24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 398 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 augustus 2010

Hierbij bied ik u het Inspectierapport Doorlichting PI Veenhuizen locatie Esserheem van de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt) aan.1 De ISt stelt dat het algemene beeld dat uit de doorlichting naar voren komt, positief is. Het rapport bevat waardevolle aanbevelingen die ik graag overneem. De belangrijkste aanbevelingen en mijn reactie daarop licht ik in deze brief nader toe.

Volgens de ISt bejegenen de medewerkers de ingesloten vreemdelingen humaan en respectvol. Het detentieklimaat is open, gemoedelijk en humaan. Het inrichtingspersoneel is ervaren en bekend met de buitenlandse gevangenispopulatie. Ook is het met de rechtspositie van gedetineerden goed gesteld. De intake is uitgebreid, persoonlijk en laagdrempelig.

Hoewel de gedetineerden zich veilig voelen en er weinig tot geen incidenten in Esserheem zijn, beveelt ISt de locatie Esserheem wel aan om nader beleid te ontwikkelen op het gebied van agressiebeheersing. Met de realisatie van deze aanbeveling van de ISt is inmiddels gestart. Ook beveelt de ISt Esserheem aan om extra camera’s te plaatsen. Deze aanbeveling neem ik gedeeltelijk over. Mede gelet op de goede sfeer in Esserheem worden enkel op de kritieke plaatsen extra camera’s geplaatst.

De ISt beveelt Esserheem aan om de executieve medewerkers regelmatig te rouleren over de teams en werkplekken. Deze aanbeveling aan Esserheem neem ik niet over. Gelet op de verwachte sluiting van locatie Bankenbosch en de relatief grote aantallen oudere personeelsleden die op korte termijn afscheid zullen nemen van de vestiging is het rouleren van de medewerkers over de verschillende teams en werkplekken op dit moment niet opportuun.

Volgens de Ist is het beperkte aanbod aan scholing een aandachtspunt. Art. 48 van de Penitentiaire Beginselenwet (Pbw) bepaalt dat de gedetineerde het recht heeft tot het volgen van onderwijs voor zover zich dit verdraagt met de duur en aard van de detentie en de persoon van de gedetineerde.

Esserheem is aangewezen als bijzondere opvang van strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen met tenminste een strafrestant van vier maanden2. Deze groep onderscheidt zich van andere gedetineerden omdat zij in beginsel na het ondergaan van hun straf niet in de Nederlandse samenleving zullen terugkeren. Dit rechtvaardigt een beleid waarbij deze groep wordt geselecteerd voor een inrichting waarin de detentie zo veel mogelijk dienstbaar wordt gemaakt aan de voorbereiding op het vertrek uit Nederland en de terugkeer naar het land van herkomst. Wat betreft scholing kan de inrichting hierbij denken aan het geven van computerles en taalonderwijs, bijvoorbeeld Engels. Esserheem biedt de strafrechtelijk gedetineerden reeds computerles en Engels aan. Gelet op het bovenstaande voldoet Esserheem aan het landelijk gemaakte beleid en neem ik deze aanbeveling niet over.

De ISt constateert dat binnen de locatie Esserheem op dit moment alle telefoongesprekken van gedetineerden met personen en instanties buiten de inrichting standaard worden opgenomen en enkele dagen worden bewaard alvorens te worden gewist. Dit betekent dat ook telefoongesprekken tussen een gedetineerde en diens rechtsbijstandverlener standaard worden opgenomen. Dit spoort niet met het gevoerde standaardbeleid dienaangaande, waarbij geen ander toezicht wordt uitgeoefend op deze telefonische contacten dan noodzakelijk is om de identiteit van de persoon van de rechtsbijstandverlener met wie het gesprek zal worden gevoerd, vast te stellen. De in Esserheem opgenomen gesprekken worden echter niet afgeluisterd en worden spoedig na opname gewist. Momenteel voer ik besprekingen met de Nederlandse orde van Advocaten over deze problematiek. Ik verwacht u voor het eind van dit jaar te kunnen informeren over de uitkomst daarvan.

Tot slot geeft de ISt ter overweging om naast de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) ook diensten van andere externe organisaties te kunnen aanbieden in het kader van het terugkeerproces. Deze overweging neem ik over; momenteel wordt bekeken welke organisaties in dit kader een rol kunnen vervullen.

De minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

XNoot
2

Zie de regeling van de Staatssecretaris van Justitie van 9 maart 2009, nr. 5546834/08/DJI, houdende wijziging van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden, in verband met creëren van een bijzondere opvang voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen die na de ten uitvoerlegging van de vrijheidsstraf geen rechtmatig verblijf hebben in Nederland.

Naar boven