26 442 Veteranenziekte

Nr. 52 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 oktober 2011

Bij brief van 8 juli 2011 (Kamerstukken II, 26 442, nr. 51) heb ik u afschrift gezonden van de brief die ik aan alle gemeenten heb gezonden in verband met de legionellarisico’s van natte koeltorens.

Ik heb in die brief het College van Burgemeester en Wethouders van elke gemeente verzocht om door het invullen en ondertekenen van een vragenformulier informatie te verschaffen over de uitgevoerde en geplande acties met betrekking tot natte koeltorens. Het gaat dan met name om inventarisatie, registratie, toezicht en handhaving op basis van de Wet milieubeheer.

Aan alle gemeenten heb ik gevraagd om de formulieren uiterlijk 15 september 2011 te retourneren. Inmiddels heb ik van zo’n 275 gemeenten (2/3 van het totaal) het formulier ontvangen, in een aantal gevallen samen met een begeleidende brief of andere documenten.

Ik zend binnenkort de gemeenten die nog geen informatie toegezonden hebben, een rappel met het verzoek om binnen 4 weken te reageren.

Na het verlopen van deze termijn zal ik in een aan u te zenden brief een landelijk beeld schetsen van de gemeentelijke aanpak van natte koeltorens in Nederland op basis van de ontvangen informatie.

Tevens zal ik dan alle ontvangen informatie per gemeente publiceren op een website.

Daarmee heb ik dan uitvoering gegeven aan de toezegging – opgenomen in mijn brief van 8 juni – om u na het zomerreces een beeld te geven van de gemeentelijke aanpak van natte koeltorens in Nederland.

Door raadpleging van de ingevulde formulieren kunt u dan, evenals bijvoorbeeld de leden van de gemeenteraden en de inwoners van de gemeenten, zelf vaststellen wat een gemeente heeft gedaan en zal doen aan inventarisatie, registratie, toezicht en handhaving met betrekking tot de legionellarisico’s van natte koeltorens.

Ook als er een gemeente geen formulier retour heeft gezonden, zou dat voor de betrokkenen een reden kunnen zijn om daarover aan het College van Burgemeester en Wethouders vragen te stellen.

Zo kunnen gemeentebesturen die op dit vlak achterblijven, op lokaal niveau gestimuleerd worden om in actie te komen.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

J. J. Atsma

Naar boven