25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1426 MOTIE VAN DE LEDEN HIJINK EN BIKKER

Voorgesteld 16 september 2021

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat veel lonen in de zorgsector structureel lager zijn dan in de marktsector, zoals blijkt uit het SER-advies «Aan de slag voor de zorg»;

overwegende dat de Kamer met de aangenomen motie-Kwint (25 295, nr. 1233) de regering heeft opgeroepen om uiterlijk deze zomer in overleg met zorgpersoneel en hun vertegenwoordigers tot een plan te komen voor structurele waardering voor zorgverleners, waarin betere arbeidsvoorwaarden en een beter salaris worden gerealiseerd;

overwegende dat het onwenselijk is dat een concrete stap uitblijft in deze intensieve tijden voor de zorg en dat dit allermeest geldt voor het zorgpersoneel dat al jaren structureel minder verdient en minder perspectief heeft op groei dan in de marktsector en grote delen van de publieke sector;

overwegende dat het wenselijk is dat een concrete eerste stap wordt gezet en dat het kabinet zelf verschillende realistische varianten aanreikt in zijn reactie op het SER-advies in 2022;

verzoekt de regering, voldoende extra financiële middelen voor zorgsalarissen vrij te maken in de eerstvolgende begroting, te beginnen met 600 miljoen euro in 2022, opdat met name de grootste salariskloof wordt verkleind en een structurele loonsverhoging mogelijk wordt voor zorgpersoneel, daarvoor spoedig de benodigde voorbereidingen te treffen en de budgettaire dekking te vinden in verhoging van de vennootschapsbelasting,

en gaat over tot de orde van de dag.

Hijink

Bikker

Naar boven