32 710 E Jaarverslag en slotwet Spaarfonds AOW 2010

Nr. 2 RAPPORT BIJ HET JAARVERSLAG 2010 SPAARFONDS AOW (E)

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

’s-Gravenhage, 18 mei 2011

Hierbij bieden wij u het op 6 mei 2011 door ons vastgestelde «Rapport bij het Jaarverslag 2010 van het Spaarfonds AOW (E)» aan.

Algemene Rekenkamer

drs. Saskia J. Stuiveling,

president

dr. Ellen M.A. van Schoten RA,

secretaris

INHOUD

  

blz.

   

Samenvatting

5

   

1

Inleiding

6

1.1

Over dit onderzoek

6

1.2

Over het Spaarfonds AOW

6

   

2

Oordelen over het jaarverslag

7

2.1

Oordeel over de financiële informatie

7

2.2

Oordeel over saldibalans en toelichting

7

2.3

Oordeel over totstandkoming informatie in jaarverslag over bedrijfsvoering

8

2.4

Overzicht per begrotingsartikel

8

   

3

Reactie minister van SZW

11

   

Gebruikte afkortingen

12

   

Literatuur

13

SAMENVATTING

In dit rapport presenteren wij de resultaten van ons rechtmatigheidsonderzoek 2010 bij het Spaarfonds AOW.

Wij hebben onderzocht of de informatie in het jaarverslag over het gevoerde beleid en over de financiën tot stand is gekomen volgens de daarvoor geldende regels en goed is weergegeven in het jaarverslag.

De bedrijfsvoering van het Spaarfonds AOW is onderdeel van de bedrijfsvoering van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), waarover wij rapporteren in ons Rapport bij het Jaarverslag 2010 van het Ministerie van SZW.

De belangrijkste uitkomsten van ons onderzoek naar het Jaarverslag 2010 van het Spaarfonds AOW zijn:

  • De financiële informatie is op orde. Wij hebben geen belangrijke fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave geconstateerd die de tolerantiegrenzen overschrijden.

  • De informatie over de saldibalans voldoet aan de eisen die de wet daaraan stelt.

  • De informatie over de bedrijfsvoering is op deugdelijke wijze tot stand gekomen en voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Met tevredenheid heeft de minister van SZW hiervan kennis genomen, zoals hij ons 27 april 2011 heeft laten weten.

De minister van SZW heeft op 16 maart 2011 een wetsvoorstel aan de Tweede Kamer aangeboden waarin het opheffen van het Spaarfonds AOW wordt voorgesteld per 1 januari 2012 (SZW, 2011).

1 INLEIDING

In dit rapport presenteren wij de resultaten van ons rechtmatigheidsonderzoek 2010 bij het Spaarfonds AOW.

Hieronder gaan wij eerst in op onze onderzoeksaanpak en wijze van rapporteren. Daarna volgt een korte beschrijving van het Spaarfonds AOW.

In hoofdstuk 2 presenteren wij de oordelen over het jaarverslag van het Spaarfonds AOW.

In hoofdstuk 3 ten slotte, geven wij de reactie van de minister van SZW op dit onderzoek weer, aangevuld met ons nawoord.

1.1 Over dit onderzoek

De Algemene Rekenkamer verricht jaarlijks rechtmatigheidsonderzoek bij het Rijk. Wij doen dit onderzoek uit hoofde van onze wettelijke taak zoals beschreven in de Comptabiliteitswet 2001 (CW 2001).

Wij gaan ieder jaar na of de informatie in de jaarverslagen over het gevoerde beleid, over de bedrijfsvoering en over de financiën tot stand is gekomen volgens de daarvoor geldende regels en goed is weergegeven in de jaarverslagen.

Daarnaast onderzoeken wij ook de bedrijfsvoering zelf. Hiervoor gaan wij onder andere na of het financieel beheer en het materieelbeheer voldoen aan de eisen die de CW 2001 (artikel 82) stelt.

De bedrijfsvoering van het Spaarfonds AOW is onderdeel van de bedrijfsvoering van het Ministerie van SZW waarover wij rapporteren in ons Rapport bij het Jaarverslag 2010 van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

In ons rapport bij het jaarverslag melden wij de rechtmatigheidsfouten en onzekerheden in de financiële informatie die de tolerantiegrenzen overschrijden.

Onder «fouten» verstaan we financiële informatie die niet rechtmatig tot stand gekomen is (dat wil zeggen: het begrotingsgeld is niet volgens de regels ontvangen of uitgegeven), of die niet deugdelijk is weergegeven (dat wil zeggen: er is geen goede verantwoording afgelegd in het jaarverslag).

Van «onzekerheden» spreken wij wanneer wij, bijvoorbeeld door onvolkomenheden in het financieel beheer, niet kunnen vaststellen of er al dan niet sprake is van fouten.

Op www.rekenkamer.nl kunt u meer lezen over hoe onze rapporten bij de jaarverslagen tot stand komen.

1.2 Over het Spaarfonds AOW

Wij rapporteren over de resultaten van ons onderzoek per jaarverslag. Dit rapport gaat over het jaarverslag E: het Spaarfonds AOW.

Het Spaarfonds AOW heeft als doel te waarborgen dat de Algemene Ouderdomswet (AOW) vanaf 2020 betaalbaar blijft. Het Ministerie van SZW boekt elk jaar de begrote bedragen ten gunste van de rekening-courant van het spaarfonds bij het Ministerie van Financiën. Daarnaast boekt het Ministerie van Financiën jaarlijks de rente over het saldo van het fonds op deze rekening. Deze boekingen zijn administratieve transacties die niet gepaard gaan met een werkelijke geldstroom.

Het kabinet heeft inmiddels besloten om in lijn met het advies van de Studiegroep Begrotingsruimte (SGB) van 1 april 2010 het Spaarfonds AOW op te heffen. Dit leidt volgens de SGB tot een grotere transparantie en helderheid van de overheidsfinanciën (SGB, 2010). De minister van SZW heeft op 16 maart 2011 een wetsvoorstel aan de Tweede Kamer aangeboden waarin het opheffen van het Spaarfonds AOW wordt voorgesteld per 1 januari 2012 (SZW, 2011).

De rijksbijdrage van het Ministerie van SZW en de renteontvangsten ten gunste van het Spaarfonds AOW bedroegen in 2010 samen

€ 5 083 519 000.

Het saldo op 31 december 2010 bedroeg € 45 507 207 000.

2 OORDELEN OVER HET JAARVERSLAG

De Algemene Rekenkamer heeft het Jaarverslag 2010 van het Spaarfonds AOW beoordeeld. Wij hebben onderzocht of de minister het begrotingsgeld volgens de regels heeft ontvangen en uitgegeven en of hij daarover in het jaarverslag goed verantwoording heeft afgelegd.

Verder hebben we onderzocht of de informatie in het jaarverslag over de bedrijfsvoering en over het gevoerde beleid, deugdelijk tot stand is gekomen en voldoet aan de daaraan te stellen kwaliteitsnormen.

In dit hoofdstuk lichten wij ons oordeel over het jaarverslag toe. Dit oordeel bestaat uit deeloordelen over:

  • de financiële informatie (§ 2.1);

  • de saldibalans (§ 2.2);

  • de totstandkoming van de informatie over de bedrijfsvoering (§ 2.3).

2.1 Oordeel over de financiële informatie

De financiële informatie in het jaarverslag bestaat uit de verantwoordingsstaat waarin de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten zijn weergegeven, en de toelichting daarbij.

Wij onderzoeken of de financiële informatie op grond van de CW 2001 rechtmatig tot stand is gekomen, deugdelijk is weergegeven en voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Oordeel

De financiële informatie in het Jaarverslag 2010 van het Spaarfonds AOW voldoet aan de eisen die de CW 2001 stelt. Dit betekent dat wij geen belangrijke fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave hebben geconstateerd die de tolerantiegrenzen overschrijden, en dat de informatie voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Wij hebben geen fouten en onzekerheden aangetroffen in de financiële informatie in dit jaarverslag.

Omdat wij geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de financiële informatie in dit jaarverslag, hebben wij het gebruikelijke overzicht van fouten en onzekerheden niet opgesteld voor dit rapport.

2.2 Oordeel over saldibalans en toelichting

De saldibalans is een overzicht van de posten die aan het eind van het jaar nog openstaan en die naar het volgende jaar moeten worden meegenomen. Bij de saldibalans hoort een toelichting waarin nadere informatie wordt verstrekt over de afzonderlijke posten op deze balans.

Wij onderzoeken of de informatie op de saldibalans rechtmatig tot stand is gekomen, deugdelijk is weergegeven en voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Oordeel

De informatie in de saldibalans in het Jaarverslag 2010 van het Spaarfonds AOW voldoet aan de eisen die de CW 2001 stelt. Dit betekent dat wij geen belangrijke fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave hebben geconstateerd die de tolerantiegrenzen overschrijden, en dat de informatie voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Wij hebben geen fouten en onzekerheden aangetroffen in de financiële informatie in dit jaarverslag.

Omdat we geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de saldibalans in dit jaarverslag, ontbreekt in dit rapport de gebruikelijke bijlage met het overzicht van fouten en onzekerheden.

2.3 Oordeel over totstandkoming informatie in jaarverslag over bedrijfsvoering

In de bedrijfsvoeringsparagraaf van het jaarverslag verantwoordt de minister zich over de rechtmatigheid van de begrotingsuitvoering (of het begrotingsgeld volgens de regels is uitgegeven).

Wij onderzoeken of deze informatie op deugdelijke wijze tot stand is gekomen en voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Oordeel

De informatie over de bedrijfsvoering in het Jaarverslag 2010 van het Spaarfonds AOW is op deugdelijke wijze tot stand gekomen en voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Het onderzoek naar de bedrijfsvoering van het fonds zelf is onderdeel van ons Rapport bij het Jaarverslag 2010 van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV), hoofdstuk 3.

2.4 Overzicht per begrotingsartikel

Het volgende overzicht toont dat bij geen begrotingsartikel fouten of onzekerheden zijn geconstateerd in de rechtmatigheid of deugdelijke weergave van de inning en besteding van de middelen die de tolerantiegrenzen overschrijden. Daarnaast toont het overzicht dat er geen onvolkomenheden in de bedrijfsvoering zijn geconstateerd bij het Ministerie van SZW die gevolgen kunnen hebben voor de begrotingsartikelen van het Spaarfonds AOW, bijvoorbeeld op het gebied van rechtmatigheid en betrouwbaarheid van gegevens.

Voor een toelichting op het overzicht en over de gehanteerde criteria en ordeningsprincipes verwijzen wij naar onze website: www.rekenkamer.nl.

3 REACTIE MINISTER VAN SZW

De minister van SZW heeft op 27 april 2011 gereageerd op onze rapporten bij de jaarverslagen 2010 van het Ministerie van SZW (XV) en van het Spaarfonds AOW (E). De minister heeft met tevredenheid kennis genomen van onze constatering dat de informatie over de bedrijfsvoering van het Spaarfonds AOW op deugdelijke wijze tot stand is gekomen en voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften. Zijn reactie gaf ons geen aanleiding tot een nawoord. De volledige tekst van de brief van de minister staat op onze website www.rekenkamer.nl.

GEBRUIKTE AFKORTINGEN

AOW

Algemene Ouderdomswet

CW 2001

Comptabiliteitswet 2001

SGB

Studiegroep Begrotingsruimte

SZW

(Ministerie van) Sociale Zaken en Werkgelegenheid

LITERATUUR

Studiegroep Begrotingsruimte (2010). Risico’s en zekerheden. Dertiende rapport Studiegroep Begrotingsruimte. Tweede Kamer, vergaderjaar 2009–2010, bijlage bij 32 123, nr. 52. Den Haag: Sdu.

SZW (2011). Opheffing van het Spaarfonds AOW. Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, 32 696, nr. 3. 16 maart 2011. Den Haag: Sdu.

Naar boven