24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 480 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 november 2012

Op 16 november 2010 informeerde de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie u over de capaciteitsmaatregelen die nodig waren om de grootschalige leegstand in de justitiële jeugdinrichtingen (JJI’s) tegen te gaan1. Zowel uit financieel als uit kwalitatief oogpunt was het noodzakelijk de capaciteit van de JJI’s fors te verminderen tot 800 operationele plaatsen en 150 reserveplaatsen. Deze afbouw van capaciteit heeft inmiddels plaatsgevonden, waarbij het overgrote deel van het boventallige personeel een andere baan heeft gevonden2 en voor een aanzienlijk deel van de buiten gebruik gestelde locaties een andere bestemming is gevonden3.

Op grond van de prognose van de toekomstig benodigde capaciteit in de JJI’s en de noodzaak tot een doelmatige besteding van overheidsmiddelen, kondigt de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie in deze brief nieuwe maatregelen aan om de operationele capaciteit van de JJI’s verder te verkleinen tot 650 plaatsen in 2014. Daarmee blijven er voldoende plaatsen beschikbaar voor de instroom van criminele jeugdigen. Naast een operationele capaciteit van 650 plaatsen blijven nog 127 plaatsen in reserve binnen de inrichtingen die operationeel zijn.

Prognoses en huidige bezetting

Op grond van de huidige prognoses volgens het Prognosemodel Justitiële Ketens (PMJ) van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) daalt de capaciteitsbehoefte de komende jaren naar 635 plaatsen – inclusief een capaciteitsmarge van 10% – in 2017. Daar komt bij dat de huidige bezettingsgraad reeds lager ligt dan op grond van diezelfde prognoses kon worden verwacht. In 2011 en 2012 (tot nu toe) waren gemiddeld ruim 610 van de 800 beschikbare plaatsen bezet.

Dat betekent dat gemiddeld bijna 200 plaatsen nu en in de nabije toekomst (op grond van de WODC-prognoses) niet worden gebruikt. Een leegstand van dergelijke omvang is om verschillende redenen zeer ongewenst. Ten eerste omdat een lage bezetting risicovol is voor de kwaliteit van behandeling, interventies en onderwijs in de JJI’s. Ten tweede omdat het noodzakelijk is de beschikbare middelen zo effectief en doelmatig mogelijk in te zetten. Het is financieel niet verantwoord om een groot aantal ongebruikte plaatsen in stand te houden. Met het verkleinen van de operationele capaciteit naar 650 plaatsen vanaf 2014, realiseren wij een structurele besparing van € 28,4 mln.

Maatregelen

De regionale behoefte aan capaciteit4 en een doelmatige inzet5 van de beschikbare middelen zijn leidend geweest bij de keuzes die de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft gemaakt ten aanzien van de operationele capaciteit (en de reservecapaciteit) die in de toekomst beschikbaar moet blijven. Dit leidt tot de volgende maatregelen.

JJI Horizon (voorheen Avenier) Kolkemate (Zutphen) wordt buiten gebruik gesteld en afgestoten voor 1 januari 2014. Het buiten gebruik stellen van deze particuliere inrichting met 68 plaatsen heeft relatief weinig consequenties voor regionale plaatsing omdat de jongeren in die regio goed opgevangen kunnen worden in met name De Hunnerberg (Nijmegen) en LSG-Rentray (Lelystad).

Daar komt bij dat door het buiten gebruik stellen en afstoten van JJI Kolkemate noodzakelijke investeringen – van € 5 á 8 mln. – in het gebouw vermeden worden.

Locatie Kralingen (Rotterdam) van JJI de Hartelborgt wordt buiten gebruik gesteld en afgestoten voor 1 januari 2014. Deze kleine rijkslocatie wordt met name gebruikt voor nachtdetentie. Uit oogpunt van doelmatigheid betreft het een dure locatie, omdat gemiddeld slechts 9 (van de 27 beschikbare) plaatsen bezet zijn. Voor de uitvoering van nachtdetentie kan – na afstoot van locatie Kralingen – gebruik worden gemaakt van de hoofdlocatie van de Hartelborgt in Spijkenisse.

Locatie De Vliet (Breda) van JJI Den Hey-Acker wordt als reservecapaciteit aangemerkt. Vanwege de lage bezetting van deze locatie (een losstaand gebouw buiten de omheining van het hoofdgebouw van Den Hey-Acker) heeft Den Hey-Acker dit gebouw sinds 2011 niet meer in gebruik.

Met de gemeente Breda is inmiddels overeenstemming bereikt over de verhuur van locatie De Vliet ten behoeve van het huisvesten van dakloze verslaafden vanaf december 2012.

Enkele landelijke bestemmingen worden verplaatst naar andere JJI’s. De Individuele Traject Afdeling (ITA) van de Kolkemate wordt verplaatst naar Het Keerpunt (Cadier en Keer). De afdeling voor alleenstaande minderjarige vreemdelingen in De Hunnerberg gaat ook naar Het Keerpunt. Daarnaast worden de bestemmingen «meisjes», «zeden» en «LVB» (licht verstandelijk beperkten) ieder met een groep teruggebracht (op grond van de capaciteitsbehoefte) en geconcentreerd in een JJI. De meisjes worden geplaatst in De Heuvelrug (Zeist), de groepen voor LVB worden geconcentreerd in LSG-Rentray (Lelystad). De groepen voor «zeden» blijven in Den Hey-Acker (Breda).

Een groot deel van de nieuwbouw van JJI Teylingereind (Sassenheim) wordt sinds 2011 verhuurd (voor een periode van 5 jaar) aan Horizon die het gebruikt als locatie voor JeugdzorgPlus. De resterende 26 plaatsen in de nieuwbouw worden omgezet in reserveplaatsen.

Bijzondere situatie gemeente Zutphen

Met betrekking tot de gemeente Zutphen, waar JJI Horizon (voorheen Avenier) Kolkemate buiten gebruik wordt gesteld, wijst de minister van Veiligheid en Justitie er op dat deze gemeente zich in een bijzondere situatie bevindt. Hoewel het openbaar ministerie in 2006 een convenant sloot met de gemeente Zutphen voor nieuwbouw van een kantoorpand voor het parket, is het kantoor van het parket begin 2011 naar Arnhem verplaatst. Deze beweging laat overigens de functionele aanwezigheid van het openbaar ministerie in Zutphen onverlet. In een kort gedingprocedure is vervolgens bepaald dat de verplaatsing van het kantoor doorgang kon vinden, onder meer omdat de Staat heeft aangeboden de gemeente Zutphen te compenseren.

Mede op basis van deze voorgeschiedenis heeft de minister van Veiligheid en Justitie, zoals ook tijdens de parlementaire behandeling van de wet Herziening gerechtelijke kaart toegezegd, in overleg met de gemeente Zutphen gezocht naar een passende oplossing. Deze oplossing is gevonden met de vestiging van een contactcenter van het Juridisch Loket en de positionering van de afdeling Expertise- en Dienstencentrum Digitale Archivering van de Justitiële Informatiedienst in Zutphen. Uw Kamer zal voor het kerstreces een brief ontvangen over het Veiligheid en Justitie-brede locatiebeleid dat voortvloeit uit het Regeerakkoord van het kabinet Rutte I.

Slot

Met de in deze brief genoemde capaciteitsmaatregelen wordt een goed evenwicht gecreëerd tussen de capaciteitsbehoefte en de bezetting van JJI-plaatsen, uit oogpunt van kwaliteit en doelmatigheid. Hoe noodzakelijk ook, deze maatregelen zullen hard aankomen in het JJI-veld, met name bij de medewerkers van locatie Kolkemate (circa 116 fte.) en locatie Kralingen (circa 15 fte.). Met deze JJI’s zal worden bezien op welke wijze de ontstane boventalligheid van het personeel wordt opgelost. Gezien de ervaringen met de mobiliteitsaanpak die is ingezet naar aanleiding van de capaciteitsmaatregelen in 2010, hebben wij er vertrouwen in dat boventallige medewerkers hun kennis en ervaring elders in het brede domein van (jeugd)zorg en veiligheid kunnen inzetten.

De minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Tweede Kamer 2010–2011, 24 587, nr. 403

X Noot
2

Vanaf 1 mei 2011 is 90% van het boventallige rijkspersoneel uitgestroomd naar een andere functie.

X Noot
3

Locatie Rekken van LSG-Rentray is omgevormd tot voorziening voor LVB-jongeren; de nieuwbouw van JJI Teylingereind is in gebruik door Horizon (voorheen Avenier) als locatie voor JeugdzorgPlus; locatie ’t Anker van Horizon wordt benut als locatie voor JeugdzorgPlus; locatie Vught van JJI Den Hey-Acker is door het Gevangeniswezen in gebruik genomen en een deel (de Doggerij) van de Doggershoek wordt gebruikt door Lijn 5, een jeugdzorginstelling voor de doelgroep LVB.

X Noot
4

Voor een goede aansluiting op de ketenpartners in de (jeugd)strafrechtketen, de betrokkenheid van ouders bij de behandeling in de JJI’s en een optimale beschikbaarheid van preventief gehechte jongeren voor de rechtsgang, is regionale plaatsing immers van belang.

X Noot
5

Van belang zijn zowel de exploitatiekosten, de toekomstige kosten in verband met benodigde investeringen in gebouwen als de eenmalige kosten bij het afstoten van gebouwen.

Naar boven