32 793 Preventief gezondheidsbeleid

Nr. 256 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2017

Tijdens het Algemeen Overleg Preventiebeleid op 14 december jl. (Kamerstuk 32 793, nr. 252) hebben wij u toegezegd een overzicht te zenden van de activiteiten op het gebied van preventie en gezondheid. In de bijlage treft u een uitgebreid overzicht aan van de activiteiten die via het Ministerie van VWS worden uitgevoerd dan wel gefinancierd¹.

Met het Nationaal Programma Preventie geeft het kabinet richting aan veel verschillende initiatieven en programma’s op het terrein van preventie en gezondheid. Naast het Ministerie van VWS zijn ook andere departementen actief, zoals het Ministerie van I&M (milieubeleid en verkeersveiligheid), OCW (scholing), SZW (arbeidsveiligheid), BZK (kwaliteit woningen) en EZ (voedsel, diergezondheid, en groenbeleid).

Twee maatschappelijke opgaven staan rijksbreed centraal: de groei van het aantal mensen met chronische ziekten verminderen en de sociaaleconomische gezondheidsverschillen verkleinen. In 2018 verschijnt de volgende Volksgezondheid Toekomst Verkenning. Deze geeft ons zicht op de volksgezondheid in Nederland en de gestelde preventiedoelen. Dit zal de opmaat zijn tot de landelijke nota volksgezondheid – de vierjaarlijkse kabinetsvisie op gezondheid en preventie. Mede op basis van deze visie zullen gemeenten hun lokaal beleid verwoorden in een nota gemeentelijk gezondheidsbeleid.

Het Ministerie van VWS is slechts één speler in het geheel van preventie en gezondheid. Het bijgevoegde overzicht betreft alleen de «VWS-activiteiten». Activiteiten die door gemeenten worden gefinancierd, zoals de GGD’en en jeugdgezondheidszorg met consultatiebureaus zijn hier niet in opgenomen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn

---

1 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.