Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 januari 2012
Op 20 januari jongstleden heb ik u antwoorden toegezonden op schriftelijke vragen
van de leden Leijten, Gerbrands en Voortman over een voorgenomen fusie tussen GGZ-instellingen
Emergis en Parnassia. In het verlengde van die antwoorden heeft u mij diezelfde dag
per brief opnieuw gevraagd om er op toe te zien dat er geen onomkeerbare beslissingen
worden genomen rondom de voorgenomen fusie tussen deze GGZ-instellingen. Met deze
brief geef ik u mijn reactie op dat verzoek.
De fusie waarop de genoemde vragen en antwoorden betrekking hebben is op 16 december
jongstleden gemeld bij de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa). De NMa heeft de
zaak op dit moment in behandeling en beoordeelt de fusie uit hoofde van de Mededingingswet.
Zoals u weet maak ik mij net als uw Kamer zorgen over de verdergaande schaalvergroting
in de zorg. Dat is ook de reden waarom de fusietoetsing in de zorg zal worden aangescherpt.
Daartoe is een wettelijke grondslag vereist. Op dit moment is het nog niet mogelijk
een fusie te verbieden dan wel voorwaarden aan de fusie te verbinden, anders dan uit
hoofde van de mededingingswet. Zoals u weet heb ik een wetsvoorstel op dat punt in
voorbereiding dat op dit moment voor advies ligt bij de Raad van State. Met dat wetsvoorstel
zal de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de bevoegdheid krijgen fusies tegen te houden
dan wel voorwaarden aan fusies te verbinden indien de kwaliteit of de bereikbaarheid
van zorg daar aanleiding toe geven.
Totdat dit wetsvoorstel kracht van wet heeft bestaat er geen formele bevoegdheid,
om de fusie tegen te houden of de betrokken zorgaanbieders te dwingen geen onomkeerbare
beslissingen te nemen, anders dan de bevoegdheid van de NMa om de fusie te beoordelen
vanuit mededingingsoverwegingen.
Na ontvangst van het advies van de Raad van State zal ik het wetsvoorstel zo spoedig
mogelijk bij uw Kamer voor behandeling aanhangig maken.
Vooruitlopend op de aanscherping van de regelgeving zal ik nog deze week de betrokken
zorgaanbieders de zorgen rondom fusies van zowel uw Kamer als van mijzelf overbrengen.
Daarbij zal ik hen oproepen uiterste zorgvuldigheid bij de uitwerking van de fusie
te betrachten en al zoveel mogelijk in lijn met de komende aanscherping van de regels
te handelen. Dat betekent dat ik hen zal vragen ten behoeve van een goede besluitvorming
alle relevante doelen, randvoorwaarden, gevolgen en risico’s van de fusie in kaart
te brengen alsmede goed te doordenken hoe met mogelijke risico’s voor de kwaliteit
en de bereikbaarheid van zorg om te gaan. Tevens zal ik hen oproepen daarbij belanghebbenden
(met name cliënten en medewerkers) tijdig en zorgvuldig te betrekken en niet overhaast
onomkeerbare beslissingen te nemen.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. I. Schippers