22 112
Ontwerp-richtlijnen Europese Commissie

nr. 69
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 19 juli 1996

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer U hierbij vijf fiches aan te bieden, die werden opgesteld naar aanleiding van het overleg door de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen. Deze kwam op 17 juli jl. bijeen om zich een eerste oordeel te vormen van voorstellen die vanuit Brussel aan de lidstaten werden toegezonden.

De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

M. Patijn

1. Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2847/93 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid; Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement betreffende de installatie van een satellietvolgsysteem voor vissersvaartuigen van de Gemeenschap.

Nummer van het Commissie-document: COM(96)232

Publikatieblad:

Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: LNV

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:

Het voorstel beoogt de bestaande controleverordening te wijzigen met het oog op de verplichte installatie door de lid-staten van satellietvolgsystemen voor vissersvaartuigen.

Aan de hand van ervaringen, opgedaan tijdens een aantal proefprojecten en waarvan een verslag is bijgevoegd, worden er voorstellen tot wijziging gedaan.

Consequenties voor de nationale rechtsorde en beleid c.q. lagere overheden:

Het betreft een verordening; behoeft niet te worden geïmplementeerd, heeft directe werking. Er liggen evenwel vragen in hoeverre bewijsvoering aan de hand van satellietgegevens voor de rechter stand zal houden.

Nog onduidelijk is welke consequenties de verordening precies heeft voor de AID, het ziet er naar uit dat er extra inspanningen zullen moeten worden geleverd. LNV zal zich ten aanzien van het voorstel kritisch opstellen daar waar het fors hogere kosten voor controle zal betekenen.

De voorgestelde implementatietermijn van 1 januari 1997 is niet haalbaar.

Consequenties voor de EG-begroting in ECU (per jaar):

80 à 100 MECU voor 5 jaar. Het is niet duidelijk waar de financiering precies vandaan zal komen; er is 205 MECU gereserveerd in de begroting voor controle. De gelden zullen waarschijnlijk daaruit worden geput. Wat betreft de nationale co-financiering zal LNV zoeken naar middelen binnen de eigen begroting c.q. door bijdragen van de sector.

2. Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot instelling van specifieke maatregelen voor de sector levende planten en produkten van de bloementeelt.

Nummer van het Commissie-document: COM (96)261

Publikatieblad:

Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: LNV

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:

Het voorstel beoogt de afzet van (levende) planten en produkten van de bloementeelt te bevorderen. Dit conform het verzoek van de Raad en het betrokken bedrijfsleven.

Momenteel worden in sommige lid-staten (Nederland en Duitsland) reclamecampagnes gevoerd, die vanuit de sector gefinancierd worden. Vanwege het feit dat de sectoren steeds verder internationaliseren, is er behoefte aan coördinatie van de nationale acties aangevuld met acties voor de gehele Gemeenschap.

Consequenties voor de nationale rechtsorde en beleid c.q. lagere overheden:

Geen, betreft Verordening die rechtstreekse werking heeft, behoeft geen implementatie.

Consequenties voor de EG-begroting in ECU (per jaar):

10 MECU.

3. Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de verstrekking van leninggaranties voor investeringen van kleine en middelgrote ondernemingen die werkgelegenheid scheppen (ELISE).

Nummer van het Commissie-document: COM(96)155

Publikatieblad: 96/C146/04

Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: FIN

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:

Het voorstel voorziet in verstrekking van premievrije EIF-garanties aan projecten in het Midden- en Kleinbedrijf (MKB), die werkgelegenheid creëren. De Commissie denkt met een bedrag van 25 MECU in 1996 de komende twee jaar één miljard ECU aan leningen uit de private sector te kunnen garanderen (via het Europees Investerings Fonds (EIF)). Hierdoor zouden volgens de Commissie circa 30 000 nieuwe banen worden geschapen.

Consequenties voor de nationale rechtsorde en beleid c.q. lagere overheden:

N.v.t.

Consequenties voor de EG-begroting in ECU (per jaar):

25 MECU in 1996.

4. Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's «Het concurrentievermogen van de sector onderaanneming in de textiel- en kledingindustrie in de Europese Unie».

Nummer van het Commissie-document: COM(96)210

Publikatieblad:

Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: EZ

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:

Het voorstel betreft de sterk onder druk staande concurrentiepositie van de toeleveringsbedrijven in de EU-textiel- en kledingsindustrie door de zeer grote concurrentie vanuit lage-lonen-landen. De Commissie wil de concurrentiepositie versterken door:

– de bevordering van een beter gebruik van de van toepassing zijnde programma's en instrumenten;

– het ontwikkelen van aanvullende ondersteunende maatregelen, die gericht zijn op de specifieke behoeften van de sector;

– het opzetten van acties voor industriële samenwerking tussen EU-toeleveringsbedrijven om gebruik te maken van een eventueel aanwezige complementariteit, zowel wat betreft de EU-markt als de exportmarkten;

– het stimuleren van partnerschapsovereenkomsten tussen actieve economische actoren in de textiel- en kledingkolom, met name tussen opdrachtgevers en toeleveranciers;

– het opzetten van een permanente Begeleidingsgroep voor de onderhavige toeleveringssector, bestaande uit de Europese nationale vertegenwoordigers van deze bedrijfstak en van de vakbonden.

Consequenties voor de nationale rechtsorde en beleid c.q. lagere overheden:

N.v.t.

Consequenties voor de EG-begroting in ECU (per jaar):

Circa 200 000 ECU per jaar voor administratieve kosten. Kosten ten behoeve van de uitvoering van eventuele maatregelen nog onbekend.

5. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de finaliteit van de afrekening en onderpand.

Nummer van het Commissie-document: COM(96)193

Publikatieblad:

Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: JUST/FIN

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:

In het ontwerp-voorstel van de Raad en de Europese Commissie wordt een juridisch kader geschapen voor Europese betalingssystemen, waarbij met name geharmoniseerde regels worden gegeven voor de finaliteit van betalingsopdrachten en het onderpand dat door deelnemers aan een betalingssysteem wordt verschaft.

Consequenties voor de nationale rechtsorde en beleid c.q. lagere overheden:

Het richtlijn-voorstel kent gevolgen voor het privaatrecht en vergt daarom nieuwe regelgeving in het BW.

De voorgestelde implementatietermijn van 31 december 1998 is waarschijnlijk niet haalbaar aangezien de besprekingen waarschijnlijk veel tijd in beslag zullen nemen en nieuwe wetgeving in het BW nodig is.