32 576 Wijziging van de Advocatenwet, de Wet op de rechterlijke organisatie en enige andere wetten ter versterking van de cassatierechtspraak (versterking cassatierechtspraak)

G BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 februari 2022

Bij de inwerkingtreding van de Wet versterking cassatierechtspraak op 1 juli 2012 is artikel 80a Wet op de rechterlijke organisatie (Wet RO) ingevoerd voor de sectoren civiel recht, belastingrecht en strafrecht van de Hoge Raad.

Artikel 80a Wet RO biedt de Hoge Raad de bevoegdheid om bepaalde categorieën van zaken in cassatie niet-ontvankelijk te verklaren als de klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen, omdat de partij klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft, of als de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden. Deze zaken worden via een vereenvoudigde en versnelde procedure door de Hoge Raad afgedaan.

Tijdens de parlementaire behandeling van de Wet versterking cassatierechtspraak is in de Eerste Kamer een evaluatie van artikel 80a Wet RO toegezegd.1 Op verzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum heeft een team van de Universiteit Utrecht onder leiding van prof. mr. F.G.H. Kristen de toepassing van artikel 80a Wet RO onderzocht. Het onderzoeksrapport «Evaluatie van artikel 80a Wet op de rechterlijke organisatie. Een empirisch-juridische onderzoek naar de toepassing van artikel 80a Wet RO door de Hoge Raad in de sectoren civiel recht, belastingrecht en strafrecht in de periode 2012–2019» is recent afgerond. Met de toezending van dit onderzoeksrapport doe ik deze toezegging gestand.

Het onderzoeksrapport bevat naast bevindingen en conclusies ten aanzien van de toepassing van artikel 80a Wet RO ook aanbevelingen voor de toekomst. Een aantal van deze aanbevelingen vraagt om overleg met de betrokken organisaties. Zodra het rapport openbaar is zal ik -over de door de onderzoekers gedane aanbevelingen- overleggen met de betrokken organisaties.

U kunt de beleidsreactie op het onderzoeksrapport «Evaluatie artikel 80a Wet op de rechterlijke organisatie» voor 1 juni tegemoet zien.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind


X Noot
1

Kamerstukken I, 2011/12, 32 576, E.

Naar boven