32 805 Hulpmiddelenbeleid in de gezondheidszorg

Nr. 144 BRIEF VAN DE MINISTERS VOOR LANGDURIGE ZORG EN SPORT EN VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 juli 2022

In uw brief van 19 juli 2022 vraagt u om een kabinetsreactie ten aanzien van mijn werkwijze naar aanleiding van de rechterlijke uitspraak over de openbaarmaking van documenten over de «Sywert-deal». Tevens vraagt u om de desbetreffende documenten direct openbaar te maken en met de Kamer te delen.

In reactie op de stelling dat het ministerie de rechterlijke uitspraak inzake de «Sywert – deal» naast zich neerlegt en ervoor kiest om dwangsommen te betalen, hechten wij eraan te benadrukken dat het ministerie er met man en macht aan werkt om de ingediende Woo-verzoeken af te handelen en transparant te zijn over de coronabestrijding. Van onwil om aan de Woo-verzoeken te voldoen is geen sprake.

Wij betreuren dat het niet gelukt is om binnen de door de rechter opgelegde termijn volledig aan het desbetreffende Woo-verzoek te voldoen en hebben begrip voor de bezwaren daartegen van de verzoeker. Dat geldt ook voor de bezwaren tegen het verbeuren van dwangsommen. Wij stellen alles in het werk om aan het verzoek zo spoedig mogelijk tegemoet te komen en het verbeuren van dwangsommen te voorkomen. Het in eerste instantie ingediende verzet tegen de genoemde uitspraak, is ingetrokken omdat ter voorbereiding op deze zitting duidelijk werd dat inmiddels tien Wob-corona deelbesluiten waren genomen waarin een groot deel van de documenten over het verzoek waar het in deze zaak om gaat, openbaar waren gemaakt. Gelet op het feit dat wij de eerder gecommuniceerde termijn van augustus 2022 konden halen, wilden we de rechter niet onnodig belasten en is het verzet ingetrokken.

Om ervoor te zorgen dat de door een groot aantal verzoekers gevraagde documenten zo snel mogelijk openbaar worden gemaakt, werkt het ministerie met een gefaseerde Woo – Corona aanpak. De documenten worden per onderwerp en per maand openbaar gemaakt. De enige reden waarom wij voor deze werkwijze gekozen hebben, is dat dit de snelste manier is om zoveel mogelijk documenten jegens zoveel mogelijk verzoekers openbaar te maken, gelet op de enorme omvang en de geldende eisen van zorgvuldigheid, zoals het vragen van zienswijze bij derden. Deze werkwijze is toelaatbaar geacht door de hoogste bestuursrechter (Zie de uitspraken van de Raad van State van 20 oktober 2021, ECLI:NL: RVS:2021:2348 en ECLI:NL: RVS:2021:2346).

Het gaat in totaal om 7,2 miljoen documenten en meer dan 350 Woo-verzoeken. En dat aantal loopt nog op. Sinds het najaar van 2021 zijn daarvoor ongeveer 100 juristen extra aangetrokken. U bent in de brief van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan u van 23 mei 2022 recentelijk geïnformeerd over de resultaten van het eerste kwartaal van 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 25 295, nr. 1845). Op WOBCovid19.Rijksoverheid.nl staat een overzicht van de ruim 70 tot nu genomen besluiten, evenals de vele tienduizenden openbaar gemaakte documenten die daarbij horen.

Bijna zonder uitzondering vragen (ook nieuwe) verzoekers een grote hoeveelheid documenten op over een lange tijdsperiode. Mede vanwege deze instroom aan nieuwe verzoeken, zetten wij de gefaseerde aanpak voort. Wanneer een verzoeker om een beperkt aantal documenten vraagt dat op relatief eenvoudige wijze geselecteerd kan worden, volgt een volledig besluit op dat verzoek. Dat doen wij ook als slechts nog een beperkt aantal documenten ter completering van een reeks van deelbesluiten moet worden verwerkt.

Gelet op de grote aantallen documenten is het helaas feitelijk onmogelijk om in alle individuele zaken aan de opgelegde rechterlijke termijnen te voldoen. Het inventariseren en beoordelen van deze documenten is een tijdrovend proces waarvoor veel personele inzet is vereist. Het selecteren en beoordelen van de documenten vergt veel capaciteit, te meer omdat de wijze van archivering en de stand van de informatiehuishouding maken dat veel werkzaamheden handmatig dienen te gebeuren. Mede gezien deze aantallen en de huidige arbeidsmarkt, die het complex maakt de beschikbare capaciteit op peil te houden, laat staan uit te breiden, is het helaas feitelijk niet altijd mogelijk aan alle wettelijke en door de rechter opgelegde termijnen te voldoen.

Prioritering van een individuele zaak brengt ook mee dat minder capaciteit beschikbaar is voor de afhandeling van andere Woo-verzoeken, waarmee andere verzoekers worden benadeeld. De gefaseerde werkwijze is voor een individuele verzoeker niet de ideale afdoeningsfaciliteit, maar stelt VWS wel in staat om alle rechthebbenden zoveel mogelijk te bedienen in hun informatiebehoefte.

Wij voldoen aan uw verzoek om de gevraagde documenten openbaar te maken. Wij begrijpen dat u de documenten graag zo snel als mogelijk wilt ontvangen. Daarmee vraagt u tegelijkertijd het uiterste van het ingerichte Woo – proces binnen het ministerie.

Omdat het in deze zaak, waar het de documenten zoals nota’s en e-mailberichten betreft, gaat om een beperkt aantal documenten ter volledige afhandeling van het verzoek, zal in aansluiting op een reeks van deelbesluiten een afzonderlijk besluit worden genomen over deze documenten. Mijn ministerie beoordeelt ze op dit moment op grond van de Wet open overheid en ontdoet ze van onder meer persoonsgegevens en bedrijfsgevoelige informatie. Als deze beoordeling is afgerond en betrokkenen om zienswijze zijn gevraagd, zullen de documenten door middel van toezending aan de betrokken verzoekers openbaar worden gemaakt. Wij zullen ze dan tevens aan de Kamer doen toekomen. Naar verwachting kan er uiterlijk in de tweede helft van augustus een besluit genomen worden, met zo spoedige mogelijke verstrekking van de documenten daarna.

Dat ligt anders ten aanzien van de gevraagde SMS- en chatberichten. Over de openbaarmaking van chatberichten bent u eerder geïnformeerd in de Kamerbrief van 23 mei 2022 door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Kamerstuk 25 295, nr. 1845).

De SMS- en chatberichten die het in dit geval betreft, worden momenteel verzameld. Dit heeft geleid tot een aantal van in totaal circa 5200 pagina’s aan chatberichten.

Wij doen ons uiterste best het openbaarmakingsproces te versnellen. Het streven is om binnen 6 tot 8 weken een besluit te nemen over deze SMS- en chatberichten, met zo spoedige mogelijk verstrekking van de berichten daarna.

Hierbij hechten wij eraan te benadrukken dat wij gebonden zijn aan de eisen die de Wet open overheid stelt. Deze chatberichten moeten beoordeeld worden op grond van alle zorgvuldigheidseisen die de Wet open overheid stelt. Dit betekent onder meer dat ons ministerie alle berichten op detailniveau moet doornemen om te bezien of er belangen aan onverkorte openbaarmaking in de weg staan (denk daarbij onder meer aan privacy, bedrijfsgevoelige gegevens of financiële/economische belangen). Daarnaast dient er zienswijze te worden gevraagd aan betrokken derden.

Het beslissen binnen deze termijn zal het uiterste vragen van de inzet van ons ministerie en doet een beroep op de zeer spoedige medewerking van de betrokkenen die om zienswijze wordt gevraagd. De inzet voor dit Woo-verzoek brengt vertraging mee voor de behandeling van Woo-verzoeken van andere verzoekers, waardoor de doorlooptijd van de primaire besluiten zal oplopen, en meer rechterlijke procedures en dwangsommen in individuele zaken te verwachten zijn. Ook zal er minder capaciteit beschikbaar zijn voor de behandeling van nieuwe Woo-verzoeken. Dit zal effect hebben op de gehele uitvoering van de Woo door ons ministerie.

Hierbij willen wij tevens opmerken dat, voor zover het beeld bestaat dat documenten die beschikbaar zijn voor forensisch onderzoek, direct openbaar zouden kunnen worden gemaakt, dit beeld niet klopt. De openbaarmaking van deze documenten voor eenieder in de samenleving vergt op grond van de Wet open overheid een andere afweging, dan voor het beschikbaar stellen van documenten voor forensisch onderzoek is vereist. Om de documenten openbaar te kunnen maken, zal het volledige proces op grond van de Wet open overheid in acht moeten worden genomen (inclusief beoordeling en zienswijzeproces).

Tot slot wijzen we u op de beantwoording van de Kamervragen van het Lid Haga (Groep Van Haga) aangaande de mondkapjesdeal met Sywert van Lienden. Deze beantwoording zenden we gelijktijdig met deze Kamerbrief aan uw Kamer.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Naar boven