26 991 Voedselveiligheid

Nr. 437 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 december 2014

In mijn brief van 2 oktober jl. (Kamerstuk 26 991, nr. 433) heb ik u toegezegd om voor het eind van dit jaar mijn reactie aan uw Kamer te sturen inzake de agenda voor het onder publieke verantwoordelijkheid brengen van keuringstaken. Ook heb ik daarin de wijze aangegeven hoe uitvoering zal worden gegeven aan de gewijzigde motie Geurts/Schouw (Kamerstuk 31 490, nr. 160 t.v.v. 150).

Zoals ik eerder aangaf, wil ik de uitwerking van de consequenties, het tijdpad en de financiële effecten van de voorgenomen verandering op zorgvuldige wijze gestalte geven.

De uitwerking van de verschillende modellen voor het onder publieke verantwoordelijkheid brengen van keuringstaken en het aan de hand van die modellen en consequenties een definitieve keuze maken voor de inrichting van de plantaardige, zuivel-en dierlijke keuringen en het toezicht daarop is een complexe opgave. Ik heb hiervoor meer tijd nodig dan aanvankelijk is voorzien.

Ik zal u mijn reactie zo spoedig mogelijk, in ieder geval uiterlijk in het voorjaar van 2015, toezenden.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven