Vragen van het lid Van der Staaij (SGP) en Dik-Faber (ChristenUnie) aan de Minister
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het grote aantal abortussen waarbij sprake
is van financiële redenen (ingezonden 5 september 2014).
Antwoord van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 24 september
2014).
Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van het onderzoek van de Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV)
dat er sprake is van veel onbekendheid onder de bevolking met het feit dat er bij
veel abortussen sprake is van financiële redenen?1
Antwoord 1
Ja, ik heb kennisgenomen van het onderzoek en het daarbij behorende persbericht. Uit
het onderzoek blijkt dat veel respondenten onbekend zijn met het aantal abortussen
in Nederland. Daarnaast blijkt dat een meerderheid van de respondenten een financiële
reden om een abortus te laten uitvoeren, afwijst.
Vraag 2
Hoe waardeert u het gegeven dat financiële redenen vaak een rol spelen bij de afweging
of vrouwen een abortus ondergaan?
Antwoord 2
In Nederland regelt de Wet afbreking zwangerschap (hierna: Waz) dat er sprake moet
zijn van een noodsituatie bij de vrouw wil een abortus toegestaan zijn. De wetgever
heeft uitdrukkelijk ervoor gekozen om de definitie van een noodsituatie open te laten.
Het is primair aan de vrouw om te bepalen of er sprake is van een noodsituatie.
Vraag 3
Is er zicht op hoe het aandeel abortussen waarbij financiële redenen een rol spelen
zich heeft ontwikkeld sinds de evaluatie van de Wet afbreking zwangerschap? Is dit
aandeel toegenomen of afgenomen?
Antwoord 3
De Waz legt vast welke gegevens van de ongewenst zwangere vrouwen de uitvoerende artsen
moeten registreren en periodiek rapporteren aan de IGZ. Het is niet verplicht voor
de behandelend arts om de aard van de noodsituatie te registreren en te rapporteren.
Deze informatie is dan ook niet beschikbaar.
In 2004 is de Waz geëvalueerd. Als onderdeel van deze evaluatie is een deelonderzoek
uitgevoerd onder de ongewenst zwangere vrouwen naar de achterliggende redenen van
de noodsituatie. Uit dit onderzoek bleek dat 46,7% van de vrouwen die bij een abortuskliniek
kwamen en 50% van de vrouwen die bij een ziekenhuis kwamen, financiële redenen genoemd
hebben als één van de redenen om de zwangerschap te beëindigen. Respectievelijk 11,6%
en 12,5% gaf aan dat dit de belangrijkste reden was.
In 2008 heeft het toenmalige kabinet opdracht verleend voor vier onderzoeken naar
abortus bij ZonMW. Van het laatste onderzoek, de motieven voor abortus, worden de
resultaten halverwege 2016 verwacht.
Vraag 4
Deelt u de opvatting dat financiële redenen om een zwangerschap als ongewenst te beschouwen
in de eerste plaats vragen om financiële oplossingen in plaats van het beëindigen
van het leven van deze ongeboren kinderen?
Vraag 5
Welke concrete financiële of andere maatregelen neemt de regering om te voorkomen
dat financiële redenen vaker een rol gaan spelen bij de afweging om tot een abortus
over te gaan en zo mogelijk dit aandeel terug te dringen?
Antwoord 4 en 5
Ik ben niet voornemens om extra maatregelen te nemen op dit terrein. Ik hecht eraan
dat een ongewenst zwangere vrouw een goed geïnformeerde keuze kan maken. Het is van
belang dat de artsen goed geëquipeerd zijn om goede voorlichting te verschaffen over
de verschillende keuzemogelijkheden. In het eerste gesprek met de arts komen alle
opties aan bod. Het Nederlands Genootschap van Abortusartsen (NGvA) heeft hier richtlijnen
voor opgesteld. Het is primair aan de vrouw om te bepalen of er sprake is van een
noodsituatie.
Vraag 6
Op welke wijze draagt de regering eraan bij om te komen tot een evenwichtiger beeldvorming
over de redenen die er in de praktijk toe leiden dat vrouwen tot een abortus overgaan?
Antwoord 6
Zoals bij het antwoord op vraag drie is aangegeven, zijn er slechts beperkt gegevens
beschikbaar over de achterliggende redenen die ertoe leiden dat vrouwen een abortus
laten uitvoeren. De enige gegevens die op dit moment beschikbaar zijn volgen uit een
deelonderzoek bij de evaluatie van de Wet afbreking zwangerschap in 2004. Deze evaluatie,
met inbegrip van het deelonderzoek, heb ik aan de Staten-Generaal doen toekomen en
is met uw Kamer uitvoerig besproken. Daarnaast is de evaluatie ook openbaar en op
het internet te vinden.
Om meer te weten te komen over deze achterliggende redenen heeft het toenmalige kabinet
in 2008 opdracht gegeven voor een onderzoek naar abortus door ZonMW. Dit onderzoek
bestond uit vier onderzoeken. Het vierde en tevens laatste onderzoek ziet op de motieven
voor abortus. Dit onderzoek loopt nog en wordt halverwege 2016 verwacht. Zodra ik
dit onderzoek ontvangen heb zal ik het met uw Kamer delen en bezien welke verdere
acties hieruit zouden moeten volgen.