Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 juli 2020
Met deze brief bied ik u, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken en
Klimaat, het «Report on Member States» progress in implementing the EU Toolbox on
5G Cybersecurity» aan1. Dit rapport is opgesteld door de NIB Samenwerkingsgroep, bedoeld in artikel 11 van
de NIB-richtlijn2, naar aanleiding van de Europese Commissie mededeling over de uitvoer van de EU 5G
toolbox van 29 januari 20203. Over deze mededeling bent u op 6 maart 2020 door toezending van een BNC-fiche geïnformeerd.4
Sinds de vaststelling van de EU 5G toolbox op 29 januari 2020 hebben de Lidstaten
stappen ondernomen om daarin vermelde maatregelen te implementeren. Het bijgevoegde
rapport geeft een geaggregeerd overzicht van de stand van zaken van de implementatie
van de beveiligingsmaatregelen uit de 5G toolbox binnen de EU, en biedt daarnaast
voorbeelden van activiteiten die Lidstaten hebben ondernomen om specifieke maatregelen
uit de toolbox te implementeren. In oktober 2020 volgt een evaluatie van het gehele
traject dat naar aanleiding van de aanbeveling uit maart 20195 is ingegaan, met het oog op eventuele vervolgstappen.
Nederland blijft zich in EU-verband inzetten voor een gezamenlijke Europese aanpak
voor de veiligheid van 5G-netwerken, conform de moties van het lid Weverling c.s.
en van het lid Van den Berg c.s.6 Een Europese aanpak kan bijdragen aan de effectiviteit van de beveiligingsmaatregelen.
Daarnaast kan de uitwisseling van informatie over risico’s en maatregelen bijdragen
aan de nationale aanpak voor veiligheid en integriteit van telecomnetwerken. Zo is
informatie vanuit Europa relevante input voor de structurele samenwerking tussen overheid
en de telecomsector. Deze samenwerking is één van de maatregelen van het kabinet om
te borgen dat, op basis van ontwikkelingen in het dreigingsbeeld of vanwege nieuwe
technologische ontwikkelingen in het netwerk, waar nodig aanvullende maatregelen worden
genomen.7 De waarde van de structurele aanpak is dat ontwikkelingen in dreiging en technologie
in samenhang worden bezien en beoordeeld. Het kabinet zal de uitwisseling van kennis
en informatie binnen de EU dan ook voortzetten conform de gewijzigde motie van het
lid Moorlag c.s.8, onder andere via de NIB Samenwerkingsgroep.
Naar aanleiding van de toezegging uit het AO JBZ van 11 maart 2020 over hoe andere
landen hun parlementen informeren over buitenlandse afhankelijkheden in kritieke infrastructuur9, is vanuit Nederland een rondvraag gedaan.
Op basis daarvan kan ik u aangeven dat in andere EU Lidstaten het 5G-dossier als gevoelig
wordt ervaren. Hierbij zoeken Lidstaten naar een balans tussen de belangen van een
openbaar debat en de noodzakelijke vertrouwelijkheid in het belang van de nationale
veiligheid en informeren zij hun parlementen in lijn met hun afweging.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus