32 760 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs in verband met verzelfstandiging van dislocaties

Nr. 8 AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER HAM

Ontvangen 18 januari 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel A, wordt aan artikel 84a een lid toegevoegd, luidende:

• 6. Op het moment dat de bekostiging van de nieuwe school aanvangt en aan de nieuwe school een medezeggenschapsraad is verbonden, vraagt het bevoegd gezag aan de medezeggenschapsraad van die nieuwe school of hij het wenselijk acht dat de nieuwe school wordt omgezet, dan wel dat aan de nieuwe school onderwijs van een of meer andere richtingen wordt gegeven.

Toelichting

Met dit amendement maakt de indiener het mogelijk dat een nieuwe school «van kleur verschiet» of dat ook onderwijs in andere richting richtingen wordt gegeven. Het bevoegd gezag vraagt aan de MR van de nieuwe school – de MR die op de nieuwe school ontstaat nadat deze bekostigd wordt – in hoeverre van kleur verschieten wenselijk is. Als de MR dit wenselijk acht, volgt het bevoegd gezag de gebruikelijke procedure voor het van kleur verschieten, dus inclusief de (huidige) rol van de MR in dit proces. Een verzoek tot het van kleur verschieten kan vervolgens door het bevoegd gezag worden gedaan op grond van artikel 84, eerste lid, onder a, Wpo.

De indiener is van mening dat leraren en ouders expliciet de mogelijkheid moet worden geboden zich uit te spreken over de «kleur» van de school waar zij werken of waar hun kinderen onderwijs genieten. Aangezien dislocaties en nevenvestigingen vaak ontstaan in nieuwbouwwijken waar de samenstelling van de bevolking in relatief korte tijd sterke ontwikkelingen doormaakt, is de indiener van mening dat er niet vanzelfsprekend van kan worden uitgegaan dat de «kleur» van de hoofdvestiging ook het meest passend is voor de te verzelfstandigen dislocatie of nevenvestiging.

Van der Ham