32 605 Beleid ten aanzien van ontwikkelingssamenwerking

Nr. 106 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 juli 2012

Op 6 april 2012 informeerde ik u voorlopig vertrouwelijk over mogelijke malversaties bij een door Nederland gefinancierd scholenproject in Uruzgan, Afghanistan (project van ongeveer $9 000 000,-).

Onmiddellijk bij ontdekking eind 2011, meldde Save the Children, uitvoerende NGO, dit bij de Nederlandse ambassade en stopte de betalingen en samenwerking met de betreffende lokale uitvoerder. Save the Children deed een intern onderzoek en betaalde vervolgens twee externe accountantsonderzoeken. Het laatste veldonderzoek stelde onregelmatigheden vast ter waarde van (afgerond) $270,000, waarvan $240 000 afkomstig is uit Nederlandse bijdragen.

De bouw van 4 scholen en een teacher resource centre is nog niet helemaal voltooid. Save the Children zal conform de subsidieafspraken hier voor zorgdragen en heeft daar voor een contingency plan opgesteld.

Ik constateer dat Save the Children, conform de regels, gedaan heeft wat in zijn vermogen lag om een einde te maken aan misbruik en om verantwoording aan mij af te leggen. Het doel van het project wordt niet geschaad.

Save the Children zal aangifte doen wegens verduistering bij de Afghaanse autoriteiten. Tevens volgt een verhaalsactie op de uitvoerende organisatie.

Dit zijn stappen die passen in het zerotolerance beleid van de regering ten opzichte van fraude en onregelmatigheden. Ik volg de maatregelen die Save the Children neemt nauwlettend. Nederland dringt aan op een urgente afwikkeling van deze zaak en zal zo nodig passende maatregelen nemen om het geld terug te vorderen. De regering zal de Kamer informeren over de afwikkeling ervan.

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, H. P. M. Knapen

Naar boven