Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 maart 2024
Met deze brief informeren wij uw Kamer over de reactienota over de reikwijdte en detailniveau
van het milieueffectrapport (MER) onderliggend aan de Wijziging Kernenergiewet voor
de bedrijfsduurverlenging kerncentrale Borssele. De reactienota is als bijlage bij
deze brief opgenomen.
Reactienota op de concept-notitie reikwijdte en detailniveau
De Minister voor Klimaat en Energie en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
hebben het voornemen om de Kernenergiewet te wijzigen waardoor een vergunningsaanvraag
voor bedrijfsduurverlenging van de kerncentrale Borssele in de toekomst mogelijk wordt.
Om de bedrijfsduurverlenging mogelijk te maken is als eerste stap nodig om artikel
15a van de Kernenergiewet (Kew) te wijzigen. Ten behoeve hiervan wordt door EZK een
milieueffectrapport (MER) voorbereid waarvoor door EZK ook een concept-Notitie Reikwijdte
en Detailniveau (NRD) is opgesteld.
Op basis van de ontvangen zienswijzen tijdens de terinzagelegging van de concept-NRD
en het advies van de Commissie voor de milieueffectrapportage (bijlage bij kst-32 645-119) is gezamenlijk een reactienota opgesteld. De reactienota vormt ons gezamenlijke
besluit over wat de reikwijdte en detailniveau van het op te stellen MER zal zijn.
Ook bevat de reactienota de verder te volgen procedure en wat er nodig is om de wetswijziging
vast te stellen.
Vervolg
Op basis van de reactienota zullen de Minister voor Klimaat en Energie en de Staatssecretaris
van Infrastructuur en Waterstaat de milieuonderzoeken uitvoeren en uiteindelijk het
MER opstellen dat naar verwachting voor de zomer van 2024 tegelijkertijd met het wetsvoorstel
tot wijziging van de Kernenergiewet ter inzage worden gelegd. Eenieder krijgt de kans
om op de stukken te reageren.
Na het verwerken van de reacties, zal het wetvoorstel voor advies worden voorgelegd
aan de Raad van State. Na ontvangst van dit advies en het opstellen van het nader
rapport zal het wetsvoorstel naar verwachting begin 2025 aan uw Kamer worden aangeboden.
Toezegging TZ202211-199: Ontmantelingskosten KCB
EPZ is als vergunninghouder voor de KCB op grond van de Kernenergiewet verplicht tot
het stellen van financiële zekerheid voor de kosten van buitengebruikstelling en ontmanteling
van de kerncentrale (artikel 15f). Deze financiële zekerheidstelling moet iedere vijf
jaar worden geactualiseerd. Afgelopen voorjaar hebben de Minister van Financiën en
de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat de aanvraag tot actualisatie
van de financiële zekerheid goedgekeurd. Indien het gerealiseerde rendement in het
ontmantelingsfonds tegenvalt ten opzichte van het ingeschatte rendement, vult EPZ
het tekort bij de actualisatie van de financiële zekerheidstelling aan. Een actualisatie
van de financiële zekerheid kan worden gevraagd als het ontmantelingsplan is bijgesteld
of als de Ministers dit nodig achten.
Hiermee is invulling gegeven aan de toezegging om de Kamer te informeren over de status
van de ontmantelingskosten van de kerncentrale Borssele, met nummer TZ202211-199.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
V.L.W.A. Heijnen
De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten