32 637 Bedrijfslevenbeleid

Nr. 497 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 18 mei 2022.

De wens om over de voorgenomen voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling nadere inlichtingen te ontvangen kan door of namens de Kamer of door ten minste dertig leden van de Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 17 juni 2022.

De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling kan niet eerder worden gedaan dan op 17 juni 2022 dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van de in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 mei 2022

In titel 3.11 van de Regeling nationale EZK- & LNV-subsidies is de subsidiemodule Borgstelling MKB-kredieten (BMKB) opgenomen. Op grond van de BMKB kunnen financiers een borgstelling verkrijgen voor kredieten die zij verstrekken aan mkb-ondernemers. De borgstelling wordt tegen een provisie verstrekt. Uit de BMKB evaluatie 2015–2020 die in dit kwartaal naar uw Kamer gezonden zal worden, volgt dat de BMKB een doelmatig en doeltreffende subsidiemodule is om bedrijven die in de kern gezond zijn en voldoende toekomstperspectief hebben van financiering te voorzien in het geval dat deze onvoldoende zekerheden hebben om voor krediet in aanmerking te komen. De bedrijven die van de BMKB gebruik maken, passen in het doel van de regeling, omdat zij na gebruik van de BMKB een grotere rentabiliteit, omzetgroei, werkgelegenheid en in latere jaren ook een betere solvabiliteit laten zien dan vergelijkbare bedrijven die geen gebruik van de BMKB hebben gemaakt. Deze positieve bevindingen over het effect van de regeling geven daarom aanleiding de BMKB te continueren en de horizontermijn van de vervaldatum te verlengen tot 1 juli 2023. In verband hiermee bied ik uw Kamer hierbij het Toetsingskader risicoregelingen rijksoverheid aan inzake de verlenging van de BMKB. Daarnaast bied ik uw Kamer de regeling aan van de BMKB.

In overeenstemming met artikel 4.10, zevende lid, van de Comptabiliteitswet 2016 leg ik daarnaast de regeling die strekt tot wijziging van genoemde vervaldatum bij dezen aan u voor1.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens


X Noot
1

Zie bijlage.

Naar boven