32 793 Preventief gezondheidsbeleid

Nr. 135 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 februari 2014

Tijdens het notaoverleg preventie op 27 januari 2014 heeft mevrouw Dik-Faber een motie ingediend over het opstellen van normen voor de hoeveelheid suiker in kinderproducten, met het verzoek de Kamer hierover uiterlijk najaar 2014 te informeren. Zoals ik in het debat heb aangegeven ontraad ik de motie zoals u deze 27 januari heeft ingediend. Ik heb u toegezegd aan te geven op welke termijn ik het haalbaar acht dat deze normen er zijn. Dat doe ik in voorliggende brief.

Kinderproducten

Er zijn twee manieren om te kijken naar kinderproducten die van belang zijn voor de suikerconsumptie:

  • a) Producten die door uiterlijk van het product specifiek gericht zijn op kinderen.

  • b) De producten die voor kinderen de grootste bron zijn van de consumptie van suikers (mono- en disacchariden).

In het Akkoord heb ik met de andere ondertekenaars aangegeven dat bij het werken aan de ambities producten die bedoeld zijn voor kinderen hoge prioriteit krijgen. De producten onder a) komen zo in elke productcategorie waar afspraken over gemaakt worden aan bod en krijgen prioriteit.

Relevantie voor consumptie

De grootste bronnen van consumptie van suikers (mono- en disacchariden) heeft het RIVM in kaart gebracht via de voedselconsumptiepeiling1. De resultaten geven zowel van nature aanwezige als toegevoegde suikers weer omdat deze qua voedingswaarde gelijk zijn. Afspraken over verbetering van productsamenstelling zullen met name de toegevoegde suikers betreffen.

De grootste bronnen van consumptie van suikers door kinderen zijn:

  • non-alcoholische dranken, met name frisdranken en aangelengde siropen,

  • suiker en snoepgoed, hier vallen onder andere ook zoet broodbeleg en candybars onder en

  • zuivelproducten.

Voor volwassenen zijn dit overigens dezelfde categorieën.

Bij aanpassing van de productsamenstelling is het van belang dat wanneer de hoeveelheid toegevoegd suiker wordt gereduceerd, er ook daadwerkelijk van caloriereductie sprake is, m.a.w. de suikers niet (kunnen) worden vervangen door andere calorie dragende voedingsstoffen. Sommige producten kunnen worden verbeterd door het aanpassen van de productsamenstelling, andere uitsluitend of ook door verkleinen van de portiegrootte.

Afspraken 2014

Voor ten minste een van bovengenoemde grote consumptiebronnen van suiker worden in 2014 normen afgesproken.

Voor de andere 2 categorieën worden dit jaar afspraken gemaakt voor de producten die én een grote bron van suikerconsumptie zijn én specifiek op kinderen zijn gericht.

Daarnaast informeer ik u eind dit jaar over voor welke overige op kinderen gerichte producten nog normen zullen worden afgesproken.

Voor zout of voor zout en verzadigd vet worden dit jaar voor soepen, sauzen en koekproducten afspraken gemaakt.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

Naar boven