21 501-20 Europese Raad

Nr. 1660 GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID VOORDEWIND C.S. TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 1656

Voorgesteld 24 maart 2021

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

Constaterende dat China al bij de toetreding van de Wereld Handels Organisatie (WTO) in 2001 heeft toegezegd de ILO conventies te ratificeren;

Constaterende dat China vier fundamentele ILO-conventies nog niet geratificeerd heeft, betrekking hebbend op vrijheid van organisatie in vakbonden en collectieve onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden (Conventies 87 en 98) en op dwangarbeid (Conventies 29 en 105);

Constaterende dat er een politiek akkoord is bereikt over het investeringsverdrag zonder dat de lidstaten, dus ook Nederland niet, de volledige tekst van het akkoord hadden gezien;

Constaterende dat de EU nu persoonsgerichte sancties heeft ingesteld tegen Chinese verantwoordelijken voor de uitbuiting en onderdrukking van de Oeigoeren;

Verzoekt de regering, pas in te stemmen met het EU-China investeringsverdrag indien als voorwaarde wordt gesteld dat voor inwerkingtreding van het verdrag de vier ontbrekende ILO-conventies alsnog geratificeerd en geimplementeerd worden, en hierover periodiek gerapporteerd wordt,

En gaat over tot de orde van de dag.

Voordewind

Kuik

Sjoerdsma

Kuiken

Van Ojik

Leijten

Bisschop

Sazias

Naar boven