Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 februari 2016
Bij brief van 21 januari 2016 heeft u mij verzocht om een reactie te geven op het
SCP-bericht «Combinatiedruk neemt toe in de samenleving».
Het SCP-bericht gaat in op een aantal artikelen over «Arbeid een zorg in de participatiesamenleving»
van het Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken dat op 7 januari jl is verschenen. Het
Sociaal en Cultureel Planbureau en de Universiteit Utrecht zijn de initiatiefnemers
van dit themanummer. Het biedt een breed beeld van wat er speelt ten aanzien van de
combinatie arbeid en zorg. Het gaat om uiteenlopende aspecten zoals de ontwikkeling
van een toenemende tijdsbesteding aan arbeid en zorg, de gevolgen van het geven van
mantelzorg voor het eigen welbevinden en het belang van steun voor mantelzorgers door
hun werkorganisatie. Ook mogelijkheden en knelpunten die een goede combinatie van
arbeid en zorg bevorderen of juist belemmeren worden benoemd.
Het themanummer is verschenen op een moment dat het thema arbeid en zorg veel belangstelling
geniet, maatschappelijk en politiek. Vanuit de betrokkenheid met dit thema en het
besef dat veel mensen nu en zeker ook in de nabije toekomst naast hun werk te maken
hebben met zorgtaken en andere verantwoordelijkheden heeft het kabinet de SER gevraagd
om advies uit te brengen over werken en leven in de toekomst. In de adviesaanvraag
zijn ook de thema’s benoemd die in het themanummer van genoemd tijdschrift aan bod
komen. Zo wordt onder meer gevraagd welke verantwoordelijkheden men in de verschillende
levensfasen heeft en welke groepen extra risico lopen op tijdelijke uitval uit het
arbeidsproces. Ook is de SER verzocht te kijken naar de toekomst: wat hebben mensen
nodig om hun verantwoordelijkheden op een goede en verantwoorde manier uit te kunnen
oefenen en hoe kunnen zij daarbij gefaciliteerd kunnen worden door bijvoorbeeld hun
arbeidsorganisatie, de overheid worden.
In afwachting van het SER-advies verwijs ik u voor een verdere reactie op het SCP-bericht
en eventuele beleidsconclusies die het kabinet daaraan verbindt dan ook naar de reeds
toegezegde kabinetsbrief die na ontvangst van het SER-advies aan de Tweede Kamer zal
worden aangeboden.
Aansprakelijkheid onjuiste implementatie Europese Richtlijn 2003/88/EG m.b.t. de opbouw
van wettelijke vakantiedagen
Met deze brief wil ik u tevens informeren dat de Hoge Raad in september 2015 heeft
bepaald dat de Staat aansprakelijk is voor schade die werknemers hebben geleden door de onjuiste implementatie van de Europese richtlijn 2003/88/EG
(«arbeidstijdenrichtlijn»). Door de onjuiste implementatie tussen 23 november 1996
en 1 januari 2012 bouwden zieke werknemers alleen vakantiedagen op over de laatste zes maanden van hun ziekteperiode in
plaats van over de hele ziekteperiode. Bij beëindiging van het dienstverband kregen
deze werknemers te weinig vakantiedagen uitbetaald. Deze schade kan op de Staat worden
verhaald. Het Agentschap SZW gaat op korte termijn starten met de behandeling van
de schadeclaims die bij SZW zijn binnengekomen. De kosten worden geraamd op € 7 miljoen
euro.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher