32 637 Bedrijfslevenbeleid

Nr. 83 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 oktober 2013

Zoals uw Kamer bekend is, verkeert het bedrijf Aldel in zwaar weer. Dit leidt tot grote onzekerheid voor het personeel. In het algemeen overleg over Aldel van 18 september 2013 (zie ook brief Kamerstuk 32 637, nr. 77) heb ik aangegeven alles te zullen doen wat binnen mijn mogelijkheden ligt om het bedrijf te helpen. Ik heb ook benadrukt dat de directie en de aandeelhouder zelf perspectief voor het bedrijf moeten zien en de maatregelen moeten nemen die nodig zijn om dat perspectief te verwezenlijken.

Vandaag hebben de Provincie Groningen en ik besloten een overbruggingskrediet mogelijk te maken om Aldel de ruimte en tijd te geven om de voorstellen gericht op de continuïteit van het bedrijf goed en gedegen uit te werken. Met deze brief wil ik dit besluit toelichten.

De moeilijke situatie van Aldel wordt ondermeer veroorzaakt door de lage aluminium prijs en de hogere (kale) elektriciteitsprijs ten opzichte van Duitsland. In het overleg met uw Kamer heb ik aangegeven welke maatregelen ik het afgelopen jaar in gang heb gezet voor het verbeteren van de concurrentiepositie van de energie-intensieve industrie. Deze maatregelen leveren een aanzienlijke bijdrage aan het realiseren van perspectief voor Aldel. Zo heeft het kabinet € 78 mln. gereserveerd voor de compensatie van indirecte ETS-kosten voor de energie-intensieve industrie. Ook wordt gewerkt aan verdere integratie van de Nederlandse – Duitse elektriciteitsmarkt, verdere uitbreiding van de interconnectiecapaciteit, en het op elkaar afstemmen van Nederlandse en Duitse energiesubsidiesystemen. Verder is duidelijkheid gegeven over terugbetaling van teveel betaalde systeemdiensttarieven door grootverbruikers. Bovendien heb ik in het algemeen overleg aangekondigd het eerder toegezegde wetsvoorstel voor correctie van de nettarieven van de energie-intensieve industrie met maximaal 50% versneld te willen invoeren (per 1/1/2014 in plaats van 1/1/2015). Ik ga daarbij nu uit van de mogelijkheid van een maximale correctie tot 90%, vergelijkbaar met de Duitse regeling. Ik verwacht dat dit wetsvoorstel binnen enkele weken bij uw Kamer kan worden ingediend.

Het kader voor een oplossing voor Aldel is helder: er moet lange termijn perspectief zijn voor het bedrijf. De directie van Aldel en de aandeelhouder moeten zelf de maatregelen nemen die nodig zijn om dat perspectief te verwezenlijken. Een bijdrage van de overheid (rijk, provincie) moet passen binnen wettelijke kaders en regelgeving als het Europese staatssteunkader en het Europese kader voor de elektriciteitsmarkt. Dit houdt onder andere in dat de overheid geen bedrijfseconomische risico’s kan overnemen, zoals het opvangen of compenseren van prijsfluctuaties in de aluminium- en elektriciteitsmarkten.

De aandeelhouder van Aldel heeft aangegeven bereid te zijn om in het bedrijf te investeren. Hij heeft ondermeer het voorstel gedaan om een «directe lijn» aan te leggen, een elektriciteitsverbinding naar (een centrale in) Duitsland. Op basis hiervan kan ik op dit moment nog niet de conclusie trekken dat het gewenste lange termijnperspectief in voldoende mate aanwezig is. Het is echter niet uitgesloten dat met eerdergenoemde kabinetsmaatregelen in combinatie met de investering in een directe lijn door het bedrijf alsnog tot een sluitende exploitatie kan worden gekomen. Om het bedrijf de tijd te bieden voor de uitwerking van een voorstel ben ik bereid om samen met de Provincie Groningen een overbruggingskrediet van bijna € 8 mln. mogelijk maken. Ik sta daarbij garant voor de helft van dit krediet. Wij verbinden aan dit overbruggingskrediet de voorwaarde dat Aldel de eerdergenoemde voorstellen, gericht op een sluitende exploitatie, eind van dit jaar volledig heeft uitgewerkt. Deze sluitende exploitatie zal een forse investering van de aandeelhouder vergen.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven