Vragen van de leden Van Ginneken (D66) en Bouchallikh(GroenLinks) aan de Minister
voor Rechtsbescherming over het bericht dat de Nederlandse politie toch gebruik heeft
gemaakt van gezichtsherkenningssoftware van het omstreden bedrijf Clearview AI (ingezonden
27 augustus 2021).
Mededeling van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 17 september 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Clearview AI Offered Free Facial Recognition Trials
To Police All Around The World»?1
Vraag 2
Herinnert u zich dat u in maart 2020 in antwoorden op Kamervragen van het lid Verhoeven
aangaf dat: «voor zover ik heb kunnen nagaan werken er geen Nederlandse opsporingsdiensten
samen met Clearview»?2
Vraag 3
Herinnert u zich de antwoorden van de Minister van Justitie en Veiligheid op Kamervragen
van het lid Buitenweg (Groenlinks) waarin de Minister stelde dat: «ik heb mij reeds
enkele weken geleden, toen op het internet de eerste melding werd gemaakt van Clearview
in relatie tot de Nederlandse politie, laten informeren door de politie. Zij zijn
niet centraal benaderd door Clearview, zijn niet op de hoogte van contacten met dat
bedrijf, en hebben geen producten afgenomen.»3
Vraag 4
Hoe verklaart u dat volgens nieuw onderzoek op basis van interne data van Clearview
AI blijkt dat de Nationale Politie tussen de 51 en 100 keer gebruik heeft gemaakt
van Clearview AI?
Vraag 5
Was u op de hoogte van het gebruik Clearview AI binnen de politie en overheid? Zo
ja, waarom heeft u de Kamer hier niet over geïnformeerd? Zo nee, hoe is het mogelijk
dat ondanks verschillende verzoeken vanuit de Kamer om het gebruik van Clearview AI
te inventariseren, dit vervolgens niet naar boven is gekomen?
Vraag 6
In welke context werd gebruik gemaakt van Clearview AI door de nationale politie?
Zijn er ook financiële betalingen verricht aan het bedrijf Clearview AI?
Vraag 7
Hoe is de afweging gemaakt of de concrete toepassing van gezichtsherkenning en het
verwerken van biometrische gegevens wel in lijn was met mensenrechten en de Algemene
Verordening Gegevensbescherming (AVG)? Is het gebruik van Clearview AI überhaupt verenigbaar
met de AVG?
Vraag 8
Is er gebruik gemaakt van via Clearview AI gemaakte matches in strafzaken? Zo ja,
welke impact heeft dit op de rechtmatigheid van deze zaken?
Vraag 9
Kunt u nogmaals beantwoorden welke publieke organisaties er verder gebruik gemaakt
hebben van de omstreden gezichtsherkenningssoftware? Welke financiële afspraken zijn
er gemaakt met Clearview AI?
Vraag 10
Welke stappen gaat u ondernemen om te zorgen dat er in de toekomst niet zomaar gebruik
kan worden gemaakt van Clearview AI en soortgelijke bedrijven?
Vraag 11
Heeft u kennisgenomen van het rapport «The Rise and Rise of Biometric Mass Surveillance in the EU», van de organisatie European Digital Rights (EDRi), waarin het gebruik van biometrische
surveillance in drie lidstaten, waaronder Nederland, onder de loep wordt genomen?4 Wat is uw reactie op dit rapport?
Vraag 12
Deelt u de conclusie van het rapport dat de verzameling van biometrische gegevens
sterk toeneemt en dat dit vaak niet in overeenstemming is met de AVG, omdat er in
de meeste gevallen geen sprake is van zwaarwegend algemeen belang om biometrische
surveillance te rechtvaardigen, en burgers ook niet om toestemming wordt gevraagd?
Vraag 13
Wat gaat u ondernemen om de onrechtmatige verzameling van biometrische gegevens een
halt toe te roepen?
Vraag 14
Kunt u elke vraag apart beantwoorden?
Mededeling
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Van Ginneken (D66)
en Bouchallikh (GroenLinks), van uw Kamer aan de Minister voor Rechtsbescherming over
het bericht dat de Nederlandse politie toch gebruik heeft gemaakt van gezichtsherkenningssoftware
van het omstreden bedrijf Clearview AI (ingezonden 27 augustus 2021) niet binnen de
gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde
informatie is ontvangen.
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
X Noot
2Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2004
X Noot
3Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2669