Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 mei 2018
Inleiding
Defensie beschikt momenteel over twaalf Fuchs-pantserwielvoertuigen die speciaal zijn
uitgerust voor chemische, biologische, radiologische en nucleaire verkenningen (CBRN).
Deze voertuigen zijn sinds 2003 in gebruik bij het Commando Landstrijdkrachten en
zij bereiken over enkele jaren het einde van hun technische en operationele levensduur.
Met deze A-brief informeer ik u over de behoeftestelling van het project «Vervanging
CBRN Detectie, Identificatie en Monitoring», dat deel uitmaakt van het investeringsprogramma
van de «Defensienota 2018 – Investeren in onze mensen, slagkracht en zichtbaarheid»
(Kamerstuk 34 919, nr. 1).
Behoefte
De veiligheidssituatie op het gebied van CBRN is de afgelopen jaren verslechterd.
De verdere ontwikkeling van CBRN-strijdmiddelen zorgt voor steeds meer soorten dreigingen.
Verder bestaat het gevaar van proliferatie waarbij terroristen aan de kennis en het
materiaal kunnen komen voor dergelijke wapens. Gezien de recente gebeurtenissen in
Syrië en het Verenigd Koninkrijk is het bovendien niet uitgesloten dat statelijke
en niet-statelijke actoren bereid zijn dergelijke middelen in te zetten, ook in Europa.
De huidige Fuchs-voertuigen raken technisch en operationeel verouderd. De bescherming
tegen CBRN- middelen die het voertuig biedt aan de eigen bemanning is niet toereikend
voor alle moderne dreigingen. Verder kan de detectieapparatuur niet alle moderne dreigingen
opsporen. Tenslotte raken de voertuigen en de detectieapparatuur versleten en dat
zorgt voor hogere exploitatiekosten en verminderde inzetbaarheid.
Voor het behalen van de inzetbaarheidsdoelstellingen voor de CBRN-capaciteit heeft
Defensie behoefte aan twaalf CBRN-verkenningssystemen. In de loop van het project
zal de wenselijkheid van een extra reservesysteem worden bezien.
Internationale samenwerking
De mogelijkheden voor samenwerking zullen worden onderzocht. In Nederland beschikt
TNO over waardevolle kennis op de gebieden van chemische en biologische strijdmiddelen.
De Belgische krijgsmacht is voornemens zijn CBRN-verkenningscapaciteit over ongeveer
tien jaar te gaan vervangen. Defensie werkt nauw samen met Duitsland op het gebied
van CBRN-onderzoek en in het operationele domein. Ook werkt Defensie ten aanzien van
onderzoek samen met onder andere Canada, Noorwegen, de Verenigde Staten, het Verenigd
Koninkrijk en Zweden.
Kenmerken
De CBRN-verkenningscapaciteit moet op chemisch, biologisch, radiologisch en nucleair
gebied de relevante stoffen kunnen detecteren en identificeren. Op radiologisch en
nucleair gebied geldt dat ook voor straling. De informatie afkomstig van de detectie,
de genomen monsters, identificatie en monitoring moet worden geanalyseerd en gerapporteerd
overeenkomstig de NAVO-standaarden.
Voor de veiligheid van het personeel moet de detectieapparatuur op afstand te bedienen
zijn. Vanwege de verdergaande ontwikkelingen moet Defensie gedurende de levensduur
de detectie-, identificatie-, en monsternameapparatuur en de communicatie- en computersystemen
kunnen moderniseren.
De nieuwe CBRN-verkenningscapaciteit moet inzetbaar zijn in uiteenlopende omgevingen
zoals landelijke, verstedelijkte of industriële gebieden, en havens of vliegvelden.
De capaciteit moet geschikt zijn voor de verdediging in NAVO-kader, voor expeditionair
optreden en voor nationale taken. Speciaal voor nationale taken beschikt Defensie
over een CBRN Respons Eenheid die 24 uur per dag inzetbaar is. Indien nodig kan deze
eenheid momenteel ook de beschikking krijgen over de CBRN Fuchs-pantservoertuigen.
Na de vervanging van deze voertuigen zal dat eveneens het geval zijn met de nieuwe
verkenningscapaciteit.
Financiële aspecten
Met het project «Vervanging CBRN Detectie, Identificatie en Monitoring» is een investering
gemoeid tussen de € 25 miljoen en € 100 miljoen. Deze investering komt in 2021 en
2022 ten laste van het investeringsbudget van Defensie.
Vooruitblik
Het project wordt uitgevoerd in de periode van 2018 tot en met 2022. Gezien het investeringsbedrag
van minder dan € 100 miljoen ben ik voornemens de Defensie Materieel Organisatie te
mandateren het project uit te voeren. De Kamer zal over de voortgang van dit project
worden geïnformeerd via de begroting, het departementale jaarverslag en het Materieelprojectenoverzicht.
De Staatssecretaris van Defensie,
B. Visser