Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 januari 2012
In deze brief wordt u geïnformeerd over de inzet van de regering in reactie op het
geweld dat in de periode van 16 tot 19 december jl. in Cairo plaatshad. Hiermee wordt
tegemoet gekomen aan het verzoek dat het Tweede Kamerlid Voordewind mede namens de
PVV-fractie indiende tijdens de regeling van werkzaamheden d.d. 20 december jl.
Van 16 tot en met 19 december jl. vonden in Cairo gevechten plaats tussen demonstranten
en militairen. Aanleiding voor het geweld vormde de handhandige ontruiming door het
Egyptische leger van een tentenkamp dat demonstranten hadden opgezet voor het kabinetsgebouw
nabij het Tahrir plein. Bij het geweld vielen 17 doden en 700 gewonden. Geweld tegen
vrouwelijke demonstranten leidde tot verschillende protestmarsen in de week volgend
op het geweld. De ongeregeldheden vonden plaats tegen de achtergrond van de tweede
ronde van de parlementsverkiezingen die ondanks enkele onregelmatigheden ordentelijk
waren verlopen.
In een reactie op de ontwikkelingen verklaarde zowel de Hoge Militaire Raad (SCAF)
als Premier Al Ghanzouri dat de militaire politie niet verantwoordelijk was voor het
geweld en slechts de overheidsgebouwen had beschermd. De SCAF kondigde aan dat militaire
ziekenhuizen zouden worden opengesteld voor gewonde burgers. Aan families van de dodelijke
slachtoffers van het geweld werd financiële compensatie toegezegd. Voorts werd aangekondigd
dat de openbare aanklager een onderzoek zal starten naar de gebeurtenissen. Arrestanten,
naar verluidt 164 personen, onder wie negen vrouwen, zullen worden voorgeleid aan
de openbare aanklager, en dus niet aan de militaire aanklager.
In een verklaring op 18 december jl., die mede op Nederlands initiatief tot stand
kwam, riep EU Hoge Vertegenwoordiger Catherine Ashton de Egyptische autoriteiten op
het geweld onmiddellijk te stoppen, een onafhankelijk onderzoek in te stellen en de
verantwoordelijken voor het geweld te berechten. Ook de Secretary of State Hillary
Clinton heeft het geweld in krachtige bewoordingen veroordeeld.
De Nederlandse regering is bezorgd over de situatie in Egypte. Dat geldt in het bijzonder
voor het recente geweld tegen demonstranten, de positie van religieuze minderheden
en vrouwen en de aanhoudende noodtoestand.
Er zijn echter ook positieve ontwikkelingen. Het relatief ordentelijk verloop van
de eerste rondes van de Egyptische parlementsverkiezingen, de vrijlating van blogger
Alaa Abdel Fattah en het besluit van de Egyptische autoriteiten om burgers niet langer
door militaire rechtbanken te laten berechten zijn bemoedigend.
De Nederlandse regering zal de stand van zaken met betrekking tot de mensenrechten
zowel in bilaterale contacten met de Egyptische autoriteiten, als in multilateraal
kader aan de orde blijven stellen.
De minister van Buitenlandse Zaken,
U. Rosenthal