Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 augustus 2016
Bij brief van 20 mei jl. heb ik u geïnformeerd over het advies van de Raad voor Cultuur
(hierna: de Raad) over de aanvragen van culturele instellingen voor de basisinfrastructuur
2017–2020 (Kamerstuk 32 820, nr. 185).
Zoals gebruikelijk heb ik de instellingen in de gelegenheid gesteld om, met het oog
op een zorgvuldige procedure, te reageren op eventuele feitelijke onjuistheden in
het advies van de Raad. Tijdens het AO van 2 juni jl. heb ik dit ook aangegeven (Kamerstuk
32 820, nr. 209). De Raad heeft op 14 juli jl. een aanvullend advies gepresenteerd waarin hij ingaat
op de reacties van de instellingen. Op enkele punten heeft de Raad aanleiding gezien
de adviezen over individuele instellingen aan te passen maar de Raad heeft geen wijzigingen
aangebracht in het oordeel over subsidieverlening.
Op basis van het advies van de Raad van 20 mei jl. zouden twee plekken in de basinfrastructuur
onbezet blijven; één plek voor een presentatie-instelling en één voor een middelgroot
theatergezelschap in de regio Utrecht. De Raad heeft geadviseerd, gelet op spreiding
in de basisinfrastructuur, de plek voor een presentatie-instelling open te stellen
voor het kernpunt Amsterdam of voor een gemeente in de regio’s Noord of Oost.
In lijn met het advies heb ik de Regeling aanvullende aanvraagronde culturele basisinfrastructuur
2017–2020 vastgesteld. Voor beide categorieën konden instellingen op basis van deze
regeling tot en met 11 juli jl. een subsidieaanvraag indienen. Theater Utrecht en
de presentatie-instellingen de Appel (Amsterdam), Extrapool (Nijmegen), Framer Framed
(Amsterdam), If I Can’t Dance (Amsterdam), Noorderlicht (Groningen), Stroom (Den Haag)
en W139 (Amsterdam) hebben een subsidieaanvraag ingediend. Bij brief van 19 juli jl.
heb ik u geïnformeerd over mijn adviesaanvraag aan de Raad, waarin ik de Raad advies
heb gevraagd over deze subsidieaanvragen (Kamerstuk 32 820, nr. 208). De Raad heeft op 15 augustus jl. zijn advies hierover gepresenteerd. De Raad adviseert
Theater Utrecht en Framer Framed subsidie te verlenen.
Ook nu stel ik de instellingen in de gelegenheid te reageren op eventuele feitelijke
onjuistheden in het advies van de Raad. De Raad kan naar aanleiding hiervan zijn advies
nog aanpassen. Ik zal op basis van het advies van de Raad beslissen over de toekenning
van subsidies. Mijn besluiten over de basisinfrastructuur 2017–2020, zowel in het
kader van de oorspronkelijke aanvraagronde als de aanvullende aanvraagronde, zal ik
bekendmaken op Prinsjesdag 2016.
De adviezen van 14 juli en 15 augustus jl. zijn vormgegeven als website en zijn te
vinden op www.cultuur.nl. Ik voeg een geprinte versie van beide adviezen bij deze brief1. In september zal de Raad het advies ook in gedrukte vorm presenteren.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M. Bussemaker