Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 21501-07 nr. 1015 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 21501-07 nr. 1015 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 maart 2013
Hierbij zend ik u het verslag van de vergadering van de Eurogroep en ECOFIN Raad van 4 en 5 maart 2013 te Brussel.
De minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem
Het officiële verslag van het Voorzitterschap over de Ecofin Raad kunt u vinden op: http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/ecofin/135829.pdf
De Eurogroep sprak over de economische situatie in de Eurozone aan de hand van de Winterraming van de Europese Commissie. De Commissie gaf een toelichting op de vooruitzichten voor de economische en budgettaire ontwikkelingen in de lidstaten. Voor de gehele eurozone is de gemiddelde groeiraming naar beneden bijgesteld voor 2013 en zijn de ramingen voor het EMU-saldo van de eurozone verslechterd. Ook voor Nederland zijn de groeiramingen voor 2013 van 0,3% naar –0,6% bijgesteld en raamt de Europese Commissie het EMU-saldo voor 2013 nu op –3,6% bbp. Nederland heeft tijdens de Eurogroep de recente ontwikkelingen in Nederland en de aangekondigde aanvullende maatregelen voor 2014 toegelicht.
De Commissie baseert haar oordeel over buitensporigtekortprocedures op de Voorjaarsraming, daarom wacht de Eurogroep de Voorjaarsraming af voordat gesproken zal worden over buitensporigtekortprocedures. Wel bracht de Commissie naar voren dat in de beoordeling van de situatie in specifieke lidstaten, naast de nominale doelstelling voor het EMU-saldo, gekeken wordt of er voldoende structurele inspanning geleverd is.
De Eurogroep sprak over de stand van zaken met betrekking tot de steunaanvraag van Cyprus. Ook gaf de nieuwe minister van Financiën van Cyprus een toelichting op de plannen van de nieuwe Cypriotische regering. De Eurogroep van 11 februari jl. onderstreepte de noodzaak tot een adequate evaluatie van de implementatie van wet- en regelgeving aangaande het witwassen van geld. Hierover is nu overeenstemming bereikt met de nieuwe regering. Er zal een onafhankelijk onderzoek worden ingesteld naar de Cypriotische financiële instituties.
De Eurogroep sprak het vertrouwen uit de onderhandelingen over een steunprogramma voor Cyprus snel te kunnen afronden nu de nieuwe regering is geïnstalleerd en benadrukte de bereidheid om Cyprus te helpen bij de nodige aanpassingsinspanningen, met inbegrip van de banksector. Er wordt gestreefd naar goedkeuring van een programma voor Cyprus in maart. De Eurogroep zal daarom opnieuw bijeen komen in de nabije toekomst om de voortgang van de onderhandelingen tussen de Trojka en Cyprus te bespreken. De verklaring die de Eurogroep naar buiten bracht over dit agendapunt is bijgevoegd bij dit verslag1.
De Eurogroep heeft gesproken over de stand van zaken omtrent de implementatie van het programma door Griekenland. De doelstelling («milestone») die was vastgelegd in het programma voor februari is gehaald. Deze doelstelling bestond uit het actualiseren van de middellange termijn begroting. Onderdeel hiervan vormde het instellen van bindende uitgavenplafonds voor drie jaar voor verschillende subsectoren. Het halen van deze doelstelling maakte de weg vrij voor de uitkering van de tweede subtranche van 2,8 miljard euro van het EFSF. Aanvullend werd de Eurogroep geïnformeerd dat Griekenland in aanvulling op de eerder vastgelegde doelstellingen in het programma ook maandelijkse uitgavenplafonds heeft ingesteld voor de grootste staatsondernemingen en deze maatregel later uit zal breiden naar alle staatsbedrijven. De Eurogroep sprak waardering uit voor de toewijding van Griekenland aan het halen van de budgettaire doelstellingen in het programma. De verklaring die de Eurogroep uitbracht over Griekenland is bijgevoegd bij dit verslag2.
De Eurogroep sprak over de tweede voortgangsmissie in het kader van het Spaanse bankenprogramma, die plaatsvond van 28 januari tot 1 februari 2013. Over de resultaten van de voortgangsmissie is de Kamer reeds geïnformeerd per Kamerbrief Kamerstuk 21 501-07, nr. 1012 d.d. 21 februari 2013. De conclusie van de Trojka is dat het Spaanse bankenprogramma op schema ligt. De Eurogroep benadrukte het belang van de voortgang van hervormingen, zodat ook de resterende uitdagingen worden overwonnen.
De Eurogroep sprak over de stand van zaken van de aanpassingsprogramma’s van Ierland en Portugal. Beide programma’s liggen op schema ondanks lastige macro-economische omstandigheden. In de Eurogroep is specifiek aandacht besteed aan de geleidelijke terugkeer van Ierland en Portugal naar de markt om zich voor te bereiden op de afloop van het EU/IMF leningenprogramma, respectievelijk in medio 2013 en eind 2014. De Eurogroep heeft gesproken over mogelijke maatregelen om structurele markttoegang te helpen faciliteren, zoals het verlengen van looptijden van de EFSF en EFSM-leningen.
Dit agendapunt is na de Eurogroep ook besproken met de ministers van financiën van alle EU-landen, in verband met de EFSM-leningen waaraan alle lidstaten hebben bijgedragen. Een verklaring van de ministers van financiën hierover is bijgevoegd bij dit verslag3. De Trojka wordt gevraagd met voorstellen te komen voor beide landen aangaande de EFSF en EFSM leningen.
De Eurogroep sprak over de toegangscriteria die verbonden zullen worden aan het instrument voor directe herkapitalisatie van banken door het ESM en de mogelijkheid om het instrument retroactief toe te passen. Het doel van de discussie was om tot een leidraad te komen voor verdere technische vormgeving van het instrument. De technische details zullen de komende periode verder uitgewerkt worden. Het akkoord van de Eurogroep voor het operationeel kader van dit instrument wordt verwacht in juni van dit jaar.
Zowel de Eurogroep als de Ecofin spraken over de toekomstige vormgeving van de EMU. De Europese Raad van 13–14 december 2012 verzocht voorzitter Van Rompuy om samen met Commissievoorzitter Barroso consultaties met lidstaten te houden en in juni 2013 mogelijke vervolgvoorstellen te doen met een tijdgebonden routekaart. Met bespreking hiervan tijdens de Eurogroep en de Ecofin Raad wordt invulling gegeven aan de afspraak om lidstaten te betrekken bij de vervolgstappen die zullen worden gezet. De Eurogroep en Ecofin spraken met name over ex ante coördinatie van nationale economische hervormingen. Er was brede steun voor het uitgangspunt dat bij de ex ante coördinatie van hervormingen nieuwe procedures zoveel mogelijk vermeden moeten worden en dat zo goed mogelijk aangesloten moet worden bij het Europees semester. De focus moet liggen op grote hervormingen met spillover effecten naar andere lidstaten, en verschillende lidstaten benadrukten tevens dat lidstaten ongeacht hun grootte gelijk behandeld moeten worden. Ook hervormingen in kleine lidstaten moeten voldoende aandacht krijgen.
Ook over de lidstaatcontracten en solidariteitsmechanismen die de inspanningen van lidstaten in het kader van de contracten versterken is van gedachten gewisseld. Het Voorzitterschap zal naar aanleiding van de gevoerde discussie in de Ecofin rapporteren aan de voorzitter van de Europese Raad. De Commissie heeft daarnaast aangekondigd voor eind maart twee mededelingen te publiceren over het coördineren van nationale economische hervormingen en over lidstaatcontracten.
De Ecofin Raad heeft ingestemd met de uitkomst van de triloog met het Europees Parlement over de kapitaaleisenrichtlijn IV (Capital Requirements Directive, CRD IV). Daarmee is politieke overeenstemming bereikt over de omzetting van nieuwe internationale kapitaaleisen voor banken (Basel III) naar Europese wet- en regelgeving. De laatste uitwerking van technische details en uiteindelijke teksten zal de komende weken plaatsvinden. Naar verwachting is de formele aanname van het CRD IV pakket door het Europees Parlement en de Europese Raad in juni van dit jaar. De inhoudelijke details zullen in een afzonderlijke Kamerbrief worden toegelicht, zoals toegezegd tijdens het AO Ecofin van 28 februari jl.
In de Ecofin Raad trachtte het Voorzitterschap overeenstemming te bereiken over een samengesteld pakket aan anti-fraudemaatregelen voor de BTW. Met name het snelle reactiemechanisme (SRM) in dit pakket stuitte zoals verwacht op politieke tegenstellingen, doordat de besluitvorming over een aanvraag door een lidstaat bij dit mechanisme wordt neergelegd bij de Commissie en niet bij de Raad. Meerdere lidstaten waren tegen het opgeven van de unanieme besluitvorming in de Raad. Nederland is wel voorstander van dit voorstel aangezien precies is omschreven wat de Commissie in deze mag besluiten en het middel zeer snel en efficiënt kan werken. De Ecofin Raad werd geïnformeerd dat juridisch gezien unanimiteit op het belastingterrein niet wordt aangetast en bevoegdheden bij unanimiteit aan de Commissie kunnen worden gedelegeerd. Wegens gebrek aan overeenstemming over dit pakket aan anti-fraudemaatregelen zal de vormgeving de komende periode opnieuw worden bezien. Het streven blijft om voor eind juni overeenstemming te bereiken.
De Ecofin Raad is geïnformeerd door het voorzitterschap over de overeenstemming die is bereikt met de Commissie en het Europees Parlement over de twee toezichtsverordeningen («Two Pack») voor eurolanden. Nu een akkoord is bereikt, treedt het Two Pack naar verwachting in mei formeel in werking en hebben de toezichtsverordeningen al betrekking op de begroting voor 2014. De Commissie benadrukte nog enkele voordelen van de gemaakte afspraken, waaronder het belang van het verplichte gebruik van onafhankelijke economische ramingen.
De Commissie gaf daarnaast een toelichting op de instelling van een expertgroep die zal rapporteren over de mogelijkheden voor een schuldaflossingsfonds en de uitgifte van kortlopend gezamenlijk gegarandeerd schuldpapier (eurobills). De werkgroep zal onder andere kijken naar de juridische structuur en de mogelijkheden om moreel risico bij overheden te vermijden en financiële stabiliteit te garanderen. De groep zal in het voorjaar van 2014 rapporteren en al naar gelang de uitkomst kan de Commissie op basis hiervan met voorstellen komen. De Ecofin Raad is echter op geen enkele wijze gebonden aan concrete vervolgstappen.
In het kader van het Europees semester sprak de Ecofin over het rapport van de Commissie over de kwaliteit van de overheidsuitgaven in de EU («The Quality of Public Expenditures in the EU»). De Ecofin Raad heeft conclusies aangenomen waarin het belang wordt onderstreept te bekijken of er in EU-verband acties mogelijk zijn om de kwaliteit van de overheidsuitgaven en het begrotingsraamwerk te verbeteren.
De Ecofin ontving een terugkoppeling van het voorzitterschap over de G20-vergadering voor ministers van Financiën en centralebankpresidenten, die plaatsvond in Moskou op 15 en 16 februari jl. De EU-inbreng was vooraf gecoördineerd middels een Terms of Reference (ToR). Tijdens de G20 kwam de herziening van de quotaformule van het IMF aan bod. Meerdere lidstaten hadden vooraf benadrukt dat het van belang is deze discussie omwille van legitimiteit in het IMF te voeren. Het voorzitterschap meldde dat deze boodschap goed overgebracht is en er geen routekaart is uitgezet zoals voorgesteld werd door G20 voorzitter Rusland. Verder meldde de Commissie dat het accent in de discussie niet meer vooral lag op problemen in de Eurozone, maar dat breder gekeken werd naar onder andere de ontwikkelingen in de VS en Japan.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-21501-07-1015.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.