Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 februari 2019
Hierbij bied ik u het Jaarplan Toezicht 2019 van Agentschap Telecom aan1. Hierin beschrijft het agentschap de ontwikkelingen binnen de verschillende toezichtsdomeinen,
de publieke belangen hierbij en de speerpunten voor het toezicht in 2019.
Agentschap Telecom staat voor de beschikbaarheid en betrouwbaarheid van de IT- en
telecommunicatienetwerken, zodat Nederland veilig verbonden is. De economische en
maatschappelijke afhankelijkheid van dergelijke infrastructuren groeit. Daarbij houdt
Agentschap Telecom ook toezicht op de kabel- en leidingeninfrastructuur en de meet-
en weeginfrastructuur in Nederland.
Eén van de speerpunten van Agentschap Telecom is de continuïteit en toekomstvastheid
van telecommunicatie- en IT-infrastructuur. Het agentschap signaleert dat de doorontwikkeling
van 4G mobiele netwerken en de komst van 5G leiden tot een transitie in de telecomnetwerken.
5G schept mogelijkheden voor allerlei nieuwe diensten en toepassingen zoals smart
mobility en in de landbouwsector. Daarbij wordt de samenleving in toenemende mate
afhankelijk van snelle en betrouwbare mobiele netwerken. Dat onderschrijf ik. Met
het Actieplan digitale connectiviteit wil het kabinet ervoor zorgen dat de randvoorwaarden
voor goede digitale connectiviteit in Nederland op orde zijn.2 Het agentschap speelt daarin een belangrijk rol, bijvoorbeeld met het toezicht op
de dekkingsverplichting in de 700 MHz-frequentievergunningen die eind 2019, begin
2020 worden geveild. Ook draagt het agentschap bij aan het waarborgen van continuïteit
van de telecomvoorzieningen. Zo geeft het agentschap in 2019 prioriteit aan de continuïteit
van spectrumafhankelijke bedrijfsprocessen. Dat is van belang voor zowel de industrie
als het midden- en kleinbedrijf, dat steeds afhankelijker wordt van draadloze communicatie
op bedrijfsterreinen en in gebouwen. Het agentschap geeft aan dat de transitie in
de telecomnetwerken nieuwe toezichtsvraagstukken met zich mee brengt. Het zal daarom
in 2019 onderzoek doen naar de impact van toekomstige technologie op beschikbaarheid
en storingsgevoeligheid van netwerken.
Verder zet het agentschap in 2019 nadrukkelijk in op het behouden van het vertrouwen
van in de handel gebrachte apparatuur. Burgers en bedrijven moeten erop kunnen vertrouwen
dat apparatuur veilig is en ongestoord werkt. Het agentschap houdt er toezicht op
dat elektrische (radio)apparatuur die op de Nederlandse markt komt voldoet aan de
Europese richtlijnen. In 2019 ligt het accent op thematisch onderzoek naar online
handel in apparatuur en op potentiele risicocategorieën zoals LED-toepassingen in
de professionele omgeving en zonnepaneel installaties. Daarnaast houdt het agentschap
toezicht op de betrouwbaarheid van meet- en weegapparaten waaronder slimme energiemeters
en laadpalen voor elektrisch vervoer. De betrouwbaarheid hiervan is van belang, juist
ook voor de energietransitie met een ontwikkeling richting decentrale opwekking en
afrekening.
Tenslotte noem ik hier het speerpunt van betrouwbaarheid van digitale dienstverlening
en het vergroten van de digitale weerbaarheid. Sinds 9 november 2018 houdt Agentschap
Telecom toezicht op de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen (Wbni). Digitale
dienstverleners (clouddiensten, zoekmachines, online marktplaatsen) en aangewezen
aanbieders van essentiële diensten in de sectoren energie en digitale infrastructuur
moeten aan de Wbni voldoen. Ze moeten maatregelen nemen om incidenten te voorkomen
die de betrouwbaarheid van hun ICT-systemen aantasten. Incidenten met aanzienlijke
gevolgen moeten worden gemeld. Het agentschap investeert in 2019 verder in dit toezicht
met als doel het vergroten van de digitale weerbaarheid van de infrastructuur en diensten.
Concluderend vind ik het positief dat Agentschap Telecom nadrukkelijk werkt vanuit
de publieke belangen en de ontwikkelingen in de samenleving en technologie. Daarbij
heeft het agentschap serieus aandacht voor de gevolgen daarvan voor het toezicht.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer