32 793 Preventief gezondheidsbeleid

Nr. 51 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 april 2012

Tijdens het overleg met uw Kamer over de landelijke nota gezondheidsbeleid «Gezondheid dichtbij» op 5 maart jl. heb ik toegezegd u te informeren over de manier waarop social media zal worden ingezet bij het bereiken van jeugd in het kader van een gezonde leefstijl. In deze brief kom ik op die toezegging terug.

Het gebruik van nieuwe (sociale) media is een belangrijk middel om op een andere manier met jongeren te communiceren en hen directer bij preventieve programma’s te betrekken. Op dit moment wordt hier al regelmatig mee gewerkt binnen leefstijlprogramma’s en interventies die met subsidie vanuit VWS zijn ontwikkeld en het is mijn voornemen om in de toekomst vaker van dit middel gebruik te maken.

Om u een paar voorbeelden te geven van bestaande inzet met social media elementen:

  • met de interactieve educatieve game Can you fix it kunnen jongeren oefenen met situaties waarin seksuele weerbaarheid vereist is;

  • met de handreiking Sociale media en jeugdgezondheidszorg (JGZ) wordt JGZ-professionals een overzicht van mogelijkheden van het gebruik van social media in de JGZ geboden;

  • met Split the Risk! zijn Facebook en Hyves succesvol ingezet als kanaal richting jongeren rond weerbaarheid en risicovol gedrag;

  • het Trimbos-instituut heeft in samenwerking met regionale instellingen voor verslavingszorg een chatservice opgezet voor vragen over middelengebruik.

Onlangs heb ik extra geld beschikbaar gesteld voor het bevorderen van een gezonde leefstijl van de jeugd. Met dit budget (totaal € 6 miljoen) wil ik de komende jaren (2012–2014) het gezonde schoolbeleid versterken en bestaande succesvolle schoolprogramma’s over leefstijl uit laten breiden en jongeren beter bereiken via social media. Bij dit laatste gaat het om het optimaal benutten van social media bij succesvol gebleken programma’s gericht op jongeren.

Het gaat mij nadrukkelijk niet om het ontwikkelen van nieuwe «aparte» programma’s of interventies via dit medium. Ik wil inzetten op dat wat werkt.

Dus er vooral voor zorgen dat binnen bestaande of voorgenomen inzet van samenwerkingspartners in het veld social media in wordt gezet waar dat toegevoegde waarde heeft en het bereik van jongeren kan vergroten.

Ook wil ik monitoren wat het effect is van deze inzet via social media. Het Centrum Gezond Leven gaat hier in samenwerking met relevante partijen mee aan de slag.

Ook starten mijn collega van OCW en ik dit jaar samen een driejarige aanpak om de seksuele weerbaarheid van jongeren via social media te bevorderen (totaal € 825 000,–). Soa Aids Nederland en RutgersWPF zullen hier invulling aan geven, in het verlengde van wat ze reeds op dit vlak hebben ontwikkeld.

Ik vertrouw erop dat bovenstaande informatie uw Kamer voldoende inzicht geeft in de manier waarop ik social media zal inzetten voor het bereiken van jeugd in het kader van een gezonde leefstijl.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. I. Schippers

Naar boven