Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 oktober 2023
Met deze brief bied ik uw Kamer het onderzoeksrapport van Wageningen Economic Research
(WEcR) aan waarin de primaire en secundaire gevolgen van de hoge energieprijzen op
de glastuinbouwsector zijn beschreven naar aanleiding van de motie van het lid Van
der Plas c.s.1 De motie verzoekt de regering om de gevolgen van faillissementen in de glastuinbouwsector
in kaart te brengen en hierbij rekening te houden met de rol die de sector speelt
in de elektriciteitsvoorziening en de energietransitie alsook de mogelijke gevolgen
van faillissementen voor de nationale voedselproductie en de internationale positie
van de Nederlandse glastuinbouwsector. Daarnaast vraagt de motie om mogelijke signalen
te geven over toekomstige gevolgen van de gestegen energiekosten op de structuur en
continuïteit van de glastuinbouwsector. Tevens informeer ik uw Kamer over het besluit
om geen openstelling te publiceren voor de tijdelijke borgstellingsregeling BL-G voor
de glastuinbouw.
In opdracht van het Ministerie van LNV heeft WEcR onderzoek gedaan naar de primaire
en secundaire gevolgen van de gestegen energieprijzen in de periode medio 2021 (toen
stijging van de energiekosten begon) tot en met het eerste kwartaal (Q1) van 2023.
In mijn brief van 24 april jl. over de uitvoering van de motie2 heb ik toegelicht dat het onderzoek gebruikmaakt van kwantitatieve indicatoren (objectieve
data) in combinatie met een kwalitatief onderzoek. Vanwege de grote verschillen tussen
glastuinbouwondernemers en vanwege de periode waarover de gebruikte indicatoren beschikbaar
waren was het niet mogelijk om de onderzoeksperiode te verlengen tot en met het tweede
kwartaal van 2023. Indicatoren zoals de CBS Landbouwtelling en veranderingen in liquiditeitsposities
geven vaak vertraagd informatie over de voorgaande periode en de verandering van de
totale oppervlakte glastuinbouw is bijvoorbeeld pas 10–12 maanden na dato beschikbaar.
De grote stijgingen van de energieprijzen vanaf juni 2021 zorgden voor flinke onzekerheid
bij glastuinbouwbedrijven en voor een vrees voor vele faillissementen in de sector.
Het rapport laat zien dat de sector gedurende deze periode flexibel en innovatief
ondernemerschap heeft getoond. Het grootste deel van de glastuinbouwbedrijven was
genoodzaakt om tijdelijke dan wel structurele aanpassingen te doen in de teelt en
de bedrijfsvoering om de hoge kosten op te vangen. Mede daardoor is het aantal faillissementen
gelukkig relatief beperkt gebleken. WEcR concludeert wel dat de gevolgen van de hoge
energieprijzen voor bijna elk individueel bedrijf anders zijn. Veel glasgroente bedrijven
hadden een goed inkomen in 2022, terwijl veel sierteeltbedrijven juist te maken kregen
met een daling van het inkomen. Ook de inzet van duurzame energie had last van de
energieprijsontwikkelingen. Voor een deel van de bedrijven is de toekomst onzeker
en de gevolgen op langere termijn van de hoge energieprijzen en de genomen maatregelen
zijn lastig te voorspellen. Via Agrimatie wordt jaarlijks inzicht gegeven in onder
andere de inkomens en rentabiliteit van land- en tuinbouwbedrijven, inclusief een
analyse van deze data. De effecten van de hoge energieprijzen op de glastuinbouw komen
hierin nadrukkelijk naar voren.
Geen openstelling tijdelijke borgstellingsregeling BL-G
Na de staatssteungoedkeuring door de Europese Commissie heb ik op 6 juni dit jaar
de regelingstekst voor de tijdelijke borgstelling voor de glastuinbouw in verband
met de hoge gasprijzen (BL-G) gepubliceerd, zodat de banken hun voorbereidende werk
konden gaan doen. Op basis van de actuele situatie heb ik besloten om geen openstelling
te publiceren voor deze tijdelijke borgstelling. De belangrijkste reden om in overleg
met de sector en de banken geen openstelling te publiceren is dat de liquiditeitsproblemen
in de tuinbouwsector door ontwikkelingen in prijzen van tuinbouwproducten alsook door
sparkspread voor WKK-installaties nu beperkt zijn. De behoefte aan borgstellingsleningen
is in de situatie zoals die zich ontwikkeld heeft zo laag dat het niet nodig is om
de borgstellingsregeling in de tweede helft van 2023 open te stellen. De incidentele
gevallen met financiële problemen zijn op te lossen met maatwerk. Met andere woorden,
er zal geen gebruik gemaakt worden van de BL-G, openstelling dient derhalve geen doel
meer.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema