32 647 Levensbeëindiging

Nr. 45 MOTIE VAN HET LID ARIB

Voorgesteld 29 april 2015

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat artsen bij handelen rond het levenseinde de oprechte bedoeling hebben om de belangen van hun patiënt te dienen;

overwegende dat de juridische kwalificatie «moord» in gevallen van medisch handelen rond het levenseinde niet alleen voor een betrokken arts, maar ook voor rechters uitermate onbevredigend blijkt te zijn;

van mening dat de kwalificatie «moord» geen recht doet aan het maatschappelijke gevoel rondom medisch handelen rond het levenseinde;

verzoekt de regering om, de mogelijkheden te verkennen om een andere bepaling op te nemen in het Wetboek van Strafrecht ten aanzien van levensbeëindigend handelen door artsen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Arib

Naar boven