Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 juni 2017
Hierbij bied ik u de vijfde editie aan van het EU Justice Scoreboard (COM (2017) 167)1. Het EU Justice Scoreboard (hierna: het EJS) is een door de Europese Commissie ontwikkeld
instrument dat een overzicht beoogt te geven van de effectiviteit van de rechtstelsels
van EU-lidstaten aan de hand van een drietal kernelementen: onafhankelijkheid, kwaliteit
en efficiency. Doel van het EJS is om EU-lidstaten te helpen bij de identificatie
van eventuele tekortkomingen, verbeteringen en best practices met betrekking tot hun
rechtsstelsels, alsook eventuele trends op dit terrein te signaleren. Hoewel het EJS
door de wijze van presenteren als een ranking van de lidstaten kan overkomen, is dat
nadrukkelijk niet de bedoeling.
Bij de totstandkoming van het EJS maakt de Europese Commissie in belangrijke mate
gebruik van bestaande kwantitatieve data afkomstig van o.a. de Commission for the
Efficiency of Justice van de Raad van Europa (CEPEJ), het European Network of Councils
for the Judiciary (ENCJ), het Network of the Supreme Judicial Courts of the EU (NPSJC),
de Council of Bars and Law Societies of Europe (CCBE) en het World Economic Forum
(WEF). Ook worden diverse experts van de lidstaten (veelal vertegenwoordigers van
Ministeries van Justitie en van de Raden voor de rechtspraak) geraadpleegd.
Net als voorgaande edities bevat de 2017 editie weer een aantal nieuwe indicatoren.
Zo wordt er in deze nieuwe editie o.a. aandacht besteed aan de oplossingsmogelijkheden
die door consumenten kunnen worden gekozen bij geschillen met bedrijven, de invloed
van rechtsbijstand en griffierechten op de toegang tot de rechtspraak, de duur van
procedures en de mate waarin consumenten gebruik maken van het online dispute resolution
(ODR) platform dat in 2016 operationeel is geworden. Ook is er in deze editie aandacht
voor de door burgers en bedrijven gepercipieerde onafhankelijkheid van de rechtspraak,
en zijn er nieuwe indicatoren opgenomen met betrekking tot waarborgen voor de bescherming
van de onafhankelijkheid van de rechtspraak. Daarnaast bevat deze editie de bevindingen
van een enquête onder advocaten over de wijze waarop zij met gerechten communiceren
en de redenen waarom zij daarbij al dan niet van ICT-voorzieningen gebruik maken.
Evenals in voorgaande jaren laat het EJS een positief beeld voor Nederland zien. Op
het merendeel van de indicatoren scoort Nederland bovengemiddeld.
Nederland valt in positieve zin o.a. op waar het de gepercipieerde onafhankelijkheid
van de rechtspraak betreft. Die is in Nederland hoog en is sinds 2016 bij burgers
zelfs gestegen.
Een gebied waarop Nederland nog relatief minder goed scoort is digitale toegankelijkheid.
De verwachting is dat de inwerkingtreding van de KEI-wetgeving (Kwaliteit en Innovatie)
– die digitaal procederen mogelijk maakt – zal bijdragen aan een betere Nederlandse
score op dit punt in toekomstige edities.
Zoals gezegd beoogt het EJS lidstaten te ondersteunen in de ontwikkeling van hun nationale
rechtssystemen door inzicht te geven in het functioneren daarvan aan de hand van een
aantal indicatoren. Het kabinet is van mening dat het EJS inderdaad een positieve
impuls kan geven aan de verdere versterking van de rechtsstaat in de EU-lidstaten.
Net als in voorgaande jaren is het oordeel van het kabinet ten aanzien van de subsidiariteit
en proportionaliteit van dit initiatief positief.
De Minister van Veiligheid en Justitie, S.A. Blok