27 428 Beleidsnota Biotechnologie

Nr. 208 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 november 2011

Op 2 september jl. heeft de voorzitter van de Europese voedselveiligheids-autoriteit (EFSA) de Staatssecretaris van EL&I en mij een brief doen toekomen over de maatregelen die zij neemt voor het waarborgen van de kwaliteit en de onafhankelijkheid van haar wetenschappelijke adviezen, alsmede van enkele recente ontwikkelingen. De aanleiding van deze brief was de discussie in uw Kamer over de onafhankelijkheid van de EFSA, bij het AO over biotechnologie van 18 mei jl. (Kamerstuk 27 428, nr. 189) Bij deze stuur ik u, mede namens de Staatssecretaris van EL&I, een kopie van de brief van EFSA toe.1

Zoals ik u in de brief van 21 januari 2011 (Kamerstuk 27 428, nr. 178) en tijdens het AO van 18 mei jl. heb medegedeeld heb ik geen reden om te twijfelen aan de onafhankelijkheid en expertise van de EFSA. Uiteraard acht ik de onafhankelijkheid en transparantie binnen de EFSA van groot belang, zoals ik ook heb aangegeven bij het behandelen van de motie van dhr. Van Gerven (SP)2. In de brief van de voorzitter van de EFSA is voldoende duidelijk gemaakt hoe dit wordt gewaarborgd.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

J. J. Atsma


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

X Noot
2

Kamerstukken II, 2010–2011, 27 428, nr. 200.

Naar boven