Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
over te dure studentenkamers en studentenhotels (ingezonden 11 mei 2017).
Mededeling van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
6 juni 2017)
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) dat bijna
73 procent van de studenten een te hoge huur betaalt?1
Vraag 2
Hoe is het mogelijk dat de gemiddelde afwijking van het woningwaarderingsstelsel (WWS)
maar liefst 54,74 euro per studentenkamer is?
Vraag 3
Hoe verklaart u de grote lokale verschillen, aangezien een student in Amsterdam gemiddeld
115 euro per maand te veel betaalt en in Wageningen «slechts» 40 euro teveel?
Vraag 4
Op welke manieren pakt u de groep die het vaakst teveel huur vraagt, de particuliere
verhuurders, aan zodat deze groep de huurprijs niet bewust laat afwijken van het huurpuntenstelsel
WWS? Op welke manieren corrigeert u (studenten)woningcorporaties?
Vraag 5
Hoe vaak is de afgelopen jaren aan particuliere verhuurders en/ of (studenten)woningcorporaties
een bestuurlijke boete opgelegd? Kunt u dit uitsplitsen per jaar en per type verhuurder?
Vraag 6
Bent u van mening dat een bestuurlijke boete ook moet worden opgelegd als een verhuurder
een huurprijs vraagt die niet overeen komt met het WWS? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 7
Bent u bereid de bestuurlijke boete voor huisjesmelkers te verhogen, zodat de financiële
gevolgen daadwerkelijk afschrikwekkend zullen zijn in tegenstelling tot nu waarbij
de winsten ruimschoots opwegen tegen het relatief lage bedrag dat moet worden betaald?
Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 8
Hoe vaak heeft de afgelopen jaren een beheerovername van verhuurders van studentenkamers
plaatsgevonden? Kunt u dit uitsplitsen per jaar en of dit bij particuliere verhuurders
en/ of (studenten)woningcorporaties plaats vond?
Vraag 9
Hoe vaak is er de afgelopen jaren sprake geweest van onteigening van verhuurders van
studentenkamers? Kunt u dit uitsplitsen per jaar en of dit bij particuliere verhuurders
en/ of (studenten)woningcorporaties betreft?
Vraag 10
Hoe vaak is er de afgelopen jaren op basis van de Wet economisch delict een beroepsverbod
ingesteld? Welke andere mogelijkheden zijn er om te voorkomen dat een verhuurder een
huisjesmelker blijft en studenten of andere huurders uitbuit?
Vraag 11
Vindt u de tijd die een student heeft bij het aangaan van een nieuw huurcontract om
de huurprijs te laten checken bij de Huurcommissie, namelijk in de eerste zes maanden
na tekenen van het contract, voldoende? Bent u bereid tot uitbreiding van het aantal
maanden en tot betere voorlichting over de termijnen?2
Vraag 12
Op welke wijzen kunnen (buitenlandse) studenten worden beschermd tegen de uitwassen
van zogenaamde studentenhotels en «short stay»- contracten, waarbij er weinig tot
geen sprake is van huur(prijs)bescherming? Kunt u uw antwoord toelichten?3
Vraag 13
Op welke manieren waarschuwt u studenten en gemeenten, die een vergunning willen afgeven,
voor de nadelige kanten van constructies als studentenhotels? Kunt u uw antwoord toelichten?
Mededeling
Hierbij deel ik u mede dat de aan mij gestelde vragen over dat studenten te veel huur betalen, ingezonden op 11 mei 2017, Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 1999) gesteld door de leden Kops en Beertema (beiden PVV), niet binnen de termijn van
drie weken kunnen worden beantwoord. Hetzelfde geldt voor de beantwoording voor de
vragen die door het lid Beckerman (SP) zijn gesteld over te dure studentenkamers en studentenhotels, ingezonden op 11 mei 2017 met kenmerk 2017Z06140.
Gezien de overlap van deze vragen met de vragen over dat veel studenten een te hoge huur betalenvan de leden Özdil en Voortman (beiden GroenLinks), ingezonden op 16 mei 2017, Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 1998) en de vragen over het steeds opnieuw naar de Huurcommissie moeten voor dezelfde kamer van het lid Beckerman (SP) ingezonden op 18 mei 2017, Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar
2016–2017, nr. 1997, zal ik u de antwoorden op al deze vragen gezamenlijk toesturen.
Uw Kamer ontvangt de antwoorden medio juni.