26 991 Voedselveiligheid

Nr. 395 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 januari 2014

Met deze brief informeer ik u over een recent onderzoek van de Inlichtingen en Opsporingsdienst (IOD) van de NVWA naar mogelijk strafbare feiten gepleegd bij de productie van en/of handel in rundvlees bij een slachthuis in Gelderland.

Bevindingen NVWA Inlichtingen- en Opsporingsdienst (IOD)

Uit het onderzoek van de IOD is gebleken dat:

  • 1. Vier partijen opgeslagen vleessnippers, die in de administratie waren opgenomen als rundvlees, paarden-DNA bevatten;

  • 2. er in 2012–2013 volgens de inkoopadministratie meer levende paarden zijn aangekocht dan volgens het slachtregister zijn geslacht;

  • 3. in de bedrijfsprocessen en -systemen van het bedrijf na de inkoopfase niet is na te gaan waar en op welke manier partijen (paarden)vlees zijn afgezet.

De IOD heeft deze bevindingen, met toestemming van het Openbaar Ministerie, op 22 januari jl. aan de NVWA beschikbaar gesteld.

Bij het betreffende slachthuis zijn in de afgelopen drie jaar onregelmatigheden in de werkwijze aangetroffen naar aanleiding van onderzoeken van de NVWA. In 2013 heeft de NVWA verschillende maatregelen genomen, waaronder het opleggen van boetes en een last onder dwangsom. Het slachthuis staat vanaf 18 december onder verscherpt toezicht van de NVWA. Dit betekent dat er tijdens de slachttijden continu een dierenarts en een inspecteur van de NVWA aanwezig zijn en dat er alleen dieren aangevoerd mogen worden in aanwezigheid van de NVWA.

Bestuursrechtelijke maatregelen NVWA

De NVWA heeft naar aanleiding van de bevindingen van de IOD op 22 januari jl. de volgende maatregelen genomen:

  • Alle partijen vlees die het slachthuis heeft opgeslagen in diverse koel- en vrieshuizen zijn geblokkeerd en door de NVWA in bewaring genomen. Het gaat om in totaal ruim 690 ton vlees, waar de vier partijen vleessnippers waar paarden-DNA is aangetroffen, onderdeel van uit maakt. Het vlees mag niet in de handel worden gebracht. De NVWA heeft hiertoe besloten om van het bedrijf zekerheid te krijgen over de herkomst van het vlees. Deze blokkade blijft van kracht totdat het bedrijf kan aantonen wat de inhoud en herkomst van het vlees is.

  • De NVWA houdt permanent toezicht op de afvoer van nieuw geproduceerde partijen vlees van het slachthuis.

  • De NVWA heeft het slachthuis een voornemen tot schorsing van de erkenning van het bedrijf opgelegd. Het bedrijf moet vóór 3 februari laten zien hoe het bedrijf aan de wettelijke traceringseisen zal gaan voldoen. Als dit niet of in onvoldoende mate gebeurt, wordt de erkenning van het slachthuis met onmiddellijke ingang geschorst en mag het bedrijf geen dieren meer slachten.

Op 29 januari heeft de NVWA het bedrijf gesommeerd om alle levensmiddelen (vlees, vleesproducten en karkassen) die in de periode van 1 januari 2012 tot 23 januari 2014 door het bedrijf zijn geproduceerd en in de handel zijn gebracht de herkomst aan te tonen. Het bedrijf moet dit vóór 3 februari laten zien.

De NVWA heeft naar aanleiding van de recente bevindingen het bureau RASFF te Brussel per brief geïnformeerd.

Vervolgstappen

De NVWA zet haar onderzoek voort en zal op basis van verdere bevindingen bepalen welke vervolgacties en eventuele verdere bestuurs- en strafrechtelijke maatregelen nodig zijn.

Ik zal u op de hoogte houden van de verdere ontwikkelingen in deze zaak.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven