32 698 Hoogwaterbeschermingsprogramma

Nr. 54 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 september 2020

Hierbij bied ik u de 18e Voortgangsrapportage (VGR18) van het Tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP-2) aan1. De rapportage bestrijkt de periode van 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2020.

In het HWBP-2 werken de waterschappen en Rijkswaterstaat samen aan de waterveiligheid rekening houdend met de inpassing van de primaire dijk- en kustverbeteringen in de omgeving.

Al meer dan 1.000 jaar worden dijken ingezet om Nederland droog te houden. Dijken zijn dragers van ons landschap. Bodemdaling en klimaatverandering hebben grote invloed op de Nederlandse delta en het dijkenstelsel. Het aanleggen, versterken en onderhouden van dijken is daarom nooit klaar. Nieuwe projecten vallen niet meer onder het HWBP-2.

Samenvatting wijzigingen ten opzichte van de 17e Voortgangsrapportage

Planning

Inmiddels voldoen 85 van de 87 projecten aan de vigerende veiligheidsnorm, dat zijn er twee meer dan in de voorgaande rapportage. Op dit moment bevinden de twee resterende projecten zich in de realisatiefase. In de verslagperiode zijn binnen het programma twee nieuwe mijlpalen bereikt. Dit betreft de oplevering van het project dijkversterking Waddenzeedijk Texel en de oplevering van de versterking van de Houtribdijk. De oplevering van het gehele HWBP-2 programma is voorzien eind 2022. Inmiddels is echter duidelijk geworden dat het laatste project vertraging oploopt, waarmee ook de oplevering van het totale programma HWBP-2 opschuift. Graag verwijs ik voor nadere informatie hierover naar de passage «Ontwikkelingen na de verslagperiode».

Voortgang

Het onderzoek naar de milieueffecten van thermisch gereinigde grond bij het project Eemdijken en zuidelijke Randmeren is tijdens de rapportageperiode afgerond. Graag verwijs ik voor aanvullende informatie over het project naar de passage «Ontwikkelingen na de verslagperiode».

Zoals in eerdere voortgangsrapportages gemeld, is er onderzoek gedaan naar de bestendigheid van nieuwe verlijming bij het project Waddenzeedijk Friese Kust (elastocoast) gedurende het stormseizoen 2018 – 2019. De resultaten zijn geanalyseerd en er zijn scenario’s uitgewerkt voor de vervolgstappen. Zodra het waterschap een besluit heeft genomen omtrent de te nemen vervolgstappen zal ik u hierover nader informeren middels de VGR. Het besluit is mede afhankelijk van de variantenstudie van het HWBP-project Koehool-Lauwersmeer, waarvan de resultaten na de zomer 2021 worden verwacht.

Risico’s

Voor de risico’s van het HWBP-2 worden risicoreserveringen op zowel project- als programmaniveau aangehouden.

In de verslagperiode heeft een actualisatie plaatsgevonden van de financiële waarde van de risico’s. De totale financiële waarde van de risico’s op programmaniveau zijn neerwaarts bijgesteld en bedragen € 48 miljoen (VGR17 € 79 miljoen).

De totale financiële waarde van de risico’s op projectniveau is in de rapportageperiode gewijzigd ten opzichte van VGR17 (Kamerstuk 32 698, nr. 51). Deze risicoreservering bedraagt op 30 juni 2020 € 91 miljoen (VGR17 € 107 miljoen).

Financiën

Het actuele programmabudget is in de huidige verslagperiode ongewijzigd en bedraagt op peildatum 30 juni 2020 € 2.657 miljoen.

De actuele programmaraming is in de huidige verslagperiode met € 16 miljoen afgenomen en bedraagt op peildatum 30 juni 2020 € 2.696 miljoen. De afname wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de actualisering van projectramingen, herberekening van de post programma-onvoorzien en projectafrekeningen.

Het verschil tussen de programmaraming en het programmabudget bedraagt momenteel € 39 miljoen. Hierop dient de in de VGR17 genoemde correctie van € 8,5 miljoen nog doorgevoerd te worden. Het verschil wordt dan € 31,5 miljoen. Ten tijde van VGR 17 was de spanning € 55 miljoen. Op dit moment blijft de spanning tussen programmaraming en programmabudget gedurende de realisatieperiode van het programma nog binnen de bandbreedte van de post onbenoemd onvoorzien van de risicoreservering (€ 32,8 miljoen). Hiermee lijkt dit verschil oplosbaar, maar het risico dat het programma niet geheel binnen het HWBP-2 budget te realiseren is, blijft aanwezig. Graag verwijs ik voor nadere informatie hierover naar de passage «Ontwikkelingen na de verslagperiode».

Scope

In de verslagperiode zijn geen inhoudelijke scopewijzigingen vastgesteld.

Ontwikkelingen na de verslagperiode

Project Markermeerdijk Hoorn-Edam-Amsterdam

De uitspraak van de Raad van State bij het project Markermeerdijk Hoorn-Edam-Amsterdam betekent dat er gestart kan worden met de volledige realisatie van dit project.

Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier brengt de financiële en planningsconsequenties van de Raad van State-procedure momenteel in beeld. De Raad van State-procedure heeft 16 maanden geduurd. In de afgelopen periode heeft zich een aantal andere tegenvallers gemanifesteerd die zich voor hebben gedaan na het moment van subsidiebeschikking in november 2018 of die tijdens het moment van beschikken nog onvoldoende uitgewerkt waren.

De verwachting van het Hoogheemraadschap is dat de optelsom van deze aspecten tot een aanzienlijke financiële tegenvaller en uitloop in de planning zal leiden. De komende periode zal worden beoordeeld of deze posten op grond van de subsidieregeling van het HWBP-2 voor subsidie in aanmerking komen.

De ontwikkelingen binnen dit project zullen vermoedelijk impact hebben op de planning, financiën en spanning tussen budget en raming op programmaniveau HWBP-2. Ik streef ernaar om uw Kamer hierover zo snel als mogelijk duidelijkheid te verschaffen.

Project Eemdijk en Zuidelijke Randmeren

Bij het project Eemdijk en Zuidelijke Randmeren is thermisch gereinigde grond gebruikt bij het verbeteren van het deeltraject Westdijk. In 2017 bleek de gebruikte grond verontreinigd, waarna het algemeen bestuur van het waterschap Vallei en Veluwe op 4 juli 2018 heeft besloten de thermisch gereinigde grond volledig af te graven en te vervangen door schone grond. Het waterschap heeft een plan van aanpak voor het afgraven van de grond en het herstel van de dijk ingediend bij de provincie Utrecht. De provincie heeft het plan van aanpak op 21 februari 2020 goedgekeurd.

Het waterschap heeft eind juli 2020 een aanbestedingsprocedure afgerond voor het vervangen van de thermisch gereinigde grond. Het waterschap heeft in augustus een verzoek voor een herbeschikking ingediend. Dit verzoek heb ik getoetst en gehonoreerd. Dekking van deze herbeschikking is gevonden binnen de daarvoor reeds eerder getroffen risicoreservering en levert geen extra spanning op tussen het budget en de raming van het programma. Ik zal u over de voortgang van dit project blijven informeren in de komende voortgangsrapportages.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven