32 793 Preventief gezondheidsbeleid

Nr. 111 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 november 2013

Het afgelopen half jaar hebben leden van uw Kamer meermaals vragen gesteld over e-sigaretten, nicotinehoudende producten waarvoor in toenemende mate reclame wordt gemaakt. Zoals aangegeven in antwoord op vragen van het lid Van Gerven (SP) heb ik de NVWA en het RIVM gevraagd onderzoek te doen naar de veiligheid van deze producten.1 Dit onderzoek, dat vandaag zal worden gepubliceerd op de website van de NVWA (www.nvwa.nl ), is voor mij mede aanleiding geweest om een AMvB onder de Warenwet voor te bereiden waarin aan bepaalde aspecten van de e-sigaret eisen worden gesteld. Het gebruik van deze producten is namelijk niet zonder risico’s.

De NVWA en het RIVM bespreken in de rapportages verschillende aspecten van de e-sigaret, waaronder de potentiële risico’s van het product. De NVWA heeft bij het opstellen van haar advies gebruik gemaakt van de wetenschappelijke kennis van het RIVM en gegevens van het Nationaal Vergiftigingen Informatiecentrum (NVIC). De NVWA heeft tevens een screening van de markt uitgevoerd. De rapportage van het RIVM geeft aan de hand van vragen en antwoorden een overzicht van de wetenschappelijke kennis over de e-sigaret. Beide rapportages richten zich vooral op de e-sigaret met nicotine. De shisha-pen die doorgaans geen nicotine bevat komt echter ook aan bod. Over een risicobeoordeling van de shisha-pen heb ik uw Kamer op 3 juli van dit jaar reeds geïnformeerd2.

De NVWA concludeert dat de e-sigaret in Nederland gemakkelijk verkrijgbaar is, zowel via verkooppunten als via internet. In het advies van de NVWA zijn schattingen opgenomen dat 11 tot 18% van de rokers wel eens een e-sigaret gebruikt en dat ongeveer 5% (~175.000 rokers) geregeld e-sigaretten gebruiken.

Met betrekking tot de veiligheid van de e-sigaret lijkt het risico dat acute nicotinevergiftigingen optreden, beperkt. Dit risico zal groter zijn bij navulvloeistofverpakkingen die grotere hoeveelheden nicotine kunnen bevatten. De effecten van de e-sigaret op langere termijn zijn echter nog niet goed in te schatten.

De NVWA constateert dat de reclame voor de e-sigaret zich vooral op de positieve eigenschappen van het product richt terwijl negatieve aspecten onderbelicht blijven. Daarnaast bespreekt de NVWA kort de sociaal-maatschappelijke aspecten van de e-sigaret en de shisha-pen.

De NVWA doet de aanbeveling om de hoeveelheden schadelijke verontreinigingen in e-sigaretten zo laag mogelijk te houden en eisen te stellen aan navulverpakkingen vanwege het gevaar van nicotinevergiftigingen bij kinderen. Daarnaast is het volgens de NVWA van belang om de consument te informeren over de nadelige eigenschappen van de e-sigaret en de navulverpakkingen. De NVWA raadt daarbij zwangere vrouwen af om e-sigaretten met nicotine te gebruiken omdat nicotine de ongeboren vrucht kan schaden. Ook raadt de NVWA af om e-sigaretten met nicotine in de nabijheid van kinderen te gebruiken. Ten slotte beveelt de NVWA aan om smaak- en aromastoffen niet toe te staan in e-sigaretten met nicotine om de opstap naar gewoon roken minder aantrekkelijk te maken.

Het RIVM constateert dat er wereldwijd zorgen bestaan bij volksgezondheidsexperts dat fabrikanten van e-sigaretten zich specifiek op jongeren richten. Dit gebeurt onder meer door smaken en productvormen te gebruiken die jongeren aanspreken. Verder concludeert het RIVM dat nog niet bewezen is dat de e-sigaret een geschikt middel is dat kan helpen bij het stoppen met roken.

Het RIVM geeft aan dat niet alle in advertenties gebruikte beweringen over de gezondheidseffecten van e-sigaretten waar zijn. Daarnaast kan op de verpakking belangrijke informatie ontbreken over de nicotinesterkte, het juiste gebruik en de gevaren van de e-sigaret. Volgens het RIVM is er onvoldoende onderzoek beschikbaar om te stellen dat e-sigaretten veilig zijn en er bestaan zorgen over verschillende aspecten van de kwaliteit, verkoop en aanprijzing. Tot slot wijst het RIVM er op dat het weggooien van gebruikte ampullen kan leiden tot vervuiling van water en bodem.

Er zijn reclames op tv waarin gesuggereerd wordt dat uitgeademde lucht van e-sigaretten veilig is voor zuigelingen of baby's. Uit het advies van de NVWA en het RIVM blijkt echter dat de uitgeademde lucht schadelijke stoffen kan bevatten. Het is dan beter om voorzichtig te zijn en e-sigaretten niet in de nabijheid van kinderen te gebruiken. Er is op dit moment nog onvoldoende wetenschappelijk bewijs om te kunnen stellen dat de niveaus van deze schadelijke stoffen in de uitgeademde lucht een risico kunnen vormen voor de gezondheid van omstanders. Ik zal het RIVM vragen om dit te onderzoeken alvorens maatregelen te overwegen.

Uit het advies van de NVWA en de factsheet van het RIVM concludeer ik dat er op het gebied van de veiligheid van de e-sigaret met nicotine en de informatie aan de consument over de eigenschappen van het product behoefte is aan aanvullende maatregelen. Daarvoor wil ik niet wachten op Europese regels voor e-sigaretten die in de nieuwe Europese Tabaksproductenrichtlijn worden opgenomen. Momenteel vinden de onderhandelingen hierover plaats tussen de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Raad.

Vooruitlopend op de Europese regels zal ik in nationale wetgeving maatregelen nemen ten aanzien van de reclames, veiligheid, kwaliteit en etikettering van e-sigaretten. Ik bereid daarom nu een AMvB voor onder de Warenwet. Ik heb niet gekozen voor de Tabakswet omdat ik met een AMvB onder de Warenwet aanmerkelijk sneller kan handelen. Ik streef er naar om de AMvB voor het meireces in de ministerraad te kunnen bespreken. De uitkomst van de Europese onderhandelingen kan dit traject echter wel beïnvloeden.

Daarnaast heb ik, tijdens de behandeling van de Tabakswet over de verhoging van de leeftijdsgrens voor de verkoop van tabak, toegezegd te zullen onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor het instellen van een leeftijdsgrens. Hierover zal ik uw Kamer nog nader informeren. Ook met deze regelgeving wordt vooruitgelopen op de nieuwe Europese Tabaksproductenrichtlijn.

Over de voortgang op dit dossier, ook ten aanzien van de e-sigaret, bent u op 19 november geïnformeerd in een standvanzakenbrief over de herziening van de Europese Tabaksproductenrichtlijn. De verwachting is dat de definitieve richtlijn er begin 2014 ligt.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Antwoorden van Staatssecretaris van Rijn van 1 oktober 2013 op Kamervragen van het lid Van Gerven over reclame voor e-sigaretten; Aanhangsel Handelingen II 2013/14, nr. 132.

X Noot
2

Brief van Staatssecretaris van Rijn van 3 juli 2013 over de risicobeoordeling van het RIVM over de shisha-pen. Tweede Kamer; vergaderjaar 2012–2013, Kamerstuk 32 793, nr. 100.

Naar boven