nr. 126
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 juni 2008
Hierbij ontvangt u, mede namens de minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap de beleidsbrief over het onderwerp Convergentie1, die wij u hebben toegezegd2.
De beleidsbrief is een korte samenvatting van een uitgebreide analyse
(zie bijlage) die aangeeft wat de gevolgen zijn van convergentie van de ICT
sector, de telecommunicatiesector en de audiovisuele sector voor de consument
en de markt en welke rol het Kabinet hierbij voor zichzelf ziet. De brief
kondigt enkele nieuwe acties aan en geeft een overzicht van reeds bestaand
beleid dat al rekening houdt met de gevolgen van convergentie. Daar waar convergentie
raakt aan het media- en het auteursrechtenbeleid wordt verwezen naar brieven
die hierover al naar de Kamer zijn of worden gestuurd.
De ICT-sector, de telecommunicatiesector en de audiovisuele (content-)industrie
groeien steeds meer naar elkaar toe. Op delen vloeien zij samen tot één «multimediasector».
Deze ontwikkeling wordt convergentie genoemd. Kenmerkend daarbij is dat diensten
toegankelijk zijn via verschillende vaste of draadloze netwerken en te ontvangen
zijn met meerdere multifunctionele apparaten (zoals draagbare pc’s,
mobiele telefoons en pda’s). Televisie kijken kan gewoon thuis op de
bank. Maar een specifiek programma bekijken kan ook met de laptop in het park.
Jongeren maken filmpjes met hun mobieltjes en zetten die op internet. Steeds
vaker kiest de consument zelf op welk moment, via welk netwerk en met welk
apparaat hij een dienst wil ontvangen. Het veranderende consumentengedrag
is voor bedrijven een prikkel tot innovatie. Dit maakt het voor bedrijven
interessant om op meerdere – voorheen afzonderlijke – markten
actief te zijn. Tegelijkertijd worden sectoren voor de vraag gesteld of hun
huidige verdienmodellen nog werken in een digitale en convergerende omgeving.
Convergentie is een ontwikkeling die autonoom plaatsvindt: marktpartijen,
consumenten en overheden wereldwijd worden ermee geconfronteerd
en worden «gedwongen» hun positie te bepalen. Dit proces ontwikkelt
zich door de marktdynamiek. Als echter belemmeringen optreden voor efficiënt
functionerende markten of als bepaalde publieke belangen onvoldoende gewaarborgd
zijn, treedt de overheid sturend op.
Consumenten willen kunnen profiteren van mogelijkheden van nieuwe multimedia-
en elektronische communicatiediensten. Daarvoor moeten zij in de eerste plaats
eenvoudig toegang hebben tot de snelle en betrouwbare infrastructuren. Daarnaast
moeten consumenten kunnen kiezen uit een breed aanbod van diensten en inhoud
op die netwerken.
Tot slot wil ik benadrukken dat het samensmelten van de markten voor ICT,
telecommunicatie en audiovisuele media nog in volle gang is. Het is een proces
met technologische, economische en maatschappelijke dynamiek. Van de overheid
vereist dit inspanningen om voortdurend te volgen wat er in de markt gebeurt
en hoe dat uitwerkt op de doelstellingen van het Kabinet ten aanzien van marktwerking,
innovatie en consumentenbeleid in de sectoren ICT, telecommunicatie en audiovisuele
media. Convergentie zal als trend dan ook zeker van invloed blijven op de
beleidsontwikkeling voor deze terreinen.
De staatssecretaris van Economische Zaken,
F. Heemskerk
XNoot
1Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.
XNoot
2Kamerstukken 2006–2007, 24 095, nr. 209, Kamerstukken 2007–2008,
26 643, nr. 103 en 28 684, nr. 133.