Vragen van het lid Van Tongeren (GroenLinks) aan de staatssecretaris van Infrastructuur
en Milieu over uitstel luchtvaartontwikkelingen (ingezonden 8 mei 2013).
Antwoord van staatssecretaris Mansveld (Infrastructuur en Milieu) (ontvangen 24 mei
2013)
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat het besluit over de aanleg van de Tweede Kaagbaan
voorlopig is uitgesteld en de gronden tot 2023 worden gereserveerd in afwachting van
onderzoek om te bepalen wat de luchtvaart nodig heeft voor de toekomstige groei?1
Antwoord 1
Ik ben bekend met het bericht, maar herken mij niet in de inhoud ervan.
Ik ben voornemens op korte termijn de AMvB reservering parallelle Kaagbaan in procedure
te brengen, in lijn met de Luchtvaartnota (2009) en de afspraken daarover met uw Kamer.
De Minister heeft op 23 april een ruimtelijk voorbereidingsbesluit voor het reserveringsgebied
genomen (Stcrt. nr. 10561). Dit voorkomt dat er tussentijds, gedurende de procedure
tot vaststelling van het besluit, onomkeerbare ruimtelijke beslissingen ten aanzien
van bouwactiviteiten kunnen worden genomen die strijdig zijn met het voorgenomen besluit.
Vraag 2
Kunt u aangeven wat op dit moment de directe aanleiding is voor dit onderzoek?
Antwoord 2
Er is geen onderzoek, de NOS heeft eigenstandig geconcludeerd dat een besluit over
de parallelle Kaagbaan op zich laat wachten, omdat onderzocht zou moeten worden wat
nodig is voor de groei van de luchtvaart.
Onderzoek naar nut en noodzaak van de parallelle Kaagbaan heeft plaatsgevonden in
de lange termijn verkenningen Schiphol (2008). Mede op basis daarvan voert het Rijk
sinds 1 april 2008 een reserveringsbeleid voor de parallelle Kaagbaan, waarbij ook
is aangekondigd deze juridisch te zullen verankeren. Een definitieve afweging over
de aanleg van de parallelle Kaagbaan is pas op termijn aan de orde, afhankelijk van
het economisch herstel, de marktontwikkeling in de luchtvaartsector en het investeringsklimaat.
De Tweede Kamer is hierover herhaaldelijk geïnformeerd; onder andere bij het kabinetsbesluit
lange termijn verkenning Schiphol van 20 maart 2008, met de brief aan de Tweede Kamer
van 1 april 2008 over het reserveringsbeleid parallelle Kaagbaan en in de Luchtvaartnota
van 17 april 2009 (kamerstukken II 2008–2009, 31 936, nr. 1).
Vraag 3
Wat is de verhouding tussen dit onderzoek en het werk van de heer Alders met zijn
regionale overlegtafels?
Antwoord 3
De parallelle Kaagbaan is een optie om de betrouwbaarheid van de luchthaven Schiphol
op lange termijn te kunnen borgen in combinatie met een ruimtelijke inpassing die
mogelijkheden biedt voor hinderbeperking. Met de ruimtelijke reservering wordt deze
optie op lange termijn open gehouden. De regionale overlegtafels richten zich op de
uitvoering van de afspraken, zoals door het Rijk met sector en omgeving gemaakte afspraken
om voor 2020 groeiruimte te scheppen op de regionale luchthavens Eindhoven en Lelystad
om Schiphol te ontlasten. De Kamer heeft zich eerder uitgesproken voor een voortvarende
uitvoering hiervan.
Vraag 4
Deelt u de mening dat uitstel voor de Tweede Kaagbaan in afwachting van een nut en
noodzaak onderzoek voor alle vergelijkbare luchtvaartontwikkelingen moet gelden, zoals
bijvoorbeeld de uitbreiding van de Luchthaven Lelystad? Zo nee, waarom niet? Zo ja,
hoe gaat u dat doen?
Antwoord 4
Nee, zoals gezegd vormen de Aldersafspraken op dit moment mijn uitgangspunt, waarbij
Schiphol zich in de periode tot 2020 mag ontwikkelen tot 510.000 vliegtuigbewegingen
en de resterende marktvraag van 70.000 vliegtuigbewegingen op de luchthavens van Eindhoven
en Lelystad wordt geaccommodeerd.
Voor Eindhoven en Lelystad is onderzoek naar nut en noodzaak reeds zeer uitvoerig
met betrokkenheid van de regionale partijen uitgevoerd, ter uitvoering van de afspraken
die door het Rijk met de sector en de omgeving zijn gemaakt over de ontwikkeling van
Schiphol.
De resultaten hiervan en de kabinetsstandpunten over Eindhoven en Lelystad zijn eerder
met uw Kamer besproken, mede tegen de achtergrond van het verzoek van de Kamer om
het Aldersakkoord uit 2008 voortvarend uit te voeren.
Vraag 5
Bent u bereid de ontwikkelingen in Luchthaven Lelystad op te schorten totdat er helderheid
bestaat over de toekomstige noodzaak hiervan, zodat wordt voorkomen dat er onnodig
geld wordt uitgegeven? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u de Kamer informeren over
de maatregelen die u daartoe gaat nemen?
Antwoord 5
Nee, ik zie geen reden de ontwikkeling van Lelystad op te schorten. Zie mijn antwoord
op vraag 4. Op die wijze geef ik uitvoering aan de gemaakte afspraak om als Rijk capaciteitsruimte
te scheppen op Eindhoven en Lelystad. Ten behoeve van het formele luchthavenbesluit
zal ik – zoals te doen gebruikelijk – van de exploitant een economische onderbouwing
van de business case vragen op de door hen te plegen investering en deze extern laten
toetsen.