32 802 Toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur

Nr. 4 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juli 2013

Bij brief van 25 juni 2013 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken verzocht om een afschrift van mijn antwoord op de brief van 30 mei 2013 van de Nationale ombudsman over oneigenlijk gebruik van de Wet openbaarheid van bestuur.

In reactie op het verzoek zend ik u hierbij een afschrift van dat antwoord1.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven