten