Vragen van het lid
Jasper van Dijk
(SP) aan de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over terugvorderingen vanwege te hoge salarissen voor bestuurders
(ingezonden 30 augustus 2011).
Antwoord van staatssecretaris
Zijlstra
(Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), mede namen de minister van Veiligheid en Justitie (ontvangen 14 oktober 2011)Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 132.
Vraag 1
Heeft u inmiddels 19 000 euro teruggevorderd op de rijksbijdrage van de TU Delft vanwege de overschrijding van het salaris
van de bestuursvoorzitter, zoals u vorig jaar 3 november heeft aangekondigd? Zo nee, waarom niet?1
Antwoord 1
Ja, de terugvordering heeft inmiddels plaatsgevonden.
Vraag 2
Is de korting van 19 000 euro ten koste gegaan van het budget voor onderwijs en onderzoek of heeft de bestuursvoorzitter dit
geld uit eigen zak betaald?
Antwoord 2
Ik kan op dit moment alleen terugvorderen bij de instelling. In dit geval is het te vorderen bedrag in mindering gebracht
op de rijksbijdrage van de betreffende instelling, onder gelijktijdige ophoging van het budgettaire macrokader van alle bekostigde
universiteiten. De middelen komen, gegeven de mogelijkheden die de huidige bekostigingssystematiek biedt, weer beschikbaar
voor het hoger onderwijs. Hierdoor worden deze middelen weer verdeeld over alle instellingen en blijven ze daarmee behouden
voor het primaire proces in het hoger onderwijs.
Het wetsvoorstel «Normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector» (WNT), zoals deze nu in de Tweede
Kamer voorligt, bevat een wettelijke procedure om, als een topfunctionaris werkzaam bij een onderwijsinstelling een beloning
heeft ontvangen die in strijd is met de normering gebaseerd op de WNT, het teveel ontvangen bedrag bij de betrokken bestuurder
terug te vorderen.
Vraag 3
Indien het geld niet op de persoon zelf is verhaald, deelt u de mening dat u alsnog alles op alles moet zetten om dit gedaan
te krijgen, conform de motie Jasper van Dijk? Zo ja, wat gaat u hiertoe ondernemen?2
Antwoord 3
Zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Deelt u de mening dat u een wettelijk instrument zou moeten hebben om dit geld bij de persoon in kwestie te kunnen terugvorderen?
Antwoord 4
Zoals ik al in mijn antwoord op vraag 2 heb aangegeven, voorziet de WNT in een dergelijke mogelijkheid.
Vraag 5
Hoe staat het met het terugvorderen van teveel betaalde salarissen en declaraties aan bestuurders van Hogeschool InHolland?
Heeft het juridisch onderzoek naar mogelijkheden om geld op personen te verhalen, iets opgeleverd?3
Antwoord 5
De bedoelde terugvorderingen hebben nog niet plaatsgevonden. Conform de Algemene wet bestuursrecht worden binnenkort de betreffende
conceptbesluiten voor hoor en wederhoor voorgelegd aan het College van bestuur van de Hogeschool Inholland.
Het juridisch onderzoek dat Inholland heeft laten instellen naar de mogelijkheden om te kunnen terugvorderen bij de betrokken
bestuurders is nog niet afgerond. Zodra dit is afgerond, zal ik de Tweede Kamer over de uitkomsten informeren.
Vraag 6
Indien er inderdaad juridische mogelijkheden zijn om geld op personen te verhalen, bent u dan bereid om dit ook te doen bij
de bestuursvoorzitter van de TU Delft? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Pas na inwerkingtreding van de WNT heb ik juridische mogelijkheden om bezoldigingen – voor zover zij de wettelijke norm te
boven gaan – terug te vorderen bij de betrokken bestuurder. Voor de casus van de bestuursvoorzitter van de TU Delft bestaat
die mogelijkheid nog niet.
Vraag 7
Heeft het OM al besloten om (verder) onderzoek te doen naar de declaraties van bestuurders van Hogeschool InHolland, zoals
u meedeelde in het algemeen overleg van 28 juni jl.?3
Antwoord 7
Het Functioneel Parket heeft de FIOD opdracht gegeven een oriënterend onderzoek in te stellen, teneinde vast te stellen of
sprake is van mogelijk strafbare feiten bij Hogeschool InHolland. Aangezien het onderzoek nog niet is afgerond kunnen hierover
geen inhoudelijke mededelingen worden gedaan.
Vraag 8
Deelt u de mening dat bestuurders van onderwijsinstellingen niet anders behandeld dienen te worden dan het personeel van onderwijsinstellingen?
Zo ja, bent u bereid om het zogenaamde governance-model te heroverwegen, waarbij bestuurders buiten de cao vallen en eigen regels in vrijblijvende gedragscodes vastleggen?
Zo nee, hoe voorkomt u dat bestuurders «boven de wet» blijven staan waardoor niet hun salaris, maar het budget van de instelling
wordt gekort?
Antwoord 8
Zie het antwoord op vraag 2.
X Noot
1 Kamervragen Jasper van Dijk, 3 november 2010, nr. 31.