32 623 Actuele situatie in Noord-Afrika en het Midden-Oosten

Nr. 263 MOTIE VAN HET LID VOORDEWIND C.S.

Voorgesteld 6 juni 2019

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Turkse president Erdogan op de herdenkingsdag van de Armeense genocide, 24 april jongstleden, de Armeense genocide een relocatiemaatregel heeft genoemd die zinnig was omdat «Armeense bendes moslims vermoordden»;

overwegende dat hieruit blijkt dat Turkije nog altijd weigert de eigen geschiedenis onder ogen te zien;

overwegende dat de Tweede Kamer de Armeense genocide heeft erkend en met de unaniem aangenomen motie-Rouvoet de regering heeft opgedragen de erkenning van de Armeense genocide in de dialoog met Turkije voortdurend en nadrukkelijk aan de orde te stellen;

spreekt afkeer uit over de uitspraken van de Turkse president;

verzoekt de regering, afstand te nemen van deze uitspraken, en dit kenbaar te maken aan de Turkse regering,

en gaat over tot de orde van de dag.

Voordewind

Karabulut

Van der Staaij

Omtzigt

Van Ojik

De Roon

Naar boven