Vragen van de leden Van Klaveren en Bontes (beiden Groep Bontes/Van Klaveren) aan de Minister van Financiën over de lage scores van Nederland in de «Index of Economic Freedom» (ingezonden 28 januari 2015).

Antwoord van Staatssecretaris Wiebes (Financiën) (ontvangen 20 februari 2015)

Vraag 1

Bent u bekend met de «Index of Economic Freedom 2015», opgesteld door de Amerikaanse Heritage Foundation?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3, 4 en 5

Deelt u de mening dat Nederland slecht tot zeer slecht scoort als het gaat om de mate van vrijheid op de arbeidsmarkt (73ste), de hoogte van de overheidsuitgaven (168ste) en de mate van fiscale vrijheid (174ste van de 178 onderzochte landen)?

Hoe duidt u het feit dat Nederland op de «Index of Economic Freedom» een lagere plaats inneemt dan voormalige Sovjetrepublieken als Estland en Litouwen?

Hoe duidt u het feit dat van alle Europese landen uitgerekend Zwitserland – dat geen lid is van de Europese Unie – het beste scoort op de «Index of Economic Freedom»?

In hoeverre deelt u de mening dat Nederland behoefte heeft aan meer economische vrijheid?

Antwoord 2, 3, 4 en 5

Er wordt gerefereerd aan de Nederlandse positie op de «Index of economic freedom» als het gaat om de hoogte van de overheidsuitgaven, de mate van fiscale vrijheid (in feite een indicator voor de collectieve lastendruk) en vrijheid op de arbeidsmarkt (onder meer ontslag- en arbeidsrecht). Dat Nederland op deze terreinen en op de totale lijst van de Heritage Foundation lager scoort dan sommige andere landen hangt één op één samen met de Nederlandse sociale zekerheid. Tegelijkertijd behoort Nederland tot de meest welvarende en de meest competitieve landen ter wereld zoals onder andere blijkt uit het hoge productiviteitsniveau, de 4de plaats op de Human Development Index van de Verenigde Naties en de 8ste plaats op de Global Competitiveness Index van het World Economic Forum. Verder behoort Nederland in termen van arbeidsparticipatie en werkloosheid tot de best presterende landen in de Europese Unie.

Een vergelijking met andere landen, zoals Zwitserland, Estland en Litouwen, op basis van (elementen uit) de «Index of economic freedom» heeft dus beperkte meerwaarde.

Vraag 6

Deelt u de mening dat een vlaktaks van nog geen 23 procent, uniformering van het BTW-tarief op 15 procent, verlaging van de tarieven in de vennootschapsbelasting en flexibilisering van de arbeidsmarkt, in combinatie met inkrimping van de staat en veel lagere overheidsuitgaven, de uitgelezen route is naar veel hogere economische groei en op termijn honderdduizenden extra banen?

Antwoord 6

Mogelijke aanpassingen in de loon- en inkomstenbelasting – zoals een vlaktaks – en de btw-tarieven worden bezien in het kader van de voorgenomen herziening van het belastingstelsel. De btw is één van de keuzes die het kabinet heeft benoemd en de loon- en inkomstenbelasting komt in beeld bij het verlagen van de lasten op arbeid.

De stelselherziening is gericht op het bevorderen van de werkgelegenheid en economische groei en complexiteitsreductie. Daar zal bij de nadere uitwerking van de keuzes dan ook de focus op liggen. Reductie van het aantal schijven in de loon- en inkomstenbelasting is voor het kabinet geen doel op zich.

Naar boven