32 824 Integratiebeleid

Nr. 318 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 november 2020

Conform mijn toezegging tijdens het wetgevingsoverleg Integratie en Maatschappelijke Samenhang van 12 november jl. doe ik u hierbij mijn advies ten aanzien van de voorgestelde motie door de leden dhr. Patternote (D66) en dhr. Peters (CDA) toekomen (Kamerstuk 32 824, nr. 316). In de voorgestelde motie verzoekt u de regering de middelen die het COA van het Ministerie van SZW ontvangt voor de activiteiten die worden ontplooid in het kader van vroege integratie en participatie (VrIP) ook beschikbaar te stellen voor kansrijke asielzoekers in de zogenaamde pré-POL locaties. U geeft daarbij aan dat asielzoekers in de pré-POL locaties nog geen taalles op voldoende niveau ontvangen, terwijl de wachttijden in de asielketen lang zijn.

Ik ontraad deze motie. Op dit moment kunnen asielzoekers in de pré-POL locaties al starten met het leren van de Nederlandse taal met vrijwilligers. Kansrijke asielzoekers kunnen vervolgens op de proces opvanglocaties (POL) lessen «Nederlands als tweede taal» (NT2) volgen. Het resultaat van een beperkt aantal uren taalles door een NT2-docent, 24 uur om precies te zijn, is uitermate beperkt in situaties waarin van een lange wachttijd in de asielketen sprake is. Wanneer niet langer sprake is van achterstanden en lange wachttijden zal verblijf op een pré-POL locatie in het geheel niet meer aan de orde hoeven zijn. In geen van de scenario’s is deze inzet van middelen derhalve effectief. Daarnaast geldt dat aangezien er met de motie niet meer middelen beschikbaar komen voor taalles, de consequentie zal zijn dat er minder middelen ingezet kunnen worden voor kansrijke asielzoekers in de POL. De opdracht om een doorgaande lijn vanaf dag één te creëren kan hiermee onder druk komen te staan. Ook logistiek heeft de motie consequenties, want dit betekent dat op aanzienlijk meer locaties taalles gegeven moet gaan worden dan in de huidige situatie, maar dan met dezelfde middelen. Tot slot wil ik opmerken dat de winst voor integratie wat mij betreft vooral ligt in het terugdringen van de wachttijden in de asielketen. De voorgestelde motie tracht niet de oorzaak maar het gevolg aan te pakken.

De IND is dit jaar gestart met een versnelde afdoening van de kansrijke asielaanvragen, waardoor lange wachttijden in de pré-POL locaties in de toekomst hopelijk worden voorkomen.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

Naar boven